Fransvdg
Een oude Azeri
Deze oude baas zag ik op een bankje in een park in de stad Sheki. Hij was heel vrolijk, maar vermoedelijk kwam dat ook door de drank.... Hij nodigde mij en mijn reisgenoot uit voor een kop thee. Helaas konden we geen woord met hem wisselen.
Krka
Deze foto maakte ik in het mooie Krka Nationaal Park, in Midden- Dalmatië, slechts een paar kilometer ten noordoosten van de stad Sibenik. Het park omvat een gebied van 109 vierkante kilometer langs de rivier de Krka en is beslist een bezoek waard.
Sibenik
Sibenik is in de 9de eeuw na Christus door Kroatische stammen gesticht. Je vindt hier dus geen Griekse of Romeinse resten. De baai van Sibenik is 10 kilometer lang en 300 tot 1200 meter breed. Er liggen diverse eilanden voor de kust. In de stad staat een prachtige oude kathedraal. Die kun je ook op mijn foto zien. In 1991 vielen Joegoslavische troepen en Servische opstandelingen Sibenik vanaf het land, vanaf zee en vanuit de lucht aan. Die schade is intussen gelukkig voor een heel groot deel weer hersteld.
Zadar
Zadar is een stad met een rijke historie. De stad is behalve Kroatisch ook Romeins, Byzantijns, Hongaars, Venetiaans, Frans, Oostenrijks en Italiaans geweest. Vanaf een kerktoren had ik een mooi uitzicht over de daken en de zee. In de verte zie je een veerboot naar het eiland Ugljan gaan. Dat is een leuke dagexcursie vanuit de stad.
Basalt en wild water
Je ziet hier een deel van de Garni kloof, 23 km ten oosten van de hoofdstad Jerevan. Dat dit gebied een vulkanische oorsprong heeft kun je zien aan de basaltformaties in de rotsen. Op mijn foto heb ik er voor gekozen om het wild stromende water van de rivier de Goght langs het basalt te laten gaan. Als je de foto uitvergroot komt dat beter tot zijn recht.
Kunst in de kerk
Dit fraaie ornament zag ik in een kerk in Jerevan. Ik vermoed dat het een wierookvat is, maar als iemand het beter weet hoor ik dat graag. Aan de bovenkant van de foto heb ik een randje afgesneden omdat daar een lelijke steunbalk te zien was.
Sanahin
Voor mij is Armenië het land van de kleine oude kerkjes. Ze staan vaak in een ongerept landschap. Op deze foto zie je een kerkje bij het Sanahin klooster. Dit klooster hoort samen met het Haghpat klooster in de buurt van de stad Alaverdi tot de Unesco monumenten uit Kiurikian dynastie (10e tot 13e eeuw). De Byzantijnse kloosters waren belangrijke onderwijscentra. Daar werkten en woonden ruim 500 monniken. Sanahin stond bekend om zijn school van illuminatoren en kalligrafen. Illuminatoren waren de verluchters van de oude handschriften. (Wiki, bedankt voor de aanvullende feiten.)
Daar word je niet rij
Armenië is voor mij het land van prachtige oude kerkjes op fraaie plekken in de natuur. Daar kan de toeristenbus niet altijd komen en dan moet je dus het laatste stuk lopen. De bus wacht dan elders op je. De chauffeur van onze bus maakte in die tussentijd een praatje met een bekende. Die man hoopte ook wat te verdienen aan de toeristen. Maar met een winkeltje zoals het zijne is die kans klein. Heel sneu, maar hij zal dan echt zijn assortiment moeten veranderen. Of hopen op mensen die uit medelijden wat kopen......
Panne
Reizen kun je op heel veel manieren doen. Avonturiers kiezen niet voor de gemakkelijkste weg, zoals deze twee Fransen die in een oude brandweerauto onderweg waren vanuit hun vaderland naar Mongolië. In Armenië hadden ze panne en dan is het wel heel fijn als je handig bent. Zelf was ik met een georganiseerde groepsreis in Armenië. Minder avontuurlijk, maar ik heb er erg van genoten. Je moet doen wat bij je past. Ik zeg dan: "Gemak dient de mens......."
