Saint Vincent en de Grenadines
Ding dong gaat de bel van Mick Jagger
Na een paar dagen te zijn bijgekomen van de gekte van Saint Lucia en haar bewoners hijsen we de zeilen, gaat de automatische piloot aan en zetten we, onder incidentele begeleiding van dolfijnen, koers richting St. Vincent en de Grenadines.
Onderweg wordt er van tijd tot tijd een Nederlandse vlag op een onbewoond eiland gepland. Verder gebeurd er weinig. We gaan mee in het ritme van de deining en de zwoele avonden. De afwisseling bestaat uit het kopen van kreeft van een visser die in hetzelfde atol als wij heeft aangemeerd.
De horizon knipoogt twee maal daags naar ons. Zonsopgang is voor het duo dat wacht loopt. Op zonsondergang wordt gevieren getoast. Na St. Vincent dat volledig beplant met wiet lijkt te zijn, zakken we verder zuidwaarts. Op naar Mustique.
Mustique is een privé eiland voor de rijken der aarden. Het is gezegend met een countryclub en een miniatuur vliegveld. De mensen rijden wat rond in golfkarretjes. Er is ook 1 taxi op het eiland. Die nemen we en al snel staan we voor de poort van het huis van Mick Jagger. We zijn er klaar voor! De bel wordt ingedrukt. Ding dongggggg klinkt het en.......niets. Mick is niet thuis.
Tropical Taxi brengt ons vervolgens naar het prachtige huis van textielboer Tommy Hilfiger. We zijn nu een echte startour aan het maken. Tommy heeft smaak. Zijn huis is er een uit het architectuurboekje: je staat er voor, het is rechthoekig en je kijkt er doorheen. Minimalistisch met een rijk uiterlijk. Zo tuffen we nog even door totdat het eiland geen geheimen voor ons heeft en we weten welk huis het wordt als de Staatsloterij gewonnen wordt.
Heel even waren we 1 met Mick. Een minuut lang dagdroomden we dat de oude rocker thuis was. Dat, nu we er toch waren, even konden bijkletsen onder het genot van een cocktailtje terwijl Keith in een kokospalm hing.
Maar het liep anders en dus vertrouwen we ons weer toe aan de zee. De zee die nog ouder is dan Mick en ook zo lekker ritmisch met haar heupen wiegt.