Python eten of hond in de pot.
Python eten of hond in de pot.
Na onze duikweek in Bunaken waar we een week verblijven reizen we per huurauto verder naar het stadje Tomahon in Sulawesi. De mensen die het van buiten prachtig uitziende hostel Vulcano runnen, bieden ons direct aan later op de avond voor ons te koken.
De hosteleigenares vraagt ons wat we willen eten... Zonder op antwoord te wachten, vertelt zij ons dat ze een specialiteit wil maken "especially for us". The big surprise will be " Python!"
Ben mijn reisgenoot en man kijkt me verschrikt aan, maar laat aan haar niets merken en zegt onverschrokken: "great! " Ik zeg: " We denken er nog even over, maar laten het zo spoedig mogelijk weten mevrouw".
We pakken onze spullen uit in het aangeboden huisje dat bij binnenkomst toch iets minder luxe is dan op het eerste oog doet vermoeden. Het matras is van stro en keihard en overal lopen insecten rond in de lodge. We laten ons niet uit het veld slaan en besluiten ondanks de tegenvallende accommodatie die middag nog naar het stadje Tomahon te wandelen om de plaatselijke markt te bekijken en wat foto's te maken. De markt is een tip van een Engelse dame die we al eerder ontmoette op onze duiktrip. En passant waarschuwt ze ons nog wel op voorhand er niet naar toe te gaan als we geen sterke maag hebben. Mijn man Ben en ik denken al het nodige gezien te hebben, halen onze schouders op en vragen niet verder.
De wandeling is een ervaring apart. Overal waar we mensen tegen komen worden we aangestaard en aangesproken. Het Engels van de mensen is echter zeer beperkt, waardoor het gesprek al snel verstomd en we dus glimlachend maar weer doorlopen. Vriendelijk zijn ze wel. In de straten van het stadje Manado is de aandacht voor ons belanda's nog groter. We worden regelmatig belanda's genoemd en iedereen wil een gesprek met ons voeren; zo moeizaam als dat ook gaat. We worden zelfs uitgenodigd later op de avond bij een verjaardag te komen eten. Deze slaan we vriendelijk af.
Aan het einde van de straat zien we de drukte toenemen; Mensen lopen met tassen en overal staan auto's kris kras geparkeerd. Er is een grasveldje waar een olijk uitziende man met een grote haan in zijn handen staat die hij parmantig aan ons laat zien. Door zijn gebaren begrijpen we dat deze gebruikt wordt voor een hanengevecht, waar overigens flink op gegokt wordt.
De markt begint aan het einde van het grasveldje met auto's en we lopen gretig door benieuwd naar de altijd weer fotogenieke markt. Het begint zoals altijd met bergen djawa rawit ( groene en rode pepertjes) en allerlei andere soorten kruiden. Links van ons is een grote overdekte hal waar ook grote partijen gedroogd vlees en vis liggen.
Nog steeds worden we aangestaard en toegelachen, we zijn de enige blanken in deze omgeving en blijkbaar een bezienswaardigheid.
Het is een gezellige drukte en in de hal op de markt klinkt muziek, het is een soort wals.
Mijn reisgenoot, altijd in voor een geintje, maakt een dans beweging richting mij, maar voordat ik toe kan happen staat er een vrolijke dame van middelbare leeftijd voor Ben klaar om met hem te walsen. Ben pakt de wild vreemde dame beet en heeft direct de lachers op zijn hand. Vrolijk dansen ze op de markt in het rond, in de ruimte die dat toelaat. De mensen om ons heen komen dichterbij, aangemoedigd door het schouwspel.
De dames willen eigenlijk allemaal wel een dansje met Ben maken en enkele doen nog een poging als dit nummer is afgelopen. Ben vindt het echter wel genoeg zo, zweet gutst van zijn hoofd door de tropische warmte en we lopen lachend door, het groepje vrolijke dames achter ons latend.
De markt buiten wordt drukker en in de verte zien we nog een hal. We schieten wat plaatjes hier en daar, maar merken dat niet iedereen gecharmeerd is van onze camera dus beperken we ons tot wat minder 'persoonlijk' foto's, of we vragen toestemming, die we dan zo hier en daar wel krijgen.
We stappen de hal binnen en een zoetige weë geur komt ons tegemoet. Aanvankelijk zijn we meer bezig met de mensen om ons heen en zien nog niet direct wat er op de grote witte stenen markttafels ligt, maar wanneer het tot ons doordringt wat er ligt, blijven we stokstijf staan.
Op de tafels liggen tientallen zwartgeblakerde honden, in zijn geheel verkoold of verbrand voor consumptie! Een griezelig schouwspel, zeker omdat bij ons de hond een huisdier is. Ik probeer te relativeren en redeneer richting Ben dat wij ook niet zo diervriendelijk zijn met varkens en andere dieren. We besluiten deze hal toch door te lopen en maken zelfs hier en daar een foto, ons ondertussen afvragend of we deze wel zonder aanstoot op Columbus Magazine kunnen delen.
Het is nog niet klaar met de voor ons schokkende items in deze markthal. Om ons heen liggen ratten per 4 gegrild, vleermuizen en grote spinnen klaar voor consumptie. En even verderop, jawel de voorgenomen python in mooie plakken gesneden. We besluiten ter plekke de python van vanavond maar over te slaan. Openminded als we zijn, is dit toch even teveel van het goede en deze gedachte wordt later nog eens bevestigd als we buiten komen en allerlei kleinere hondjes en slangen nog levend per 6 in kleine kooitjes zien zitten. We nemen nog een paar foto's en besluiten terug te lopen naar het hostel.
De bevolking op Sulawesi kan ook zijn hond als huisdier zien zo blijkt op de terugweg.
Wanneer we teruglopen naar ons hostel Vulcano, zien we een man zijn hond wassen in een meertje. "Of is dit omdat hij straks toch in het vuur gaat?!" We zullen het nooit weten. Vriendelijk vertellen we de eigenares van Vulcano dat we de voorgenomen python van die avond maar inruilen voor een 'gewone' fried rice met kip.