Nathaliebeersma
The vast desert
Deze foto is genomen in de Wadi Rum in Jordanië, op donderdag 17 maart 2022 rond 17.00 uur. ‘Ik heb me net geïnstalleerd in mijn tent, midden in de woestijn. Het dichtstbijzijnde bedoeïenendorpje ligt op maar een half uur rijden met de jeep maar meteen ben ik hier los van de bewoonde wereld. Vanuit het kamp kijk ik uit over een wonderschoon, sereen landschap dat ik al snel bestempel als de warme versie van Patagonië, waar het ijs is vervangen door goudrood zand. De dromedarissen strompelen gehoorzaam hun oneindige leefomgeving af, op zoek naar ook maar de kleinst eetbare planten. Zelfs de taaie, doornige, zoute of uitgedroogde planten voldoen. Ik beeld me in hoe gezegend ze moeten zijn met een hele woestijn helemaal voor hen alleen, maar tegelijkertijd voel ik de pijn bij de gedachte dat ze hier waarschijnlijk niet van genieten omdat ze met hun voorpoten aan elkaar vastgebonden zitten! Een schril contrast met mijn situatie op het moment, volledig vrij en volledig zen. Volmaakt gelukkig. Ik besef me, zo hoort mijn leven te zijn, op de mooiste plekken de meest bijzondere avonturen beleven, reizend, als een Little Indiana Jones.’
Het toppunt van...wan
Deze foto is genomen op de top van Pico do Arieiro op het Portugese eiland Madeira, op vrijdag 18 juni 2021 rond 14.00 uur. 'Op het moment dat ik de auto uitstap, voel ik meteen dat boven op de 1.818 meter hoge derde berg van Madeira, Pico do Arieiro, een jas allesbehalve een overbodige luxe is. De thermometer geeft 7 graden Celsius aan. Letterlijk een wereld van verschil met de zonnige zuidkust waarvandaan ik 35 minuten geleden vertrok. Mijn doel van vandaag is het állerhoogste punt van het eiland: de top van Pico Ruivo op 1.862 meter. Het wordt een uitdagende wandeling van ruim zes kilometer. Heen. En daarna dezelfde weg ook weer terug. Ik ben nog maar net gestart of mijn knieën schieten als een soort tegengesteld Pavlov-effect in de verstijving. Door de kou, door de spanning van wat me te wachten staat, gevoed door de wetenschap dat veel mensen deze tocht schijnen te onderschatten, en als boetedoening voor mijn eigenwijze keuze om toch een hotpants in plaats van mijn vuile maar wel lange en dus warme spijkerbroek aan te doen. De wind is guur, maar dat mag de pret niet drukken. Ik loop trap na trap naar beneden. Steeds steiler. Dit gaat nog opvallend soepel. Ik probeer de gedachte dat ik dit op de terugweg allemaal omhóóg moet lopen te verdringen. Op geleide van het zaklamplicht op mijn telefoon doordring ik via pikdonkere en natte tunnels het indrukwekkende massief. Aan de andere kant volgt het vlakke stuk tussen de beide toppen in, over niet meer dan een verbrede richel aan de volledig verticale, soms zelfs een beetje overhellende bergwand. Het uitzicht op de ruige, groene wereld is waanzinnig. Ik kan er inmiddels nóg meer van genieten nu de temperatuur aangenamer is geworden. Op 3,7 kilometer waarschuwt een voorbijganger die alweer is teruggekeerd van de top dat het vanaf dit punt volle bak klimmen is. En daar heeft ze niets aan gelogen. Het is over met het beginnerswerk, nu moet ik als gevorderde bergsporter aan de slag. Stap voor stap klauter ik over de stenen. Maar drie keer is er een échte, normale stalen trap, simpelweg omdat de klim zonder te steil en daarmee onmogelijk is. Verbaasd probeer ik te bedenken hoe men dit pad hier ooit heeft aangelegd. De beloning die de natuur me geeft voor al dat geploeter over dit moeilijkste stuk voelt wrang: ik zit weer in de mist. De omgeving is veranderd in dat van een onheilspellend bos uit een griezelsprookje of fantasy verhaal. Terwijl ik door blijf stijgen, tel ik de laatste achthonderd meter af. Tree voor tree. En dan is daar eindelijk de top van Pico Ruivo. I did it! Bij de eerste stap naar beneden voel ik de pijn in mijn knie. Overbelaste, te koude spieren. Ik vrees voor een hele zware terugweg. Maar gelukkig blijven de klachten beperkt tot de frisse afdaling en loop ik een stuk beter vanaf het dal, waar inmiddels de zon is gaan schijnen en de prachtige vergezichten zich helder op mijn netvlies presenteren. Inmiddels hebben ook aanzienlijk meer wandelaars zich aan deze tocht gewaagd. Dan is het nog maar twee kilometer. Twee kilometer omhóóg, via een eindeloze steile trap. Een pittig einde waarvan ik wist dat die ging komen maar die ik bewust vergeten was. Ik sta even stil op het punt waar het smalle pad de enige scheidingslijn is tussen twee immense afgronden. Op deze richel voelt het bijna alsof je aan het koorddansen bent. Wauw, wauw, wauw! Spectaculair! Dit is het hoogtepunt van Madeira en absoluut ook van deze reis. Ik ben letterlijk in de wolken.'