Geen gewone straat
Hoe langer ik naar deze foto kijk, des te meer details vallen me op in het straatbeeld. Wat gebeurt er veel buitenshuis in Elmina. Fotograferen was hier niet echt een probleem. Dat maakte mijn stadswandeling alleen maar leuker. Op de achtergrond zie je een wit fort. Dat is het voormalige fort Coenraadsburg, gebouwd door de Hollanders als extra verdediging van Elmina. Er stond elders al een ander fort in Elmina: fort São Jorge da Mina. Dat was de eerste Europese nederzetting in West-Afrika. Het werd in 1482 door de Portugezen gebouwd om de goudwinning en de mijn hier in de buurt te beschermen. Vanaf 1596 hebben de Hollanders pogingen ondernomen om dat fort te veroveren, maar zonder succes. Het lukte Johan Maurits van Nassau-Siegen in 1637 wel. Er volgden goede tijden voor de Nederlanders. In 1642 was heel Portugees Afrika in het bezit van de WIC. Zelden tevoren is zoveel goud in Nederland aangevoerd. Het goud, aangevoerd uit de binnenlanden werd geruild tegen textiel, koperwaren, kralen en brandewijn. Jaarlijks werden 2.000 slaven overgebracht naar de West-Indische eilanden of Zuid-Amerika, minimaal vier schepen per jaar. De handel bloeide en aan mensenrechten deden “we” niet. Tot in 1850 werden er in het fort Elmina soldaten geworven voor militaire dienst in het KNIL, de Orang Blanda Itam (= Zwarte Hollanders) in Nederlands Indië. Eigenlijk was dit verkapte slavernij. De geschiedenis van de Ghanezen in Hollandse dienst is treffend beschreven door Arthur Japin in zijn prachtige boek: “De zwarte met het witte hart.” Het fort bleef tot 1871 in Nederlandse handen en werd uiteindelijk met veel andere bezittingen in Afrika aan Engeland verkocht voor het bedrag van fl. 47.000,- Hoewel koning Willem III om chauvinistische redenen hier sterk tegen ageerde, was het een logische stap. De slavernij was afgeschaft, dus de forten hadden eigenlijk hun functie verloren en vormden met elkaar een enorme kostenpost. (Mijn informatie heb ik gevonden in Wikipedia en daarna bewerkt. Al met al geen verhaal om trots op te zijn, maar wel een stuk heel interessante Hollandse geschiedenis.)
Drukte bij de haven
De vissers kwamen terug met hun vangst. Dat zorgde voor een drukte van belang op de kade van Elmina. De bakkersvrouw hoopte daardoor goede zaken te doen. Maar helaas, de aandacht was vooral op de vis gericht. Elmina is in meerdere opzichten het bezoeken waard. Behalve bij de al genoemde haven valt er in het stadje ook veel te genieten, als je een beeld wilt krijgen van het dagelijks leven hier. En het fort is ook beslist een bezoek waard. Daar krijg je een beeld van de slavenhandel en de bedenkelijke rol die Nederlanders daarbij speelden.
Waar moet dat heen?
"Waar moet dat heen? Hoe zal dat gaan? Waar komt die rotzooi toch vandaan?", is een liedtekst van Wim T. Schippers, destijds gezongen door Barend Servet. Ik moet daar aan denken als ik weer naar deze foto kijk, die ik maakte in de haven van Elmina. Op de voorgrond liggen een paar boten die in mijn ogen kansloos zijn, rijp voor de sloop en om te recyclen. Iets verderop wordt gewerkt aan herstel en rechts zit een groep mannen bij elkaar voor overleg. Maar door gebrek aan geld zal dat ook niet veel groots opleveren. Nee, het is sappelen hier, de tering naar de nering zetten. Kleurrijk om te zien maar tegelijkertijd ook triest.
