Een dagtocht naar het Quilotoa kratermeer
Een dagtocht naar het Quilotoa kratermeer
Drie en een half uur rijden we vanuit Baños voornamelijk door dichte mist, bewolking en lichte regen richting het Quilotoa kratermeer. De krater ligt op ongeveer 3500 meter hoogte en heeft een zo goed als perfecte ronding. De cladere (top van de rondvormige krater) is zo’n 3 kilometer breed en is 800 jaar geleden ontstaan door een enorme vulkaanuitbarsting
We balen een beetje van het weer, want zo zien we niet alleen weinig van het landschap waar we doorheen rijden, ook is de kans groot dat we straks de kratermond niet in zijn geheel te zien krijgen met dit weer... Bijna op plaats van bestemming piepen de eerste zonnestralen door het wolkendek heen en verlichtten langzaam het landschap. Wat een geluk hebben we vandaag!
De wolken maken plaats voor een blauwe hemel en als we aan de rand van dit immens kratermeer zijn drijft er enkel af en toe nog een wolkje voorbij! Wat voelen we ons bevoorrecht om op deze plek te staan en te kunnen genieten van de pracht van moeder natuur! Foto's vertellen altijd maar een half verhaal, maar echt op dit randje staan maakt nietig!
Na een lichte lunch en een kopje coca thee moeten we goed gewend zijn aan deze hoogte volgen we een
steil en zanderig pad dat naar beneden kronkelt tot de rand van het meer. Rustig lopen we naar beneden want het pad is behoorlijk steil en je schuift snel uit. Ook zien we locals met moeite de weg terug omhoog nemen dus nog ruim voordat we helemaal beneden zijn staat het besluit al vast, wij nemen ook een ezeltje voor de weg terug omhoog!. Morgen is weer een zware dag dus we kunnen de krachten beter sparen.
Beneden lijkt het meer nog groter en blauw/groener dan aan de rand en het voelt heel speciaal om in een krater te zijn! Wie wil kan een kanootje huren of een duik maken in het ijskoude water. Wij besluiten dat niet te doen, maar gewoon wat rond te lopen en te genieten.
Voor 11 dollar (omdat we groot zijn moeten we $1 extra betalen) per persoon brengen twee ezeltjes ons terug naar boven. Het gaat langzaam en de man die de ezeltjes begeleid geeft de beestjes gelukkig genoeg tijd om even op adem te komen. Hijzelf doet dit een keer per dag met zijn dieren, maar nog steeds gaat het hem niet heel makkelijk af, dat is te zien.
Al een tijdje sjouwt een klein vrouwtje op ballerina's met een kind op haar rug dat ligt te slapen achter ons aan. Het kindje zakt steeds weg en het arme vrouwtje lijkt bijna te bezwijken. Ik bied aan het kind te dragen bij mij op de ezel, maar daar wil ze in eerste instantie niks van weten. Ik kan het eigenlijk niet aanzien en voel me een verwend nest op mijn paard, maar na nog een keer aandringen is het blijkbaar toch niet zo'n verkeerd idee. Daar zit ik dan met een slapend kind van 3 of 4 jaar tegen mijn borst aangeklemd, met een hand mijn ezel vast houden en met de andere het kindje wat zich niks aan lijkt te trekken van het gehobbel en de vreemde dame in wiens armen hij hangt.
Boven aan de kraterrand staan we weer met beide benen op de grond en lopen nog een stukje over de rand voordat we helaas weer terug moeten het busje in….