Een paradijs boven en
Deze foto is genomen op het eiland Embudu behorend tot de Zuid-Malé Atol van de Malediven, op vrijdag 27 september 2019 rond 18.00 uur. ‘Ik land in een stukje van de enorme Indische Oceaan waar rijkelijk is gestrooid met de kleinste tropische eilanden omringd door lichtblauwe kringen, riffen die nog slechts tot morgen een magische onderwaterwereld voor me verborgen houden. De eerste zoektocht naar Nemo en zijn vrienden begin ik bij de haven van Embudu. Wanneer ik het heb aangedurfd de vaste grond onder mijn voeten te laten verdwijnen en mijn hoofd de onderkant van het wateroppervlak heeft bereikt, begin ik vol ongeloof naar de immense hoeveelheid felgekleurde vissen te staren. Ik ben al zo blij met deze ervaring, dat ik de vurige wens om rifhaaien, roggen, schildpadden maar vooral manta’s te zien even vergeet. Aan het einde van mijn bijzondere en ontspannen week in dit paradijs blijk ik met een volledig afgestreepte bucketlist van de eerste en laatste zonsondergang te genieten. Elke centimeter die de zon tussen de boten zakt, neem ik met volle focus in me op. Ik zou niets liever willen dan dat dit unieke land voor altijd boven de zeespiegel kon blijven.’
Tropische verrassing
Deze foto is genomen in Cape Le Grand National Park in Australië, op zaterdag 11 mei 2019 rond 13.00 uur. ‘Ik neem plaats op de rond geërodeerde donkere rotsen in de verste hoek van het strand, zodat ik traditiegetrouw het beste uitzicht over in dit geval de gehele baai in me op kan nemen. Het babyblauwe water rolt zacht over het witste zand op aarde. Meer dan het gedempte geruis dat dit met zich meebrengt hoor ik niet. Achter me ligt een ruig, afwisselend begroeid weidelandschap dat vanaf hier zal doorlopen tot ver in zuidwestelijk Australië. Een deel van deze andere outback heb ik de afgelopen dagen mogen ontdekken. Verbaasd ben ik daarom dat deze verscholen tropische schoonheid te vinden is aan het einde van die ene onmetelijke rechte maar glooiende weg. Dan wordt de rust verstoord als de zee weer eens op minder subtiele wijze in botsing komt met het land Down Under. De golven bereiken geen hoogte van meters maar het blijft een wonderschoon verschijnsel. Bij de volgende slag weet ik het beeld met mijn camera te vangen.’
Sydney Icons
Deze foto is genomen in het Sydney Opera House in Sydney in Australië, op zaterdag 27 april 2019 rond 09.30 uur. ‘Door mijn hele lijf stroomt een diep gevoel van rust en geluk. In de felle blauwe lucht zie ik de zon eindeloos stralen, evenzo hard en onophoudelijk als mijn gezicht. De ‘no worries’ cultuur overheerst de ‘hustle & bustle’ van een moderne westerse metropool; de hectiek van bijvoorbeeld de 180.000 voertuigen die elke dag over de acht autobanen en twee spoorlijnen van de 1.149 meter lange breedste stalen boogbrug ter wereld razen. Deze plek zo ver weg voelt daarom zo dichtbij. Het is een déjà vu dat ik beleef als een gloednieuw dus onbekend avontuur. De naar eigen inzicht te definiëren glanzende witte schelpen of zeilen, en de brugtop op een duizelingwekkende 134 meter, vanuit alle perspectieven zijn deze onmogelijk geachte constructies eeuwig mooi. In stilte blijf ik genieten, in de hoop dat deze levensechte droom voor altijd zal duren. ‘Deze dag is levensecht’ zal Guus Meeuwis me vanavond al zingend bevestigen daar aan de overkant in The Big Top. Ik ben, in tegenstelling tot Jørn Utzon, teruggekeerd om de Sydney Icons in hun volle voltooide glorie te herbewonderen. En snel zal ik dat nog eens doen. Hier op Bennelong Point ben ik thuis, hoor ik thuis, voel ik me thuis.’
Great Ocean Road op..
Deze foto is genomen in Paracas National Park in Peru, op zaterdag 9 juni 2018 rond 15.30 uur. ‘Amper twintig uur na landing op het beruchte internationale vliegveld Jorge Chávez, en zonder tijd te hebben gehad om ook maar enigszins te wennen aan de chaotische miljoenenstad, lijkt mijn lichaam nu een landing op Mars te hebben gemaakt. Of op de top van ’s werelds grootste vulkaan, dat zou ik ook geloven. Waar ik ook kijk, het is kaal. Enkel de schelpen op de grond zijn het vreemde bewijs van het verleden als oceaanbodem. Her en der zorgen heuvels voor glooiing in deze uitgestrekte woestijn. Klimmend en hangend over de houten balustrade kijk ik naar de perfect afgesleten kustlijn die het abrupte einde markeert van het gouden land. Ik hoor hoe beneden de golven tegen de hoge muur van kliffen kapotslaan. Ook hier, 275 kilometer ten zuiden van Lima, is die eeuwige zeemist nog aanwezig boven de woeste, grauwgrijze watervlakte. Maar het goede zicht reikt gelukkig ruimschoots tot de rotsformatie die als de kathedraal wordt beschouwd. Slechts één seconde duurt het voordat mijn gedachten teruggaan naar die betoverende, eveneens voor altijd gouden avond vijf jaar geleden bij de twaalf apostelen aan de Great Ocean Road in het zuiden van Australië. Ik beschouw deze overeenkomsten met de allermooiste reiservaring in mijn leven als een voorproefje dat bevestigt dat een gedroomde ontdekkingstocht door Peru is begonnen.’
