Noord Sierra
Een vlinder in Mindo deel 2
Vanaf Mindo's vlindertuin is het nog een uur bergopwaarts hiken naar het startpunt van de canopy tour. De wandeling is behoorlijk pittig en als ik aankom ben ik volledig buiten adem en half uitgedroogd omdat ik geen water meer heb. En het heftigste gedeelte moet nog beginnen. Ik krijg twee gidsen mee en daar sta ik dan. Gehesen in een tuigje met een veel te grote helm op mijn hoofd. Op een houten plateau te bedenken wat ik hier in vredesnaam doe, onderwijl uitkijkend over het uitgestrekte nevelwoud. Ik probeer de lengte en de hoogte van de eerste kabelbaan in te schatten, maar word er zo nerveus van dat ik die gedachte ogenblikkelijk wegwuif. “Niet denken, maar doen”, zo hou ik mijzelf dapper voor. Op mijn vraag waarom ik twee gidsen meekrijg, antwoorden ze dat we dan trucs kunnen doen.
“Trucs… juist”, denk ik nog net voordat ik met opgetrokken knieën en achterover hangend aan de eerste kabel hoog boven de groene toppen van de bomen zoef. Tot mijn opluchting bereik ik veilig de overkant. Een zeer steile klim naar de volgende kabelbaan volgt en naar adem happend kom ik aan bij het tweede plateau. “Superman?”, vraagt de gids verwachtingsvol. “Nee zeg, nu al trucs?” denk ik verschrikt, maar zeg ondertussen doodleuk: “Si, bueno”. Hij legt uit wat de bedoeling is en komt vlak achter me staan. Hij trekt mijn benen naar achteren die ik vervolgens om zijn middel klem. Dan richt ik tot ongenoegen van mijn buikspieren mijn bovenlichaam op en spreid ik mijn armen. Zo vlieg ik als Superwoman door de lucht. Het gaat als een speer en het voelt inderdaad alsof ik kan vliegen! Briljant.
Bij de derde kabelbaan komt het absolute toppunt uit de trukendoos tevoorschijn: the Butterfly… Ik moet voor de gids gaan staan, maar dit keer met mijn gezicht naar hem toe. Ik denk dat hij de doodsangst in mijn ogen kan lezen, want hij begint spontaan te grinniken en geeft me een bemoedigende knipoog. Hij pakt een voor een mijn benen en steekt ze loodrecht omhoog de lucht in, met als gevolg dat ik dus ineens op mijn kop hang. Ik spreid mijn armen en benen en sjees dan ondersteboven als een vlinder van A naar B. Als ik naar boven kijk zie ik de hemel en beneden mij zie ik het woud, maar het lijkt alsof de wereld op zijn kop staat in plaats van ikzelf. Een hele rare gewaarwording.
Tot we halverwege plotseling om onze as beginnen te draaien en ik sterk het gevoel heb dat ik omval. Ik vloek vanbinnen en ineens verklaar ik mezelf volkomen voor gek. In een reflex grijp ik naar de armen van de gids, waardoor we alleen maar meer uit balans raken. “Tranquila, tranquila chica”, roept de gids nog in een poging mij gerust te stellen. Maar ik kan alleen maar denken: “Niks tranquila, we storten neer! Wanneer zijn we er in godsnaam?”. En op dat moment, zomaar uit het niets, maakt mijn angst plaats voor een adrenaline rush en wil ik het alleen nog maar intens beleven. Ik laat de gids voorzichtig los, spreid mijn armen en geniet van de laatste seconden. Er verschijnt zelfs een glimlach op mijn gelaat. Eenmaal met beide benen op het plateau, sta ik van top tot teen te trillen. Nog tien kabelbanen te gaan…
Eenmaal terug in de hectiek en de stinkende uitlaatgassen van Quito overvalt me een niet te stelpen behoefte het Mindo-gevoel vast te houden. Ik besluit alles uit de kast te trekken om de beruchte Mariscal om te toveren tot één grote bloemen- en nachtvlindertuin. Quasi-nonchalant stap ik de eerste de beste schemerige bar binnen en bestel una cerveza grande. Om uiteindelijk na een avond vol salsa en bier in het holst van de nacht een discotheek uit te rollen.
Eva Buijs