Granada is de oudste stad op het vasteland van Midden-Amerika, in 1524 gesticht. In het koloniale tijdperk was Granada zeer geliefd vanwege de vruchtbare bodem en het goud dat daar gevonden werd.
De Kathedraal, in 1915 voltooid, is de belangrijkste katholieke kerk in Granada. Deze is diverse malen verwoest door aardbevingen en oorlogshandelingen, zoals op 27 november 1956 toen de troepen van William Walker, die heel Midden Amerika wilde veroveren, de complete stad hebben plat gebrand.
Je ziet hier het Parque Central tijdens de siësta. Er is weinig te doen, maar ik vind het dan juist leuk om wat rond te kijken en een praatje te maken of een cola te kopen bij het karretje op de voorgrond.
Links achter de bomen zie je nog een stukje van het bisschoppelijk paleis (rood geverfd) . Beneden is een winkeltje waar je rozenkransen, beelden en zelfgemaakte jam kunt kopen. Er zijn vaak missen in de kathedraal, waarbij de muziek via een band afgespeeld wordt. De geluidskwaliteit is overigens heel goed.
Tegen de avond worden er in de brede straat voor de kathedraal regelmatig voetbalwedstrijden georganiseerd. Heel leuk om naar te kijken.