Een blijvend bestaan
Deze foto is genomen in het klooster van Santa Catalina in Arequipa in Peru, op woensdag 13 juni 2018 rond 10.30 uur. ‘Net na negenen, voor mijn gevoel al halverwege de dag vergeleken met de rest van de reis, verlaat ik het statige hotel Plaza Residence en betreed direct het letterlijk en figuurlijk oogverblindende Plaza de Armas. Aan de overkant strekt het pronkstuk van Arequipa, de kathedraal, zich uit over de gehele noordzijde van het plein. Het witte sillar krijgt door de al volop aanwezige zon een gouden gloed. Vijfhonderd meter verder rechtdoor lopend bereik ik, in het hart van de stad, de complete afzonderlijke stad van de nonnen. Het is een doolhof van straatjes met dikke muren waarop de okerkleurige en roodbruine verf om de paar dagen opnieuw wordt aangebracht. Ik zoek deur voor deur mijn weg door de individuele woonvertrekken met eigen keukentjes. Zouden de kloosterlingen zich weleens hebben afgevraagd wat het leven buiten de poorten van Santa Catalina ze zou brengen? De gedachte aan het geïsoleerde bestaan beklemt me. Dan beland ik weer op een hofje met volgroene bomen, omgeven door een felblauwe zuilengang. Een fontein siert de volgende binnenplaats. De beklimming van een steile stenen trap naar het dakterras wordt beloond met een verbluffend uitzicht op de 5.825 meter hoge besneeuwde top van de vulkaan Misti, de waker over de ari quipa (plaats achter de berg). Nog anderhalve dag blijft dit fotogenieke en wonderschone beeld van la ciudad blanca veelvuldig terugkeren op mijn netvlies. Mijn vraag aan gids Floris zal overmorgen wanneer we verder trekken dezelfde zijn als die van de soldaten aan hun opperhoofd, Inca Mayta Cápac. Zou hij ook antwoorden met ‘ari quipay’ (‘ja, blijf maar’)?’
In de ban van de zon
Deze foto is genomen op Plaza de Armas in Cusco in Peru, op zondag 24 juni 2018 rond 11.00 uur. ‘De felle regenboogvlag wappert fier. Het is zo’n zelfde vlag als van onze Pride maar dan met zowel donkerblauw als lichtblauw boven het paars van de onderste baan. De gehele stad is uitgelopen, maar ik mag vooraan staan. Vanaf een van de vier hoeken van het centrale plein aanschouw ik hoe de nazaten van de Inca’s vol trots de dag van de winterzonnewende vieren, drie dagen later dan de echte kortste dag omdat op 24 juni Johannes de Doper is geboren tijdens het aloude Midzomerfeest en de Spanjaarden deze christelijke festiviteiten in de lokale cultuur hebben weten te mengen. Cusco’s pracht en praal komt in deze sfeer tot volle bloei. De wolken in de vorm van vuurwerkstralen steken prachtig af tegen het helblauw boven de imposante kathedraal en rechts daarvan op de kopse kant de Jezuïtenkerk La Compañía. Het rozige gevoel dat mijn lichaam overspoelt na de intense, wereldwonderlijke indrukken van de afgelopen twee dagen wordt versterkt door de voldoening van alle belevenissen van de veertien dagen die ik daarvoor al aan het reizen was. Met respect aanschouw ik hoe de honderden uitverkorenen zich helemaal geven. Dit is het langverwachte moment dat ze mogen bijdragen aan hun grootste evenement van het jaar. Meer dan anderhalf uur lang gooien ze tijdens een onafgebroken dribbelpas ritmisch één arm in de lucht terwijl ze hun Zonnegod prijzen. Het onze aarde verwarmende hemellichaam antwoordt met aangenaam Zuid-Europees weer, maar dan aan de andere kant van de Atlantische Oceaan en op 3.400 meter. Cusco voelt fijn.’
De macht van de Andes
Deze foto is genomen in de Colca Canyon in Peru, op zondag 17 juni 2018 rond 08.30 uur. ‘Op deze derde dag boven de 3.000 meter lijken de fysieke reacties als gevolg van een te grote focus op mijn angst voor hoogtes definitief te verliezen van de ontspanning veroorzaakt doordat ik oprecht ben gaan genieten van de machtige Andes. Ik voel me oppermachtig tijdens de wandeling van Yanque bergopwaarts naar Coporaque. Elke kilometer verbaas ik me over mijn onuitputtelijke energie en een topsportconditie die klaarblijkelijk bij mijn optimale leeftijd voor het maken van deze reis hoort. Dit is de zwaarste voettocht. Hierna is de Inca Trail geen probleem meer. Ik passeer moeiteloos de Inca ruïnes en de Zuid-Amerikaanse varianten van de rijstterrassen in Azië. De observatie van de schoonheid van de immense bergen leidt tot het verwonderlijke besef dat er zich nog een hele wereld bevindt achter de bergen waartussen mijn leefwereld momenteel ingeklemd zit, een wereld die duizenden kilometers lager ligt. Onvoorstelbaar en waanzinnig, net als de afstand tot de in het diepe dal gelegen kerk en felrode brug die ik de afgelopen twee uur heb overbrugd. Ik kijk erop uit vanaf de top.’
De schoonheid van de.
