Gestrand in het Paradijs
Gestrand in het Paradijs
O shit, wat nu? Het is half 3 's nachts en we zijn gestrand in Eden, aan de rand van een klein dorp aan de kust, in het oosten van Australië.
Nadine en ik waren de dag ervoor in Melbourne, op zoek naar een leuke tussenstop op onze route naar Sidney en kwamen een aankondiging tegen van het whale festival in Eden wat dit weekend zou plaatsvinden. Wat een prachtige kans om eindelijk walvissen te gaan zien in een plaatsje met een paradijselijke naam. Direct de nachtbus geboekt en volgens de planning van de bus zouden we om half 3 ’s nachts aankomen. Ach, met zo’n festival zijn er vast genoeg mensen aanwezig en kunnen we wel een taxi nemen naar ons B&B zodat we daar kunnen wachten. We hadden een B&B geboekt (de laatste kamer vrij in Eden) maar de landlady had ons al gewaarschuwd dat we pas na 8 uur ’s ochtends bij haar terecht konden. En anders is er vast nog wel een barretje open waar we kunnen wachten.
Optimistisch en ons verheugend op de walvissen stappen we vroeg in de avond in de bus. Er is genoeg plek dus we confisceren allebei 2 plaatsen per persoon in de hoop dat we wat kunnen slapen zodat we fit zijn voor het whale festival. Helaas, de bus stopt ieder half uur en de passagiers stromen binnen met veel gestommel en huilende kinderen. Al snel geven we alle hoop op slaap op en ook onze 4 plekken. We realiseren ons dat het sowieso misschien beter is om wakker te blijven want de chauffeur roept de haltes niet om en in het donker is het moeilijk om te zien waar we zijn.
En dan komen we eindelijk in Eden aan, het is half drie ’s nachts, pikdonker en de bushalte is bij een verlaten tankstation net buiten het dorp. We stappen, nog steeds redelijk optimistisch, uit, halen onze rugzakken uit het bagageruim en kijken om ons heen. En dan, reality-check, er is niets of niemand in de buurt! Het tankstation is dicht en om ons heen is verder niks. Oh oh, wat nu? We kunnen moeilijk hier gaan zitten, geen idee of het veilig is en we gaan gegarandeerd in slaap vallen en dan worden we misschien wel beroofd of nog erger.
Met ons stapte een meneer uit en aangezien dat onze enige kans lijkt te zijn, spreken we hem aan met de vraag of hij suggesties heeft voor ons. Tuurlijk girls, mijn vrouw komt mij zo ophalen en dan brengen we jullie wel even naar het B&B. Perfect, dan gaan we gewoon daar zitten wachten! De vrouw komt er aan in een oude verroeste pick-up, blijkt net zo aardig te zijn als haar man. Haar man gaat in de laadbak zitten tussen alle rugzakken en visspullen en wij zitten met z’n drieën op de voorbank gepropt. Er is alleen een klein probleempje, ze weten niet waar ons B&B is dus we gaan eerst op zoek naar een VVV want daar hangt vast een plattegrond. Het blijkt dat deze mensen hier pas wonen dus ze zijn nog niet zo bekend hier. VVV na een kwartiertje gevonden, de plattegrond hangt er inderdaad en ons B&B blijkt weer aan de andere kant van het dorp te liggen. Geen probleem, ze willen ons nog steeds brengen!
Aangekomen bij ons B&B is alles donker en het ligt in the middle of nowhere. De vrouw bekijkt het allemaal en zegt dan; no way I’m leaving you girls here, draait de auto om en rijdt weer terug. We realiseren ons dat het inderdaad geen optie was om daar te gaan wachten maar waar brengt ze ons heen? Ze vertelt dat zij en haar man op een camping wonen en we kunnen wel in de voortent liggen van hun caravan. Verschrikkelijk aardig allemaal en het lijkt erop dat dit inderdaad de enige mogelijkheid is voor ons. Het is inmiddels 3 uur ’s nachts en we moeten nog 5 uur voordat we binnen mogen bij ons B&B! Aangekomen bij de camping geeft de man ons een stapel slaapzakken en we maken een lekker bedje in de voortent. Met kleren aan kruipen we in de stapel slaapzakken en het stel verdwijnt in de caravan. En net voordat hij ‘de voordeur’ dicht doet, vertelt hij dat we niet bang hoeven te zijn voor slangen want hij heeft er een paar dagen geleden eentje doodgemaakt die rond de caravan kroop en hij denkt niet dat er meer slangen in de buurt zijn. Door deze laatste woorden liggen we verstijfd in de slaapzakken, kapot wegens slaapgebrek maar gespitst op ieder geluid wat we horen. We voelen de wind langs onze gezichten strijken, tussen de voortent en de grond zitten enorme gaten.
Blijkbaar zijn we toch in slaap gesukkeld want om 8 uur worden we wakker gemaakt door de vrouw met een kopje thee. We knappen ons een beetje op in de doucheruimte van de camping en ze zijn zo vriendelijk om weer in de auto te stappen om ons naar ons B&B te brengen. We kunnen het nu in een keer vinden en we worden bij de deur afgezet. Met onze belofte van een drankje als we ze tegenkomen in het dorp nemen we afscheid van dit ontzettend aardig stel en kunnen we aanschuiven voor het ontbijt. Het whale watching is helaas dat weekend niet doorgegaan in verband met te hoge golven maar dat hebben we later in Sidney dubbel en dwars ingehaald!