Volg de gele pijlen
Pelgrims die op pad gaan richting Santiago de Compostela zullen in Spanje onderweg heel veel gele pijlen tegen komen, die ze de goede kant uit wijzen. Die gele pijlen zijn een initiatief van een Spaanse geestelijke: "Don Eli met de kwast". Hij is in zijn oude autootje de hele route meerdere keren langs gegaan om voor betere richtingssignalen te zorgen. Deze Don Elias Valiña Sampedro (1929 - 1989) ligt begraven in het kleine plaatsje O Cebreiro, naast de kerk waar hij pastoor was. Veel pelgrims komen bij hem langs. Bij een van de twee moderne pelgrims op mijn foto zie je als eerbetoon zo'n grote gele pijl op zijn T-shirt staan.
Indrukwekkende rotsen
Deze rotsen horen bij de "Praia as Catedráis" (strand van de kathedralen) in Noord-Galicië, in de buurt van de plaats Ribadeo. Bij eb kun je hier een mooie wandeling maken langs deze grote rotsformaties. Maar vanwege de gladde rotsen, waar je soms tussendoor (en ook overheen) moet, is zo'n tochtje niet zonder gevaar. Een valpartij ligt op de loer. Bij vloed kun je de rotsformaties van bovenaf heel mooi bekijken. In de zomermaanden kan het druk zijn, want de Spanjaarden komen hier zelf heel graag. Wees wel voorzichtig, want de vloed komt soms verraderlijk snel omhoog.
Buiten de kathedraal.
Gisteren plaatste ik een foto van de Gouden Trap in de kathedraal van Burgos. Daar is heel enthousiast op gereageerd. Dat vind ik een goede reden om nu ook de buitenkant van die kathedraal te laten zien. In grootte is dit de derde kathedraal van Spanje. Burgos heeft een mooie en ook gezellige binnenstad vol historie. Ik vind het echt een aanrader!
De Gouden Trap
Dit is de Gouden Trap in de kathedraal van Burgos. Hij dateert uit 1519. Via deze deur kun je in een hoger gelegen deel van de stad komen. Maar daar wordt al heel lang geen gebruik meer van gemaakt. Men zegt dat Napoleon de laatste is geweest die via deze trap de kathedraal van Burgos betrad. De trap is nu een opvallende decoratie, die veel architecten heeft geïnspireerd. Hij heeft onder andere model gestaan voor de grote trap van de Opera in Parijs. Tegenwoordig wordt deze fraaie trap de donderdag en vrijdag voor Pasen extra mooi vanwege alle kaarsen die dan langs de leuningen worden aangestoken. Columbus werd na zijn tweede grote reis in Burgos ontvangen door koningin Isabella en koning Ferdinand. Al het goud op de trap toont de Spaanse rijkdom uit het begin van de 16e eeuw, dankzij de ontdekte Zuid-Amerikaanse koloniën. Ook de zilveren processie draagbaar links onder aan de trap toont die rijkdom aan. Iedereen die in Burgos komt kan ik aanraden om deze kathedraal te bezoeken, want er is binnen nog veel meer moois te zien. Het karretje rechts is helaas “een geval van jammer” op de foto.
Spanje • Santiago de Compostela
Spanje • Santiago de Compostela
Het is volbracht
Deze foto maakte ik op het grote plein naast de kathedraal van Santiago de Compostela. Dat is het einddoel van alle pelgrims en wandelaars die de Camino lopen naar het graf van Sint-Jacobus (Santiago) Voor deze meisjes is de tocht volbracht. Zo te zien wel met zere voeten. Als je vanaf de Franse grens begint met wandelen is het een tocht van ruim 800 kilometer. En als je vanuit je eigen huis start komt daar natuurlijk nog een flink stuk bij. Ik heb veel respect voor hun prestatie.