Deze foto is genomen op het eiland Taquile op het Titicacameer in Peru, op dinsdag 19 juni 2018 rond 14.00 uur. ‘Bienvenidos a la isla Taquile. Met de al de hele reis aanwezige onafgebroken glimlach en twinkelende ogen zet ik voet aan wal. Net zo onafgebroken zijn mijn confrontaties met hoogtes. Ik word niet gespaard, het is een pittige klim naar het centrale plein van het eiland. Een rustpauze wordt beloond met uitzicht op de besneeuwde bergtoppen van Bolivia, heel in de verte aan de overkant van het immense wateroppervlak. Mijn ‘wanderlust’ speelt op nu de ‘kleine Columbus’ zo dicht in de buurt is van nog een nieuw land. Ik begroet de man die op het muurtje langs het pad opgaat in zijn breiwerk. Ook op zijn zeer hoge leeftijd bereidt hij zich geheel volgens de belangrijkste traditie van Taquile voor op een toekomstige relatie. De muts op zijn hoofd verraadt dat hij alleenstaand is. De muts in wording is voor zijn potentiële vrouw. Vanaf het muurtje aan de rand van Plaza de Armas, zoals het middelpunt van elke Peruaanse stad wordt genoemd, kijk ik omlaag naar de grasheuvels met daarover verspreid stenen paadjes, volle, donkergroene bomen en huisjes met vaal rode tinnen daken. Ondertussen laat ik mijn hart weer een normaal slagritme aannemen. Het plein voelt uitgestorven aan, ondanks het aanzienlijke aantal toeristen dat me vergezeld. De oorspronkelijke kleur van de gebouwen is nog net zichtbaar. Op het vervolgstuk van de ontdekkingstocht over Isla Taquile word ik getrakteerd op nog meer hellingen en trappen. Ik ben er inmiddels aan gewend. Maar de schoonheid van deze plek blijft betoveren, zelfs na ruim zes uur op het Titicacameer. De top van het eiland wordt gemarkeerd door de iconische boog van keien, keien die een eenheid vormen met hetzelfde steen op de grond. Direct achter deze poort lijkt zich het einde van het eiland te bevinden. Met afwisselend kleine en grote passen over al even ongelijke keien trotseer ik in slechts een half uur alle vijfhonderd steile treden. Aan de noordwestkant van Taquile wacht ik op de boot. Meteen vlieg ik naar het bovendek. Plat op het grijze staal liggend laat ik de zon op mijn huid branden. Optimaal ontspannen van geluk probeer ik mijn lichaam te laten uitrusten en laat ik alle indrukken tot me doordringen. Ik kijk achterom en probeer me voor te stellen dat achter Taquile pas het grote deel van het Titicacameer begint, terwijl mijn vaartocht terug naar Puno over dit kleine eerste stukje al zeker twee en een half uur zal duren. De zon zakt halverwege deze reis sneller en sneller. Turend over het spiegelgladde en helderblauwe water bereid ik me voor op het dusdanig drastisch naar beneden schieten van de temperatuur dat ik over vijf minuten mijn twee vesten en jas nodig zal gaan hebben.’
Mountain magics
Deze foto is genomen bij Machu Picchu in Peru, op zaterdag 23 juni 2018 rond 07.00 uur. ‘Zittend op de, in ieder geval voor mij, heilige stenen halverwege de magische verloren stad van de Inca’s en haar Zonnepoort laat ik het besef indalen dat dit is waar ik jaren van heb gedroomd. Het ongeloof dat die droom op dit moment wordt vervuld voert echter de boventoon. Ongeveer een half etmaal geleden liep ik hier, vol van indrukken en de daarmee gepaard gaande berg energie, over hetzelfde pad naar beneden na een uitdagende wandeling van twaalf kilometer over dé trail langs de bekende, met een dikke groene deken bedekte ‘oude piek’. Een gaap verraadt de verwezenlijking van deze wens die aan vandaag vooraf moest gaan. Anderhalf uur geleden al werd het duister sneller dan ik had verwacht verdreven door het daglicht. Ik baalde toen ik inschatte dat we te laat zouden zijn. Maar Pacha Mama begint haar show precies op het moment dat ik hier op de allerbeste plek klaarzit. De eerste spotlight verschijnt boven de top achter ‘haar’ poort Inti Punku en straalt vanaf daar door de strakblauwe hemel exact in het middelste venster van de tempel met de drie ramen. Eergisteren was immers de officiële midwinterdag, de dag waarop de Inca’s de perfectie van hun architectuur in combinatie met het voor hun belangrijkste hemellichaam tot een hoogtepunt wilden laten komen. Ik adem de frisse berglucht diep in. Het toegenomen zuurstofgehalte ten opzichte van mijn duizend meter hoger gelegen reisbestemmingen hiervoor doet me goed. Een snel breder wordende zonnestraal maakt het oogverblindende wereldwonder klaar voor een nieuwe dag. In hetzelfde tempo stijgt de temperatuur. De reden dat deze plek na een kleine honderd jaar op stel en sprong uitstierf, wordt met deze ervaring indien mogelijk nog mysterieuzer. Voor eeuwig zou ik hier willen blijven, in Machu Picchu.’
Meet de Amazon locals
Deze foto is genomen in de Amazone in Noordoost-Peru in Pacaya Samiria National Reserve vlakbij Nauta, op vrijdag 29 juni 2018 rond 10.00 uur. 'Na het ontbijt word ik met de skiff naar de overkant van de rivier gebracht voor een culturele excursie naar de lokale gemeenschap San Francisco. De kinderen ontvangen me met open armen. De bewoners van het dorp tonen maar al te graag hun huizen en ambachten, zoals de vervaardiging van bladerdaken en manden. Bij het laatste huis dat ik binnenga, wonen de mensen samen met een luiaard en meerdere soorten apen, die ook de kast of een pan geschikt achten om in te zitten. Bij de steiger is ondertussen een markt opgebouwd. Het hele dorp is uitgelopen. Hier kunnen de leuke dieren worden gekocht die tijdens de maaltijden op de Delfin III op tafel staan. Het bezoek wordt afgesloten met muziek en dans in Afrikaans aandoende klederdracht. De volgende cruise zal één van de andere dorpjes worden aangedaan, zodat ze allemaal evenveel steun krijgen van Delfin Amazon Cruises.'
Jungle adventure...su
Deze foto is genomen in de Amazone in Noordoost-Peru in Pacaya Samiria National Reserve vlakbij Nauta, op donderdag 28 juni 2018 rond 18.00 uur. 'Het zakken van de zon is ook vandaag het moment om eropuit te trekken. De bruinrugtamarin is een nieuwe diersoort die ik vanaf nu ook met eigen ogen heb gezien. De skiff wordt na een uur varen bij een paar kleine bomen op de waterplanten stilgelegd. Een draadje met een klein stukje vlees aan een stok is mijn gereedschap voor het vangen van de meest beruchte vis. Zodra ik de hengel in het water steek, vindt er een heftige aanval op het aas plaats, net onder het wateroppervlak. Dit blijken gewone vissen te zijn die ik niet aan de haak krijg. Tegen het einde van het avontuur haal ik ineens iets met een rode buik naar boven: een piranha. Opeten kan ik hem helaas niet, want zodra hij het droge voelt, laat hij zich weer in het water vallen. Ik had echter wel genoeg salade gevangen... Inmiddels is de adembenemende oranje gloed veranderd in een obscure duisternis. De lamp gaat aan waarmee het volgende bedenkelijke schepsel met vlijmscherpe tanden zal worden opgespoord. Er wordt geseind. De motoren gaan uit. Terwijl de boot nog langzaam vooruit blijft drijven, duikt gids Sandro op zijn buik en grijpt in het water. Hij draait zich om en houdt een zwarte kaaiman vlak voor mijn gezicht. Ik deins achteruit maar durf het beest al een seconde later in de ogen te kijken. Een avontuur dat je wist dat zou komen, maar waar je toch nooit helemaal op voorbereid bent. Op de weg terug naar het grote schip luister ik naar het onophoudelijke lawaai dat de symfonie van de jungle wordt genoemd, met de duizenden heldere sterren en vuurvliegjes als enige lichtbronnen. Een betoverende afsluiting van de dag.'
