Het nationale PLOV-festival
Het nationale PLOV-festival
Onze laatste dag in Tasjkent valt op een nieuwe feestdag. Vandaag is het “Plov-Festival”, de officiële poging om met de grootste pan plov in het Guinness Book of Records te komen. Het is vandaag dan ook een Nationale Feestdag, de hele binnenstad is autovrij en gedeeltelijk afgesloten. Na het ontbijt hebben we vast de koffer bij de receptie gezet en zijn met de metro vertrokken naar het Timurplein. Eerst lopen we het nog lege Timurplein rond, er zijn al diverse optredens van muziek en dans. Ook staan overal grote schermen waarop de festiviteiten rond de pan plov in de binnenstad op te volgen zijn. Er zijn veel mensen in mooie kleurrijke kostuums te zien en naast het beeld van Timur kun je even in een heuse luchtballon kort opstijgen. Bij de ingang van Sayilgoh (Broadway) staat een hek en veel gedrang van mensen en erachter zien wij een leuke creatieve markt. Wij proberen ook vooraan te komen en vragen of wij erdoor mogen, ja toeristen zijn welkom binnen. De binnenstad waar de officiële feestelijkheden plaatsvinden is alleen voor vips, genodigden en (indien aanwezig) buitenlandse toeristen. Alle overige feestvierders konden in de rest van de stad terecht, daar heerste dan ook een gezellige drukte, en was overal op schermen te zien wat er binnen gebeurde.
Eenmaal binnen lopen we over een hele gezellige markt met veel creativiteit en muziek. Op een gegeven moment drukt een meisje mij een enorme bos rozen in de handen “Present from Uzbekistan”! Ik mocht ze niet weigeren, en heb er uren lang mee rond gelopen. Heb een traditioneel Oezbeeks hoedje gekocht en moest natuurlijk gelijk met haar op de foto.
Daarna gaan we naar het voedselgedeelte, hier zijn lange tafels, leuke stalletjes en klei-ovens waar allerlei specialiteiten bereid worden. Tijdens het festival werden wij Europese toeristen, als vips behandeld. Overal mochten wij een kijkje nemen, wat hapjes proeven, en in alle pannen kijken wat ze aan het bereiden waren.
Emelie had een lekker broodje gekregen en even verderop zag ik dolma, daar had ik wel zin in. Net toen ik wilde proberen om iets te bestellen kwam er een TV-ploeg met camera, die ons wilde interviewen over het Oezbeekse voedsel. We kregen een bord vol geschept met rundvlees, vet, aardappels en dolma’s, dat moesten we proeven voor de camera en vertellen wat we ervan vonden; ook moesten we vertellen wat we van het festival wisten. In ieder geval hadden we een heerlijke gratis lunch.
Even verderop zien we de reusachtige pan waarin de plov bereid wordt. Om de recordpoging te laten slagen moeten ze meer dan 8000 kilo bereiden. De weegschaal is een grote rode hijskraan die erachter staat. Aan het eind van de middag blijkt het totale gewicht van de pan plov meer dan 14.000 kg, het record is gevestigd en ze kregen een certificaat van vermelding in het Guinness Book of Records. Tijdens het zingen van het volkslied was de kok in tranen.
Wij zijn het besloten feestterrein uit gelopen, maar na een tijdje constateerden we aan de stand van de zon dat we de verkeerde kant uitliepen, we lopen terug en proberen weer het festivalterrein op te komen. Buiten het festivalterrein is het vele malen drukker, en er is een groot gedrang bij de hekken; iedereen wil een glimp opvangen van wat er binnen gebeurt wat alleen voor vips toegankelijk is. In de straten zijn ook veel muziekoptredens en wordt gedanst. Op sommige plekken zitten veel mensen op stoeltjes te kijken naar grote tv-schermen waarop te zien is wat er binnen gebeurt, zij zullen ons dus ook gezien hebben.
De drukte is flink toegenomen en er is inmiddels een lange rij en een enorm gedrang bij het toegangshek. Alleen met een uitnodigingskaart op naam en paspoort komen de genodigden slechts mondjesmaat binnen. Wij mogen via een zij-ingang zonder probleem weer naar binnen. Op een plekje in de schaduw gaan we op strobalen zitten, een aantal jongeren wil met ons op de foto, wij maken ook veel foto’s van de mensen om ons heen. Een groepje studentes trok de stoute schoenen aan en vroeg een kort interview. Ik zag eindelijk kans mijn bos rozen weg te geven. We hebben nu wel genoeg van het festival gezien en gaan nog verder de stad bekijken, waar vanwege het festival alles verder gesloten is. Wij zijn verder gelopen naar het Mustakilli plein, het voormalige Rode Plein. De rest van het volk wat niet bij de hekken van het festival staat te kijken, is met familie heerlijk een vrije dag aan het vieren.
Plov, afgeleid van pilav, is het nationale gerecht van Oezbekistan. (Niet voor mensen die willen afvallen!)
Zo wordt het gemaakt:
Snij winterwortels, kool en uien in grove stukken. Laat in een koekenpan een eetlepel boter smelten. Voeg de rijst en de saffraan toe en bak op middelhoog vuur tot de rijst geel en glazig is geworden.
Vervolgens:
Smelt de reuzel in de braadpan en laat het goed heet worden. Voeg het vlees toe en bak het rondom bruin. Voeg nu de uien toe en laat deze glazig worden. Nu achter elkaar de winterwortel en de kool toevoegen en alles afdekken met de glazige gele rijst. Druk de hele bollen knoflook in de rijst (niet pellen of uitknijpen dus!). Voeg nu de wijn toe en vul aan met zoveel water dat de rijst net onder staat. Doe het deksel op de pan en laat het geheel op laag vuur in zo'n 45 minuten gaar worden. Als al het vocht verdampt is, is het klaar. Haal de knoflook uit de pan en schep de rest nu goed om, zodat de ingrediënten mengen.
Stort de plov op een flinke schaal. Geef de knoflookbollen er los bij; je zult merken dat de tenen knoflook nu makkelijk zo los gegeten kunnen worden.
Nog wat info over Oezbekistan:
Oezbekistan is het meest indrukwekkende gedeelte van de oude Zijderoute.
Oezbekistan is 13 x zo groot als Nederland, en heeft nog geen 2 x zo veel inwoners. Het grootste deel van het land bestaat uit woestijn. Er zijn zo’n 300 dagen zon per jaar, en gemiddeld valt er 120 mm regen per jaar tussen november en februari.
Het land is geheel zelfvoorzienend, belangrijke producten zijn gas, goud en katoen (wat ook naar China en Turkije wordt geëxporteerd).
Chevrolet wordt hier in licentie gemaakt, het is de nationale auto en vrijwel iedereen rijdt erin. Op ieder ander merk auto zitten hoge invoerrechten.
Samarkand is de rijkste stad van het land. De helft van de inwoners hier kan zich een reis naar Amerika permitteren, in de rest van het land vrijwel niemand. Hier rijden ook de meeste auto’s.