In de krater
De vulkaan Bayuyo ligt op wandelafstand van de plaats Corralejo. Liefhebbers van een steile klauterpartij kunnen over de bovenrand lopen. Zelf koos ik voor een tochtje de krater in. Ook bij die wandeling moet je goed uitkijken, vanwege de vele losse lavastenen. Maar het levert je wel een mooi uitzicht op.
Stekels en vruchten
Tussen de stekels zie je hier ook de vruchten van de cactusbloemen. Doordat Fuerteventura een nogal droog eiland is kom je er vrij veel cactussen tegen. Voor de liefhebbers van een andere smaak jam: van rijpe cactusvruchten wordt smakelijke jam gemaakt.
Een opvallende muur.
De kunstenaar Carlos Calderón Yruegas heeft van zijn woning, de Villa Tabaiba, aan de rand van de stad Corralejo iets bijzonders gemaakt. Zijn voordeur heb ik hier al eens laten zien. Vandaag toon ik jullie een deel van de muur om zijn tuin. Hij heeft zich er echt op uitgeleefd. In de spiegels kun je nog wat geparkeerde auto's in de straat zien en ook een beetje landschap. Al met al: ik vond het opvallend en leuk.
Voor het grijpen
Deze foto maakte ik op de Mercado de las Tradiciones in de Casa del Coronel in La Oliva. Op vrijdagen wordt daar handel gedreven in een voormalig kolonelshuis. Er worden dan lokale producten en kunstnijverheid verkocht. Bij deze groenteboer lag de handel "voor het grijpen" maar dat deed hij toch het liefst zelf. Op vakantie vind ik het altijd erg leuk om opvallende mensen te fotograferen. Die ben ik op Fuerteventura maar weinig tegen gekomen. De grootste bezienswaardigheid daar is de natuur.
Sterke wind
"Fuerte ventura" betekent sterke wind. En dat klopt. Hier zie je bij het vissersplaatsje El Cotillo de golven flink te keer gaan. Juist aan de westkust heb je de meeste kans om hoge golven te zien. Daar heb ik erg van genoten. Je kunt er ook mooie foto's van maken. De grijze lucht is er gelukkig lang niet altijd. Van de zeven dagen die ik in december 2016 op Fuerteventura was heeft de zon anderhalve dag vrij genomen. En regen is er nauwelijks gevallen in die week. Het opspattende water zie je mooier als je deze foto uitvergroot.
Cultureel Corralejo
Cultuurliefhebbers zijn op Fuerteventura vrij snel klaar. Het eiland moet het vooral hebben van het bijzondere landschap, de stranden en de golven om te kite surfen. Op deze foto zie je de cultuur in Corralejo in een notendop: er staan een paar leuke molina's en je ziet wat aardige beelden her en der. Maar er zijn vooral veel winkels. En horeca natuurlijk. Met name voor de toeristen. De toren bij dit winkelcentrum mag je in. Boven heb je een leuk uitzicht op de stad, de vulkaan Bayuyo, de oceaan en twee andere eilanden: Lanzarote en Lobos.
Een molina voor de...
Op deze foto zie je een molina, een open molentje dat op de Canarische eilanden vooral gebruikt wordt om meel te malen voor de gofio. Gofio wordt gemaakt van geroosterde granen (meestal tarwe of maïs ) of andere zetmeelrijke planten. Het is een belangrijk ingrediënt in de Canarische keuken. Canarische emigranten hebben het gebruik ervan bekend gemaakt in het Caribisch gebied, de westelijke Sahara, Argentinië, Uruguay en Chili. Canarische zeelieden ontdekten dat het lange periodes kan worden opgeslagen. Roosteren van het graan voor het malen heeft het voordeel dat eventuele schimmels vernietigd worden. Door het roosteren wordt het meel ook beter verteerbaar. Gofio is een heel veelzijdig product dat kan worden toegevoegd aan soepen, stoofschotels, desserts, ijs, sauzen, en nog veel meer. Het is rijk aan vitaminen, eiwitten, vezels en mineralen. Gemengd met een beetje water en suiker en gekneed kan het deeg ook zo worden gegeten. (Wiki bedankt voor deze info!)