`Footy' live...aansch
Deze foto is genomen van Melbourne Park vanaf de Eureka Tower in Melbourne in Australië, op vrijdag 5 juli 2013 rond 12.00 uur. `Zondag 7 juli. Vandaag ga ik wat met mijn passie voor sport doen. Ik ga naar het sportterrein. Via Federation Square en de Yarra River, met wat mij betreft de mooiste skylines van de stad, bereik ik Melbourne Park. Vanmiddag speelt Melbourne `footy’ tegen Sydney in de Melbourne Cricket Ground. Deze unieke, typisch Australische ervaring mag niet gemist worden. Nergens anders ter wereld wordt deze sport immers professioneel beoefend. Het is niet druk en dus is er ook voor mij een stoel waarvandaan ik het hele veld perfect overzie. Als ik rustig zit, merk ik hoe vermoeiend een stedentrip is. Ik stort ineens in. Hierdoor is het geschreeuw van de supporters nog overweldigender dan het voor mij al was. Ik maak voor het eerst een dergelijke sportwedstrijd live mee. Zelf ben ik stil. Het enige wat ik doe is klappen bij een doelpunt. Waarschijnlijk is dit omdat ik ril van de kou. Ik probeer het spel te begrijpen, maar slaag er niet in. Er staan achttien spelers in het cricketveld. Aan buitenspel schijnt niet te worden gedaan en dus circuleert de bal razendsnel door het ellipsvormige stadion. Dit Australische voetbal lijkt veel op rugby en ontleent hier ook zijn bestaansrecht aan, maar de regels, het spelverloop en zelfs de vorm van het speelveld is alles behalve vergelijkbaar met rugby. Tackelen mag normaal alleen op de speler die de bal heeft, maar bij deze sport mag je ook tackelen op spelers die willen tackelen op een medespeler die de bal heeft. Ik ben geobsedeerd door een groep van enkele tientallen vogels die midden in de wedstrijd van het gras genieten. Ook de lucht is bijzonder. De ene kant is strakblauw en aan de andere kant is er een zeer dreigende donkergrijze lucht te zien. Op die plek verschijnt even later dan ook een zeer duidelijke regenboog. Thuisploeg Melbourne verliest van favoriet Sydney met 85 tegen 116. Zodra het fluitsignaal klinkt en de wedstrijd afgelopen is, loop ik zo snel mogelijk met de meute mee richting huis. Ik verlang naar een warme douche. Ik ben verstijft van de kou maar blij met de magische sportgronden die ik vandaag heb betreden.’
Marbella mar
Deze foto is genomen van het strand in Marbella in Spanje, op maandag 21 februari 2011 rond 15.45 uur. `Na een aanzienlijke rit van veertig minuten vanuit Torremolinos dropt de lokale bus ons bovenaan de heuvel aan de andere kant van de snelweg, op het allerminst sfeervolle centrale busstation. Niet echt de levendige Spaanse badplaats Marbella waar we voor kwamen. We lopen bergafwaarts naar volgens ons de boulevard en het bekende Zuid-Europese strand omlijst door palmbomen. Het groene speeltuintje dat we passeren is verlaten. In een smalle steeg vinden we nog één boetiekje dat ook tijdens de siësta open is. Ik slaag in deze winkel voor een zwarte satijnen galajurk in het typisch Spaanse maatje dat een meisje van amper 1 meter 40 perfect past. De avondkleding zal ik dragen met het eindexamenfeest van het VWO, over iets meer dan drie maanden. Ik vind bij de buren nog een bijpassende chique shawl, in dezelfde glanzend zwarte kleur. We lijken de goede weg naar de eindeloze fijne zandstrook aan de Middellandse Zee gevonden te hebben. Tegen het muurtje liggen rieten parasols te wachten totdat ze in de zomer weer massa’s toeristen mogen beschermen tegen de zon. De witgeschilderde houten strandhut doet me denken aan de trap van Mollie en Bollie. Als meisje van drie jaar durfde ik niet verder dan deze trap het strand van Praia da Oura in de Zuid-Portugese Algarve op. Vijftien jaar later zorgt het geluid van de brekende golven voor allesbehalve angstaanjagende emoties. Door de serene omgeving raakt ook mijn lichaam vervuld met rust. De winterzon weet al een flinke kracht op mijn huid uit te oefenen, nog net niet genoeg om me te laten verbranden. Bescheiden palmbomen en een strakblauwe lucht bevestigen het mediterrane plaatje. Dan volgt dezelfde weg terug. Ik staar naar de zee. De rijksweg AP-7 kronkelt met de kustlijn mee.’
Adrenalinekick in de.
