Amerikaanse rocksterren in het kleine hippie dorpje Pai - Deel 2
Amerikaanse rocksterren in het kleine hippie dorpje Pai - Deel 2
Voorzichtig zoek ik naar het eerste afstapje van de trap. De ijzige bus met de airconditioning op standje 'laten we mijn passagiers in ijssculpturen omtoveren' uit. In mijn handen draag ik een joekel van een doos die Mister Em me met een gladde glimlach in de armen heeft gedrukt, terwijl zijn kleurige, naar wierrook ruikende sjaaltjes me om de oren vliegen. 'Thank you for helping, dalling', zegt hij liefjes terwijl hij naar buiten glipt met een veel kleinere doos.
De uitpuilende box ontneemt me elk zicht en het is een hels karwei wanneer ik me met de verhuisdoos en mijn rugzak door de nauwe uitgang probeer te worstelen. De vele Thaise buspassagiers die achter me staan vragen zich hardop af waarom die 'falang' er zo lang over doet om naar buiten te stappen.
Wanneer ik een haast verstikkende muur van warmte me voel verwelkomen weet ik dat ik buiten sta. Voorzichtig laat ik de doos op goed geluk op de grond zakken, terwijl mijn Thaise medereizigers nu vliegensvlieg als een mierennest in paniek de bus uitschieten. De buschauffeur helpt Em om zijn laatste verhuisdozen uit de bus te laden, terwijl hij ze een voor een op zijn scooter bindt. Het kleine voertuigje lijkt nu meer op een rijdende flat waarbij je niet kan zien wat voor of achter is. Daarmee kun je toch nooit de weg op? Net op het moment dat de vraag in me opkomt, zie ik hem op de scooter stappen en al slingerend stuurt hij de rijdende verhuiswagen de weg op. Bijna horizontaal naar linkshangend navigeert hij zijn weg naar huis en gooit nog snel een hand de lucht in als afscheidsgroet.
Nog gammel van de haarspeldbochten in de heuvels, leun ik tegen het 'minibus Pai/Chiang Mai'-bord aan en neem de omgeving voor het eerst rustig in me op. Op nog geen meter van me vandaan ligt een geasfalteerde weg, waarop veel voetgangers en scooterrijders te zien zijn. Ook cruisen hier regelmatig dikke motoren voorbij, wat me nog nergens in Thailand is opgevallen. Langs de kant van de weg staan lage, houten huisjes behangen met onleesbare reclameborden en verkoopwaar staat uitgestald tot aan het einde van de straat waar de heuvels hoog bovenuit torenen. Met de vrolijke zon en de blauwe lucht erbij maakt Pai op mij een gezellige eerste indruk.
Aan de kant van de weg staat Aom druk geanimeerd en luidkeels lachend, te praten met een iele, kale westerling. Zijn zwarte zonnebril bedekt zijn halve gezicht en tussen zijn ontblote borstharen bungelen tal van goudkleurige kettingen. Wanneer we oogcontact maken komt ze vrolijk op me af gehuppeld. Haar misselijkheid van een paar minuten geleden lijkt in een oogopslag verdwenen te zijn. 'Annette! Come meet my boyfriend!' Aan mijn arm sleurt ze me mee richting de haarloze man die me vanaf zijn scooter verveeld aankijkt. Oh nee, is dit haar vriend? Ik had me hem heel anders voorgesteld. Leuker, aantrekkelijker, jonger? Ik weet niet precies wat ik had verwacht, maar na al haar verhalen leek hij me een stuk interessanter dan de verwaand ogende rockster die nauwelijks moeite doet om mijn uitgestoken hand te schudden. Hij schuift nog even zijn zonnebril een momentje aan de kant, zegt 'Slim', maar meer hoef ik als groet niet te verwachten. Met een bekakt accent dat ik niet helemaal kan plaatsen, het doet me een beetje aan Sting denken, stelt hij voor om naar de bungalows te rijden. Hij knoopt zijn zakdoek om zijn naakte schedel tegen de stekende zon en stroopt zijn mouwen op waardoor zijn eindeloze reeks tattoes zichtbaar worden. Net als de Thai, heeft hij alleen maar zwarte inkt tattoeages en de patronen doen me vermoeden dat hij zich erg verbonden met hun voelt, of wilt voelen.
Mijn kleine rugzak wordt door Slim op zijn schoot genomen, terwijl Aom met haar bepakking achter hem plaatsneemt op de scooter. Vragend kijk ik haar aan. Moet ik daar ook nog bij? Bemoedigend klopt ze op het zwarte reepje leer achter haar eigen kont en gebaart me daar te gaan zitten. Het kan nooit meer zijn dan tien centimeter en voetsteunen heb ik al helemaal niet! Maar goed, we zijn hier niet in Europa. Hier doen we het op de Thaise manier, en als hele gezinnen met vijf kinderen, twee honden en een pak rijst het kunnen, dan kan ik het ook. Voorzichtig rol ik mijn onhandige rok op, gooi een been over de scooter en sla mijn armen om Aom haar middel die haar handen weer om Slim zijn middel slaat. Met een slakkengangetje rijden we de parkeerplaats af tot we op de doorgaande weg zijn en op volle vaart door de straten van Pai scheuren.
Terwijl de omgeving voorbij flits, en Slim door ongeveer elke derde voorbijganger uitbundig wordt begroet wat een koel knikje van zijn kant oplevert, valt me op dat de kledingstijl van de Thaise mensen hier heel anders is. Het zijn meer hippies, met lange haren, baarden, veel kralen, kleurige kleding en heel veel kunst. We rijden door tot we het centrum uit zijn en aan de voet van de heuvels komen. Het uitzicht is hier werkelijk adembenemend. Langs de rivier staan enkele houten hutjes gebouwd, met daarachter de frisgroene, schitterende rijstvelden. Op de top van de heuvels steken rijk versierde daken van tempels boven het struikgewas uit en het geheel maakt op mij een vredige indruk. Jammer, dat ik hier maar twee nachtjes blijf.
Aan de voet van de heuvel, slaat Slim linksaf en stopt bij een afgelegen bungalowresort. Terwijl hij mijn rugzak aan me teruggeeft zegt hij met zijn vreemde accent 'ik wist niet dat je ook zou komen. Ik heb slechts een tweepersoons bungalow geboekt voor mij en Aom. Hier zit alles vol. Probeer het even bij de buren zou ik zeggen.' En terwijl hij Aom bij de arm neemt loopt hij het slingerende zandpaadje op richting hun kleine bamboehut. Iets zegt mij dat ik niet bepaald welkom ben.