Ademnood in Uyuni
Ademnood in Uyuni
Van het rijkste land in Zuid-Amerika naar het armste land. Wat een overgang. Bolivia voelt weer een beetje als Cambodja of Laos. Kinderen van vier jaar die met hun broertje of zusje op hun rug over straat lopen, nauwelijks verharde wegen, vrouwen die op straat limonade per glas verkopen en het lokale vervoer gaat hier per vrachtwagen. We zijn vanmidddag aangekomen in Uyuni en lopen met open mond van verbazing over straat.
Een paar uur geleden hebben we voor het eerst sinds drie dagen weer gedoucht. Wat een genot en het water was nog warm ook! Drie dagen geleden zijn we vanuit San Pedro de Atacama in Chili met een jeep naar Bolivia vertrokken. Ons was beloofd dat we met maximaal zes personen in de auto zouden zitten. Helaas, het werden er zeven. Drie Fransen, twee Brazilianen (op huwelijksreis!) en wij tweetjes. Je kunt je hier heel druk om maken, maar het heeft toch geen enkele zin. Het zat een beetje krap, maar was wel reuze gezellig. En goed voor ons Spaans ook, want de chauffeur Pedro sprak alleen maar Spaans en de Brazilianen natuurlijk Portugees. Alle rugzakken op het dak, samen met een paar vaten benzine en rijden maar. Na een uur bereikten we grensovergang van Chili van Bolivia. In the middle of nowhere stond een klein kantoortje, waar we braaf onze paspoorten afstempelden, waarna we direct door konden rijden. Niets geen controle van onze tassen, geen drugshonden. Dit was duidelijk een andere wereld.
Koud!
De eerste dag hebben we een aantal schitterende meren gezien, die voor het grootste deel bevroren waren en Mats heeft weer lekker in een warm geiserbad van 40 graden gezwommen. Ik voelde me de hele dag al niet zo lekker (last van mijn darmen) en hield het dit keer voor gezien. Na 150 kilometer hadden we een hoogte van 4280 meter bereikt en waren we dus ruim 2000 meter geklommen. Flinke hoofpijn dus en ook aardig kortademig. Rond drie uur stopten we bij de laguna colorada, een meer van rood water (de kleur werd veroorzaakt door de hoge concentratie van mineralen). Hier gingen we slapen in een primitief gebouw. We kregen onze lunch en liepen daarna een rondje om het meer. Toen de zon onderging, daalde de temperatuur meteen aanzienlijk tot -12. Het was echt enorm koud. Om zes uur alweer avondeten en om zeven uur van pure ellende maar ons bed ingedoken. Het voelde net als schoolreisje, want we lagen met z´n zevenen op een kamer. Geen verwarming en isolatie, dus met al onze kleren in onze slaapzakken, onder vijf dekens. Een douche was er niet en het water in het toilet was bevroren. We hebben de hele nacht werkelijk geen oog dichtgedaan. Nog niet eens van de kou, maar meer van zuurstofgebrek. Ik kreeg echt bijna geen lucht en Mats bleek met hetzelfde probleem te kampen. Tot overmaat van ramp vierden de lokale mensen ook nog een feestje tot diep in de nacht voor ons raam en zaagde de mannelijke helft van het Braziliaanse stel in zijn slaap de hele Amazone om.
We waren blij dat het ochtend was en een beetje pips klommen we allemaal weer de jeep in. Onze chauffeur Pedro was echter goed gemutst en wist met zijn Boliviaanse muziek de stemming er weer in te brengen. Op de tweede dag legden we maar liefst 550 kilometer af over hobbelige zandwegen. Na een dosis loperamide waren mijn darmen gelukkig verstopt en kon ik er weer tegen aan. In tegenstelling tot onze Fransman die de vorige dag zijn lunch en avondeten had uitgespuugd. Toen de zon eenmaal doorkwam, konden de mutsen, sjaals en handschoenen uit en kregen we weer een beetje gevoel in onze tenen. Geweldig indrukwekkend om de hele dag door de woestijn te rijden, alsof je werkelijk alleen op de wereld bent. Alleen maar heel veel zand en stof en wereklijk overal lama´s. De lama´s die op deze hoogte leven, zijn een soort kamelen. Ze kunnen weken zonder water leven.
Overal zout
De tweede dag eindige aan de rand van de salar de Uyuni, de grootste zoutvlakte ter wereld. Onbeschrijflijk indrukwekkend om daar met zeven klein mensjes naar de zonsondergang te kijken op die uitgestrekte witte vlakte. Wauw! Onze accomodatie was dit keer wat luxer en we waren ondertussen weer afgedaald naar 3600 meter hoogte, waardoor het gelukkig wat minder koud was. Dit keer gelukkig wat beter geslapen, ook omdat het kersverse bruispaar een eigen kamer kreeg. Leuk voor hen en wij waren er ook niet geheel ongelukkig mee. Vanmorgen om 6.30 uur de wekker gezet om de zonsondergang boven de zoutvlakte te bekijken. Ontbeten en daarna weer de auto in voor het hoogtepunt van onze trip, de zoutvlakte! Super om met een jeep over die eindeloze vlakte (zo groot als half Zwitserland) te scheuren. Deze zoutvlakte is ontstaan door een groot meer dat 45.000 jaar geleden is opgedroogd. Het water van het meer bevatte veel mineralen uit de bergen . Hierdoor is deze enorme zoutvlakte ontstaan. Je kunt erg leuke fototrucs uithalen, vanwege het gebrek aan perspectief. Erg grappig!