Deze foto is genomen in Blue Mountains National Park, op vrijdag 12 juli 2013 rond 14.30 uur. `Na de lunch in Leura is het tijd voor Scenic World. Eerst worden we naar de andere kant van de vallei gebracht met de Scenic Skyway. Ik herken dit uit duizenden. Mijn grootste voorbeeld Floortje Dessing zat ooit, net als ik op dit moment, op de glazen bodem van deze `skilift’. `Nu is het nog mat glas, maar simsalabim…kijk nou eens!’ Op een hoogte van twee keer de Sydney Harbour Bridge hang ik aan de kabels en kijk ik diezelfde diepte in. Het duurt slechts een paar minuten om de andere kant te bereiken. Het gaat zo snel en ik ben zo druk met het bewonderen en op camera vastleggen van de prachtige uitzichten en de beroemde Three Sisters, dat ik de Katoomba Falls mis. Ik ben verbaasd hoe goed ik de drie rotsen zie. Als we even later de Jamison Valley in duiken met de zeer steile kabeltram, zie ik de watervallen gelukkig wel. In de vallei volgt mijn eerste wandeling door echt, oeroud gematigd regenwoud. Exotische vogels zingen ons toe. De lucht is vochtig, maar heerlijk fris en gezond. De hoge rotswanden bewijzen dat het, in de tijd dat men Australië ontdekte, onmogelijk was om door dit berggebied te komen. Ik heb nog een paar mooie fotomomenten met de Three Sisters. Het zijn de zussen Meehni, Wimlah en Gunnedoo die verliefd werden, maar vervolgens door de desbetreffende jongens werden bedreigd. Een tovenaar nam het op voor de meiden en bracht ze naar de bergen, waar ze veilig zouden zijn. Daar veranderde hij de drie gezusters in steen. Hij beloofde hen weer op te komen halen nadat hij de jongens een lesje had geleerd. Vandaag de dag wachten de drie zussen op deze plek in de Blue Mountains nog steeds op hun weder transformatie. Via de kolenmijn bereiken we de steilste trein ter wereld. 52 procent. En wij gaan niet vooruit naar beneden, maar achteruit naar boven. Dit is misschien zelfs nog wel spannender. Het is inderdaad heel steil. En dan wordt het ineens pikkedonker en gaat de trein door een nauwe tunnel in de rotsen. De adrenaline giert door mijn lichaam. Maar van mij had de trein zelfs nog wel sneller gemogen, voor nog meer spanning.'
Groen met een gouden.
Deze foto is genomen bij de rijstvelden van Jatiluwih op Bali in Indonesië, op maandag 23 mei 2016 rond 12.00 uur. `Indië, nu een vrijgevochten republiek, was eeuwenlang de veelbelovende bestemming van Hollandse koopvaardijschepen. Dit verleden herleeft wanneer ik wandel door de kenmerkende natuur van het wonderschone eiland: overweldigend grote en intens groene tuinen met daartussen de rijstvelden en -terrassen die schitteren in de tropische zon. De patronen in de egaal gekleurde begroeiing zorgen voor een uniek beeld. Ik maak voor het eerst kennis met de meer dan één meter lange reuzenvariant van de bescheiden blaadjes in ons land. Aan elke boom of plant bevindt zich een gouden schat, een rijkdom aan vruchten. Het klimaat doet wonderen. Even verderop hangen de ingrediënten voor de meest verslavende dranken op aarde: koffie, en in mijn geval chocolademelk. Ik begrijp de stap van de Vereenigde Oostindische Compagnie. Bali betovert keer op keer.’
Weekend trip naar het
Deze foto is genomen bij de haven van Gili Trawangan, behorend tot Lombok in Indonesië, op zondag 22 mei 2016 rond 13.30 uur. `Terwijl de speedboot wordt gevuld met nog tientallen andere jonge backpackers bereid ik me, vooral mentaal, voor op een zeer ruige boottocht die als ik terugdenk aan mijn avonturen bij het Australische Great Barrier Reef waarschijnlijk eindigt in een zeer onprettig gevoel in mijn maag dat kan worden betiteld als beginnende zeeziekte. Een gepensioneerde Canadese wereldreiziger belooft me echter dat we onderweg dolfijnen zullen zien, die misschien wel op een meter naast de boot zullen spelen in de boeggolven. Ik focus me op dit geweldige vooruitzicht. Twee uur later arriveer ik zonder glimp van de vrolijke grijze zoogdieren maar eveneens zonder misselijkheidsklachten op mijn eindbestemming van slechts zes vierkante kilometer. Op het strand is het een komen en gaan van twintigers en dertigers die hun koffers en rugzakken over het zand het eiland dan wel één van de vele schepen op tillen. Dan begeef ik me naar de deels verharde boulevard. Ik bestel een paard en wagen om me naar mijn idyllische bungalow midden op het eiland te laten brengen. Nadat ik me heb geïnstalleerd begin ik snel aan mijn rondje rond Gili Trawangan, op de fiets, want gemotoriseerd verkeer bestaat op dit kleine stipje op de andere kant van de wereldkaart niet. De tijd heeft hier stil gestaan. Ik strijk nog net op tijd neer in één van de vele strandtentjes om een voor deze plek zeer waardige zonsondergang te aanschouwen. Een lange nacht volgt. Toch sta ik weer op tijd op voor wat het hoogtepunt van mijn reis moet worden. Coral Beach wordt ook wel Turtle Heaven genoemd en is daarom the place to be. Met mijn net gerepareerde snorkel ga ik de warme zee in. Opeens hoor ik een jongen die enkele meters verder de onderwaterwereld aan het bewonderen is roepen. Hij wijst naar beneden. Ik vraag een andere jongen om bij me in de buurt te blijven, want net nu dit bijzondere moment werkelijkheid gaat worden, speelt ook mijn angst voor vissen op. De aanblik van niet één maar twee groene schildpadden doet dit gevoel meteen weer verdwijnen. Tick off the box, mission accomplished. Terwijl de zon binnen tien minuten mijn lichaam droogt, kijk ik vanaf mijn strandbed uit over de parelwitte stranden vol palmen aan een wonderschone turquoise oceaan. Ik zie, bijna op zwemafstand, de twee kleinere zusjes liggen: Gili Meno en daarachter verscholen Gili Air. Intens gelukkig en helemaal zen voel ik de energie terugkomen die de afgelopen week tijdens de lange excursiedagen op Bali mijn lijf uit is gezogen. Ik voel me thuis tussen mijn eveneens zichtbaar genietende leeftijdsgenoten. Dit betoverend mooie paradijs sluit ik voor altijd in mijn hart. Exact 24 uur is veel te kort, ik wou dat ik deze tijd uit mijn eigen leven ook kon stilzetten om nooit meer door te laten tikken.’
