Amish is een mennonitische, protestantse geloofsgemeenschap. Men leeft nog grotendeels zoals in de eerste helft van de 19e eeuw. De Amishgemeenschap in Noord-Amerika bestaat uit ca. 250.000 personen, over zo'n 20 jaar zal dit aantal zijn verdubbeld. Amishkinderen mogen rond de leeftijd van 16 jaar een paar maanden leven als een gemiddelde Amerikaan. Dit om zo beter te kunnen kiezen tussen het bijzondere leven in de Amishgemeenschap of het leven in de "gewone" Amerikaanse maatschappij. Dit wordt "rumspringa" genoemd. De kinderen die uiteindelijk kiezen voor een leven buiten de Amishgemeenschap worden verstoten, maar het blijkt dat maar liefst 85 tot 90 procent na het “rumspringa” kiest voor aansluiting bij de Amish.

Nabij het dorpje Intercourse, Pennsylvania, heb ik deze Amishjongetjes kunnen vastleggen. Ze keken door het achterruitje van een paardenkoets. Amish mogen geen gemotoriseerde voertuigen besturen (wèl meerijden). In deze omgeving zie je dus veel paarden en wagens, daarnaast wordt er veelvuldig gebruik gemaakt van de ouderwetse step.

Amish zullen niet voor je gaan poseren (mocht je dat al wensen). Volgens de Old Order Amish verbiedt het tweede gebod niet alleen het maken van afbeeldingen van God, maar ook van mensen (ze mogen niet ijdel zijn, vrouwen gaan nooit naar de kapper en het dragen van sieraden en make-up is ook verboden). Voor 11 september 2001 konden Amish ontheffing krijgen van de verplichting om een pasfoto in hun paspoort te hebben. Na de terreuraanslagen op die dag is die ontheffing ingetrokken.