Mountainbiken op de Chimborazo
Mountainbiken op de Chimborazo
Hartkloppingen, een snelle blik op de wekker, 02.00 uur, nee ik hoef nog niet op.
Rusteloos probeer ik de slaap weer te vatten, het wil niet lukken. M. slaapt rustig door, maar zelfs zijn rustige ademhaling wiegt me niet meer in slaap. Nog een blik op de wekker, 02.15 uur…..
Dan schrik ik wakker, dus toch in slaap gevallen, 05.00 uur, yes nu mogen we wel op!
In de bus is het opvallend stil, zouden er nog meer mensen gespannen zijn? We zijn op weg naar de Chimborazo, we gaan deze vulkaan niet alleen beklimmen, maar daarna op de fiets naar beneden!
Rijdend over de páramo hebben we al een prachtig zicht op deze niet meer actieve vulkaan. Het geweldige landschap kalmeert me, maar telkens als ik de top even uit de wolken tevoorschijn zie komen, krijg ik weer de kriebels in mijn buik.
Dan zijn we op de parkeerplaats op 4.800m hoogte, startpunt voor de klim naar de refugio op 5.000m. Het is koud en mistig, dus ik pak me goed in. Ik klim over het losse gesteente langzaam omhoog en opeens breekt het wolkenpak open en heb ik een mooi uitzicht op de gletsjer die de top van de Chimborazo bedekt. Heel even maar, alsof de vulkaan me wil uitdagen, want daarna trekt de lucht weer snel dicht.
Ik klim in mijn eigen tempo omhoog en geniet van de stilte, terwijl mijn hartslag langzaam maar zeker weer begint te stijgen. En niet alleen van de inspanning. De weg is minder indrukwekkend dan die naar de Cotopaxi, geen sneeuw en ijs, maar ook hier voel ik hoe Moeder Natuur een spelletje met me speelt. Ik wil zo graag omhoog, want daar staat mijn fiets op met te wachten, maar blijkbaar vindt de Chimborazo dat ik nog wat meer van de omgeving moet genieten. Regelmatig schuif ik op de losse stenen weer een eindje terug, zodat ik ‘opnieuw’ moet beginnen.
Opeens klinkt er achter me het getrappel van hoeven. Als ik me omdraai kijk ik in het gezicht van een bepakte witte lama. Onze blikken kruisen elkaar en we lijken elkaar te begrijpen. Nog een klein stukje en dan zijn we er!
Bij de refugio wil ik eigenlijk zo snel mogelijk weer weg, maar ik moet echt eerst even op adem komen en vocht bijtanken. Na een laatste blik op de gletsjer snel ik dan toch naar mijn mountainbike. Fiets en helm passen, remmen testen en dan is het eindelijk zo ver. Eerst een beetje onwennig en toch wel voorzichtig, maar dan zoef ik de vulkaan af naar beneden. Tranen in mijn ogen door de wind, geweldig! Door de hobbels en bobbels in de weg, schut ik zo af en toe helemaal door elkaar, maar dat maakt het extra leuk. Gaten, stenen en bobbels ontwijken, wauw wat een kick.
Bij de entree van het park is het gedaan met de losse stenen en de gravel en begint het asfalt. En dus ook een supersnel vervolg van de afdaling. Met z’n vieren rijden we helemaal voorop en suizen we achter de gids aan naar beneden. Welke snelheid we halen: geen idee, maar het gaat gigantisch hard.
Echt ongevaarlijk is het eigenlijk niet, want het is soms best lastig om in de bochten op je eigen weghelft te blijven. En ja de weg is niet afgezet…. En dan die honden, die happend en blaffend de weg op rennen, maar het is hartstikke leuk. Iedereen kijkt ons groetend en zwaaiend na, ’t lijkt de Tour de France wel.
Dan is het opeens gedaan met de pret, we moeten een steiler stuk omhoog. Niet leuk! Ik hou het een stukje vol, maar dan moet ik toch echt gaan lopen. Marco, onze gids, is omhoog iedereen de baas en geeft ongevraagd nog even een showtje klimmen weg. Hoe demotiverend….
Daarna volgt alleen nog maar een vlak stuk; ja ja vals plat zul je bedoelen. Na ruim een kwartier is de fut op en wordt mijn fiets op de volgauto geladen. Bij het eindpunt stapt iedereen in de auto en nog vol adrenaline komen we uiteindelijk aan in Urbina, een oud treinstation dat nu tot herberg is omgebouwd.
Hier ebt de adrenaline langzaam weg en overvalt de vermoeidheid me. Na het eten val ik dan ook als een blok in slaap! Wat een geweldige dag!