Tempels, sawa's en...
Deze foto is genomen van de tempel Tanah Lot op Bali in Indonesië, op woensdag 25 mei 2016 rond 10.45 uur. `Na mijn cultuurshock twee jaar geleden in Thailand ben ik afgelopen maand opnieuw afgereisd naar Azië om tien dagen lang de mooiste oosterse avonturen te beleven, en wel op de wereldberoemde geliefde parel van Indonesië: Bali! Dit godeneiland in de Gordel van Smaragd tussen Java en Lombok wordt omlijst met fijne zachte zandstranden waarop je kunt genieten van de heldere zee, de adembenemende zonsondergang en de landende vliegtuigen. Bali wordt ingekleurd met uitgestrekte rijstterrassen, woeste jungle, twee nationale parken met vulkanische gebergten, en lieflijke traditionele dorpjes. Je kunt op diverse plekken prachtig hiken, fietsen of raften door deze overweldigende natuur. Oogverblindend mooi is het, die eindeloos frisgroene tuin met rijstvelden en talloze palmbomen, bananenbomen, koffiebomen, cacaobomen, papajabomen, kruidnagelbomen, noem maar op! De unieke cultuur uit zich in offers, muziek, traditionele dans en talrijke religieuze rituelen. En natuurlijk tempels, héél veel eeuwenoude tempels, allemaal gelegen aan de voet van de vulkaan of op machtige kliffen hoog boven de oceaan. Van groot en indrukwekkend tot klein en intiem. Bali spreekt toch wel het meest tot de verbeelding van alle Indonesische eilanden. Dit ware paradijs heeft voor ieder wat wils.'
Het antieke juweel
Deze foto is genomen van het theater van Aspendos in Turkije, op maandag 23 maart 2015 rond 14.30 uur. `Ik betreed een eeuwenoud juweeltje. De angstvallige verhalen uit mijn geschiedenisboek brengen me binnen luttele seconden terug naar de tijd van de gladiatoren. Ik hoor het oorverdovende gejuich van alle 20.000 toeschouwers. De wonderbaarlijke akoestische weerklank is meer dan indrukwekkend. Vermengde stemgeluiden worden over de volle diameter van 96 meter teruggekaatst. Het meest pijn doet de gedachte aan de christenen die onder het toeziend oog van het hele volk voor de leeuwen werden gegooid, aan hoe zij tevergeefs nog tot God baden. Dit is, in het Middellandse Zeegebied, het best bewaarde Romeinse theater uit de antieke oudheid, en naar mijn mening ook één van de mooiste op aarde. Met mijn ogen maak ik een panoramafoto. Ik volg de gehele halve cirkel van het magnifieke en prestigieuze theater. De waanzinnige toneelgevel reikt tot op de hoogte van de bovenste zitplaatsen. Op deze manier is een omsloten binnenruimte gecreëerd, iets wat onderscheidend is ten opzichte van de Griekse schouwburg die ook hier in 155 na Christus is verrezen. Deze oorspronkelijke versie van architect Zenon is later omgebouwd tot een Romeins type. Het fraaie palet aan grote en kleine, vierkante en boogvensters aan de buitenkant geeft het theater de uitstraling van een paleis uit de Renaissance. Het is een flinke klim naar de top. Vanaf de heuvel boven het fascinerende theater zie ik de poorten van de eigenlijke oude stad Aspendos. Ook de overblijfselen van een agora, een markthal met vijftien meter hoge muren, een aquaduct, een monumentale fontein en een raadszaal zijn zichtbaar.’
Pittoreske waterwegen
Deze foto is genomen op de waterwegen bij de drijvende markt Damnoen Saduak bij Bangkok in Thailand, op zondag 20 april 2014 rond 10.00 uur. `Ik neem plaats in de diepe longtailboot. Het afdak van dit felgele vaartuig beschermt me tegen de zon. Nadat we al schommelend van de oever zijn weggevaren, wordt in een vlot tempo recht vooruit gestevend. Zachtjes beuken de golfjes tegen de zijkant van de boot. Mijn lichaam wordt regelmatig gekoeld door spetters waters, die in aantal toenemen wanneer een ander type van het originele plaatselijke vervoermiddel passeert. De motor ronkt bijna storend hard in deze serene omgeving. Het dikke bladerdak van de frisgroene waterplanten bedekt de buitenste meters van de vaargeul. We passeren hier en daar wat eenvoudige houten huisjes met een eigen aanlegsteiger. Het is een pittoresk gezicht. Ik vraag me als een enigszins verwende westerling af of ik zou kunnen aarden in een woning als deze. Doordat de begroeiing, grotendeels bestaande uit reusachtige, sierlijke palmen, geen verdere doorkijk naar de rest van de wereld mogelijk maakt, voelt het alsof ik middenin de jungle ben beland, in het hart van de tropische wouden van Azië, maar dan de bewoonde delen ervan. Ik besef me weer eens dat ik in Thailand ben. Na elf dagen ben ik redelijk van mijn cultuurshock bekomen. De eerste dagen in Chiang Mai was het van binnen een en al geklaag over de stank, de choas in het verkeer, de nog nooit eerder met eigen ogen waargenomen bouwstijlen, kortom, een totaal andere wereld. Deze wereld van de Thai ervaar ik een aantal minuten later des te intenser op de markt van Damnoen Saduak. Het is een drukte van jewelste. Van alle kanten komen de geuren van de meest smaakvolle specialiteiten op me af. Dit wordt een memorabele ervaring tussen de vriendelijke lokale bevolking.’
