Jungle

Reisgids

Beste reistijd

Foto's

Praktisch

Jungle image

Jungle

Jungle
Peru
Parment

Peru by Bike

Vrijdag 12 augustus, internetcafé in Aguas Calientes, Peru.
Voor de meeste mensen die een reis boeken, is het vanzelfsprekend dat ze komen waar ze willen komen. In Peru is dat niet zo vanzelfsprekend en als je de ongebaande wegen opgaat al helemaal niet. 
In Ollantaytambo heeft onze groep zich, na een kleine 1000 km fietsen vanaf Arequipa, opgesplitst. De ene helft zal de Inca Trail lopen en de andere helft, waartoe ik behoor, zal eerst naar 'ons' groentenkassenproject in Patacancha fietsen en vervolgens aantonen dat Machu Picchu langs meer dan twee routes te bereiken is.
Maar er zijn een paar losse eindjes aan dit plan. Om te beginnen hebben we geen behoorlijke kaart van de route kunnen vinden, slechts een globaal kaartje waaruit we opmaken dat het onmogelijk verder kan zijn dan 100km. Een niet onbelangrijk detail is dat iedereen ons verzekert dat deze weg nooit gedaan wordt of is. Toch hebben we voldoende aanwijzingen dat er een route moet zijn en omdat veel mensen bergop fietsen hier al onmogelijk vinden, nemen we hun verhalen niet al te serieus.
We denken het in twee dagen ruimschoots te kunnen doen dus beginnen vrolijk aan de eerste klim van 40km, de Abra Malaga (2800 naar 4300m), de mooiste klim die ik ooit gedaan heb. Eerst opkijken naar een besneeuwde top (Nevado Verónica, 5682) en vier uur later ´binnen handbereik´. Afdalen door een groots en schitterend dal en dat 80km lang! 
Alles wat tot dan goed vast heeft gezeten, trilt los. We hebben in de afgelopen twee weken over de slechtste wegen ter wereld gereden en deze is daarop geen uitzondering.
De kampeerplek bovenop een 500 jaar oude Inca seinpost, met magnifiek uitzicht over het hele dal, is weer een geheel nieuwe ervaring.
´s-Nachts ziek geworden. Een dag lang achteraan gebungeld en bemoederd door David en Josine. Henk verkent de route. Doorgedaald van 4300 naar 1300m. Van de vrieskou boven naar bananenaanplant, krekels, duizenden vogels en MUGGEN. We zitten onder de muggenbeten en het jeukt verschrikkelijk (na een paar dagen gaat het jeuken over maar dan zijn je benen ongeveer twee keer zo dik als voorheen).
Het vinden van de juiste afslag blijkt een probleem omdat er geen enkel bord of aanwijzing te vinden is. Het begint er steeds meer op te lijken dat onze route werkelijk niet bestaat of dat Santa Teresa een leprakolonie is. Dit is niet prettig want onze enige backup hebben we vanmorgen achter gelaten. We vinden de brug en denken opnieuw dat het niet ver meer kan wezen. Tegen beter weten in want tot nu blijkt dat er zoveel haarspeldbochten niet op de kaart staan dat een stuk van 100km in werkelijkheid 200km is. Het volgende deel van de route slaat in dat opzicht alles. Mooi is het, dat zeker, maar steil omhoog (van 1300 naar 2100m, gem. 10%). We arriveren om 15 uur in Santa Teresa: golfplaten daken, modderwegen, huizen zonder ruiten, een paar winkeltjes en restaurantjes. Even uitrusten en proberen wat voedsel naar binnen te werken. Ik voel me steeds zieker. De tijd begint te dringen en hoe verder?
Een behulpzame jongen wil het wel even wijzen. Een trap met duizend treden af (voor mijn gevoel). Een kilometer door de rivierbedding en een hangbrug over; zo´n ding met losse planken aan een paar touwen. Het mooiste moet dan nog komen: de kabelbaan. Het is een bakje ter grootte van een salontafel (en hetzelfde comfort) wat met twee wieltjes over een kabel rijdt. 
Discussie: is dat nog wel verantwoord en kunnen we nog voor donker in Machu Picchu zijn? We besluiten terug te gaan naar Santa Teresa en daar te overnachten. 
Ik zie het hotel van mijn (koorts)dromen in Machu Picchu met onbeperkt warm douchen, schone kleren en vooral vrij van muggen, als een fata morgana aan de horizon verdwijnen. Ik weet heel zeker dat ze dat hier niet hebben. Uiteindelijk vinden we iets en het heet: Machu Picchu! Deze accomodatie wordt o.a. aangeprezen met 'warm water'. Dat blijkt redelijk te kloppen. Losse elektriciteitsdraden lopen naar de douchekop en als je de schakelaar in de juiste stand zet dan krijg je lauw water. Vermoedelijk ook krullen als je iets fout doet, maar ach als je spanning en avontuur zoekt dan moet je niet jammeren als je het vindt. Kakkerlakken en andere gespuis geven wat gezellige afleiding. Ik in bed en twaalf uur later (vanmorgen) weer mens. Over de prijs van dit pension kunnen we niet klagen: 7 Sol per nacht (= 1,75 euro).
We besluiten bij het ontbijt om toch maar met het bakje te gaan en dat is een spectaculaire ervaring. Hoewel het principe heel eenvoudig is: je gaat er met fiets en al opzitten en je trekt jezelf met een touw naar de overkant.
Nog steeds onbekend met wat ons nog te wachten staat, gaat het door weer zo´n prachtige kloof naar de waterkrachtcentrale en vandaar zullen we over een oud treinspoor de laatste kilometers afleggen. Wel, de centrale is er en het spoor ook maar ongebruikt is het allerminst.
 Welgemoed beginnen we aan onze laatste acht kilometer langs het spoor. Helaas, na twee kilometer worden we aangehouden door de plaatselijke politie. Waar we heen denken te gaan? We leggen geduldig uit van die 1100km door hun prachtige land en dat we er bijna zijn. Zij leggen net zo geduldig uit dat we niet verder kunnen en dat er straks een trein komt. Na enige discussie wordt duidelijk dat we niet onze eigen grenzen bereikt hebben, hoewel dat soms niet veel gescheeld heeft, maar die van de Peruaanse overheid. We moeten het accepteren. 
Hadden we geweten dat vijf uur rondhangen op het stationnetje zou volgen dan waren we misschien minder principieel geweest. De treinreis is prachtig en onze fietsen kunnen zonder probleem mee. Een dag later dan gepland komen we aan, moe maar zeer tevreden. De douche die volgt in een schoon hotel zal ik niet licht vergeten.