Hete hazenhoofden
Hete hazenhoofden
Van Chinezen wordt wel gezegd dat ze alles eten wat vier poten heeft, behalve de stoel waar ze op en de tafel waar ze aan zitten. Ik vind het eten in China heerlijk, maar probeer toch altijd wel de meest exotische gerechten te vermijden. Als iemand je uitnodigt voor een etentje, heb je dat echter niet altijd in de hand...
Mijnheer Gao neemt mij mee naar een restaurant in Dujiangyan. Ik verheug me al op de heerlijke, pittige Sichuanese mala gerechten. Mala is een typisch ingrediënt voor gerechten uit Sichuan, het is een toevoeging dat het gerecht zowel ma (je tong verdovend) als la (pittig) maakt. Doordat je tong een beetje verdoofd wordt, kun je het pittige eten beter aan.
Het is druk in het restaurant, altijd een goed teken. Mijnheer Gao hoeft de menukaart niet in te zien, hij bestelt de gerechten uit zijn hoofd. "Weet je wat hier de specialiteit is?" vraagt hij. "Mala hazenhoofden."
Hazenhoofden??? Ik kijk mijnheer Gao zeker wat angstig aan, want hij zegt laconiek: "Je moet alles een keer proberen."
Even later arriveren op twee schoteltjes de hazenhoofden. Mijnheer Gao trekt twee dunne, plastic handschoentjes aan en demonstreert hoe dit gerecht gegeten wordt. In een mum van tijd heeft hij het hazenhoofd soldaat gemaakt en liggen botjes en andere oneetbare onderdelen op een stapeltje naast zijn bord. Hij kijkt mij verwachtingsvol aan.
Tegen heug en meug trek ik ook plastic handschoentjes aan en begin aan mijn hazenhoofd. Waar mijnheer Gao het hazenhoofd zorgvuldig heeft afgegraasd ("De hersens zijn héérlijk!"), maak ik mij er met een Jantje-van-Leiden vanaf. Het hazenhoofd is overgoten met de zware mala-saus en ik proef eigenlijk niet meer dan die pittige, verdovende smaak die mijn mond doet tintelen. Maar natuurlijk zie ik wel de tandjes, het geribbelde gehemelte, het kleine tongetje...
Tevergeefs probeer ik mijnheer Gao uit te leggen dat wij westerlingen niet gewend zijn om dit soort dingen te eten. Dat wij bij een hazenhoofd meteen een voorstelling hebben van de haas zoals hij was toen hij leefde, met zachte hazenhaartjes, hoog opstaande oren en zwarte kraaloogjes.
Mijnheer Gao kan zich er duidelijk geen voorstelling van maken. "Nog een mala hazenhoofdje?", glundert hij.