Koala model
Deze foto is genomen langs de Great Ocean Road, op donderdag 4 juli 2013 rond 14.00 uur. `De sterke wind maakt het opeten van mijn lunch een hele uitdaging. En dan gaat het ook nog regenen. Maar niets weerhoudt ons ervan aan de échte Great Ocean Road te beginnen. Nu zie ik pas de Great Ocean Road zoals ik die ken: de bochtige weg over de kliffen met vlak naast me de oceaan aan de ene kant en de groene bergen aan de andere kant. De zon en de regen hebben op zee een regenboog gecreëerd. We slaan even af om de koala’s te begroeten. Nog maar één keer eerder zag ik deze lieve eucalyptuseters in het wild. Ik krijg er een stuk of zes te zien. De geur van eucalyptus komt me tegemoet als ik uit de bus stap. Wonderbaarlijk genoeg is één van de koala’s wakker. Deze dieren slapen meer dan twintig uur per dag en zijn niet langer dan een kwartier per keer wakker. Maar deze koala loopt vlak boven ons over een boomstam en kijkt me recht aan. Wat een professionele foto. De Australische fauna blijft voor mij bijzonder, en erg leuk. Als er nu nog niet genoeg bewijs is dat ik écht in Australië ben… Met een trots en voldaan gevoel stap ik weer in de bus.’
In Spaanse sferen
Deze foto is genomen van de universiteit in Sevilla in Spanje, op woensdag 20 juni 2012 rond 11.30 uur. `De hemel is eindeloos diepblauw en de zon nadert haar hoogste stand van de dag. De Spanjaarden maken zich langzaam alvast op voor de siësta. Ik dwaal door de oude Joodse wijk, Santa Cruz, waar het een gekronkel is van kleine, smalle straatjes en steegjes die uiteindelijk uitkomen bij leuke patio’s in Moorse bouwstijl, verrijkt met sinaasappelbomen. Opeens doemt het beroemdste plaza van deze meest Spaanse stad van Spanje voor me op: Plaza de España. Rondom een perfecte halve cirkel met een doorsnede van maar liefst tweehonderd meter staat een indrukwekkend gebouw. Het plein wordt afgebakend door een gracht in dezelfde vorm. Vier schilderachtige, steile bruggetjes staan symbool voor de vier Spaanse Koninkrijken zoals die ongeveer vijfhonderd jaar geleden bestonden. Aandachtig bestudeer ik alle 48 fresco’s vol azulejos. Op de klassieke tegeltjes uit deze streek staan alle provincies van het land met hun wapenschild en exacte locatie. Gauw duik ik het groene park Maria Luisa in om af te koelen onder de mediterraanse vegetatie. De verschillende standbeelden en vijvertjes laten me wanen in een botanische tuin. Alle bankjes zijn bezet door zonaanbidders. Op de hoek van Parque Maria Luisa valt mijn oog meteen op de prachtige architectuur van de universiteit. Hoewel hier de meeste overblijfselen uit de tijd van de Moren zijn weggevaagd, herken ik in dit gebouw wel degelijk de Arabische invloeden. De palmboom maakt de warme Zuid-Europese sfeer compleet. Ik ben betoverd door de ongekende charme en schoonheid van Sevilla. Deze stad van de Flamenco, gelegen in Andalusië, is een onovertroffen cultuurhistorische belevenis.’
Stoffige mijnstad
Deze foto is genomen van de Umoona Opal Mine in Coober Pedy in Australië, op zaterdag 29 juni 2013 rond 14.00 uur. `Opeens, na dagenlang door de outback rijden zonder ook maar één boom of wat dan ook op het aardoppervlak te zien, alleen het asfalt van de weg die kaarsrecht voor je uit ligt, doemen aan de horizon de spierwitte zandhopen van de opaalmijnen van Coober Pedy op. Het feit dat 70% van de mensen hier ondergronds, in die heuvels woont, klinkt heel merkwaardig. Zou er dan helemaal niets van de huizen te zien zijn boven de grond? Zou het, behalve die heuvels dan, een kale vlakte zijn? De opaalstad van de wereld is inderdaad een vreemd stadje met stoffige straten waar vooral opaalwinkeltjes te vinden zijn. Het is er warm. Ik luister gefascineerd naar het `verhaal van het opaal’ dat verteld wordt aan het begin van de rondleiding door de Umoona Opal Mine. Duizenden jaren liepen de aboriginals al door dit gebied. Vanwege de woestijnachtige omgeving moesten ze als nomadische jagers en verzamelaars rondtrekken op zoek naar voedsel en water. In januari 1915 hadden Jim Hutchison en zijn veertien jaar oude zoon William, P.J. Winch en M. McKenzie ten zuiden van Coober Pedy tevergeefs gezocht naar goud. De mannen hadden hun kamp opgezet en waren naar water aan het zoeken toen de jonge Willie stukken opaal aan het aardoppervlak vond. Deze dag, 1 februari 1915, was het begin van de faam en de rijke industrie die de stad zou ontwikkelen. William bleek de grootste opaalvelden van Australië gevonden te hebben. Ik doe zelf ook een zeer korte poging een fortuin bij elkaar te zoeken, maar ga daarna voor de zekerheid van het bezit van opaal. Ik koop iets dat kostbaarder is dan goud en bovendien voor een onbetaalbare herinnering zorgt. Vanaf dit moment zal ik jou elk moment dragen, lieve kleine Skippy het kangoeroebedeltje. We slapen vannacht ondergronds in de accommodatie van Umoona Opal Mine, net als de lokale bevolking. De slaapkamer is een uit zandsteen gehouwen bunker vol stapelbedden, gescheiden door vaalrode gordijnen. Bij het licht van slechts drie waxinelichtjes luister ik naar het spookverhaal over de geest in de bunker naast mijn bed. Gelukkig kan ik rustig gaan slapen in de veilige slaapzaal.’