ontdekking van de hemel
ontdekking van de hemel
Gelukkig doet sneeuw niet zeer ! Voor de 2e keer ben ik van mijn troon gevallen. Ik had beneden aan de berg gewacht tot mijn team met 15 staarten naar beneden zou komen en ik erop zou kunnen springen. Helaas heb ik de touwtjes nog niet op de juiste manier vast en de hondjes rennen alsof het alles of niets is. Daar lig ik dan weer in het sneeuwwitte landschap met 3 lagen kleding en daaroverheen nog een pak van zeehondenbont. Mijn laarzen zijn zo lomp, als je er een steen op zou laten vallen, dan zou ik nog geen au roepen, maar gelukkig zijn ze wel lekker warm.
Wat ik even later voor mijn ogen zie, is eigenlijk onbeschrijflijk, maar ik probeer het toch. Het is een kwestie van een visueel beeld in combinatie met een gevoel. Vanuit de schaduw komen we in de zon te rijden. Het licht is zo intens dat het net is, of ik de hemel binnenkom. De zon laat echte stralen zien, de sneeuw schittert als echte diamantjes en het is er zo helder, stil, puur en kraakblauw. Ijsbergen zitten vastgevroren in het ijsoppervlak in alle vormen, maten en kleuren. Ik kan me niets anders voorstellen dat de hemel er zo uit zou kunnen zien. Ik heb echt het gevoel dat ik boven op de aardbol zit en hier niet meer verder kan, this is the end ! Het enige minpuntje op deze smetteloze omgeving is het feit dat de honden onder het rennen gewoon poepen, waardoor er dus met enige regelmaat een onaangename geur mijn neus binnendringt.
Op het punt wanneer ik echt honger begin te krijgen is het eindelijk lunchpauze. We stoppen bij een plek waar een paar vissers hun kamp hebben opgeslagen. Hier hebben ze gaten in het ijs geboord van 1 meter, waar constant een vislijn boven hangt. Hier vangt men heilbot en de vissen zijn wel een meter lang. Voor ons avondeten wordt een gigantische heilbot geruild tegen een paar repen chocola en een paar rollen koekjes, een prima deal !
Tegen aan het einde van de middag bereiken we onze slaapplaats. Deze slaapplaats moet nog wel gecreëerd worden en bestaat uit niet niet meer dan 2 tentjes en een paar sleden die tegen elkaar aan geschoven worden met een doek eroverheen. Op de sleden slapen de mushers (de bestuurders van de sleden). Het is tot ongeveer half 10 licht en ik ga een eindje lopen, tot ik een gigantisch uitzicht heb over een landschap van ijs en sneeuw. Ik loop net zo ver tot ik niet meer verder kan en positioneer mijzelf op een steen in het zonnetje. Heel lang geniet ik van het landschap en de stilte. Het enige geluid is het geroep van een paar vogels, totdat ik een hoop gekraak hoor. Aan mijn rechterkant is een mega-ijsberg aan het instorten. Hij zakt eerst een stuk naar beneden, maar aan de andere kant komt hij weer omhoog, waardoor hij zijn onderkant laat zien en die heeft een prachtige intens blauwe kleur. Na enkele minuten stort de hele boel in en als alles weer rustig lijkt, begint ineens de hele plaat die heel wat vierkante kilometers groot is, te bewegen, te kraken en te dansen. Ik dacht dat alles zo vastgevroren zat als ik weet niet wat, maar dit blijkt dus helemaal niet zo te zijn.
Als ik richting mijn tentje ga lopen om te gaan slapen, kijk ik nog even op de meter die in de sneeuw ligt, het is al –20 graden om 21.30 uur. Ook al heb ik een hele goeie slaapzak en een paar slokken wodka op, ik hoef jullie waarschijnlijk niet te vertellen dat dat heel erg koud is. ’s Nachts voltrekt zich nog een ander natuurwonder, het Noorderlicht oftewel Aurora Borealis. Het is stervenskoud om buiten te gaan staan, maar als je er toch bent moet je die kans niet voorbij laten gaan en toch echt gaan kijken. Het is een wonderbaarlijk gezicht; slierten van wit en groenig licht dansen aan de hemel; sterren stralen als nooit tevoren. Het is net of het niet beweegt, maar langzaam verandert de lucht en wordt de intensiteit weer minder. Het is genieten van het moment zelf, want foto’s ervan maken is erg moeilijk. Naast het bibberen van de kou, had ik geen focus en een heel lange sluitertijd, ik ben er niet helemaal tevreden over, maar heb het lekker wel gezien en dat zal ik nooit vergeten.
De volgende ochtend bij het wakker worden, staat mijn broek stijf van de vorst en staan er sterren op mijn bril. Mij staat weer een nieuwe dag te wachten in dit hemels paradijs. Ik heb mezelf even moeten knijpen om erachter te komen of ik niet echt dood was. Dit was gelukkig niet zo, maar als de hemel er zo uit zo zien, dan staan we er goed voor, laten we wel hopen dat we dan een pak van zeehondenbont meekrijgen !