Duizenden gevangenen en gevallenen
Maramures,
Roemenië
Deze foto is genomen in het Sighet Memorial Museum in Sighetu Marmatiei in Roemenië, op dinsdag 14 augustus 2012 rond 10.00 uur.
`Deze ochtend heeft flinke indruk op mij gemaakt. Ik heb een bezoek gebracht aan de oude gevangenis van Sighet, zoals deze plaats ook wel wordt genoemd. Bij binnenkomst voel ik meteen de zware lading die de verhalen van dit pand hebben. Er heerst een kille, bedrukte sfeer, die nog eens wordt versterkt door de kale witte betonmuren. Als ik door de gang naar de hal van de strafinrichting loop, val ik stil. Duizenden groen omlijste gezichten kijken mij aan. De hele wand hangt vol. Al deze mooie stervelingen zijn er niet meer, ze zijn omgekomen tijdens het schrikbewind van de communistische alleenheerser Nicolae Ceausescu. De bajes zelf maakt me al even mistroostig. Ik kijk omhoog naar de balustrades van de galerijen op de tweede en derde verdieping, waarlangs zich nog meer cellen bevinden, norren die allemaal zijn ingericht als museumkamer. Samen tonen ze op chronologische volgorde het totalitaire systeem in communistisch Roemenië. Ik steek mijn hoofd om de deur en voel meteen de pijn wanneer ik het stalen bed zie waarin de gevangenen op een keiharde houten plank, onder een dunne deken, de slaap moesten proberen te vatten. In het getraliede vertrek ernaast hangen afgrijselijke foto’s waarop lange schappen vol doodshoofden zijn afgebeeld. Bergen schedels liggen er. Hoe langer ik door het gebouw loop, hoe bozer ik word op de dictator van destijds. Ook krijg ik steeds meer medelijden met degenen die zijn gruweldaden moesten ondergaan. Ik vlucht naar buiten. Daar loop ik meteen tegen de heuvel aan. Rondom de bult staat, half in de grond, een zwarte muur waarin alle slachtoffernamen zijn gegraveerd. Nogmaals word ik geconfronteerd met de te grote hoeveelheid mensen die door toedoen van Ceausescu de dood hebben gevonden. In de met gras begroeide berg is een grot uitgehouwen. De ruimte is gevuld met een grote ronde tafel. Ik steek een kaarsje aan en zet mijn blijk van compassie in het kleine laagje water op het gedenkteken. Langs die vreselijke wal loop ik terug, over het pad dat niet alleen een pad is naar het verleden, maar ook de weg naar de toekomst. Laten we hiervan leren.’