Masai Mara: natuurreservaat of attractiepark?
Masai Mara: natuurreservaat of attractiepark?
DE MASAI MARA: NATUURRESERVAAT OF ATTRACTIEPARK?
Het Keniaanse wild staat hoog op het verlanglijstje van natuurliefhebbers en natuurfotografen. Ook voor mij ging een wens in vervulling toen ik vorig jaar afreisde naar de Masai Mara. Mijn ervaring was dubbel. Enerzijds zag ik veel wild, anderzijds concludeerde ik ook dat dit stukje ongerept Afrika, zoals het in de reisbrochures wordt beschreven, erg door het toerisme wordt aangetast. Als het zo doorgaat is er over niet al te lange tijd geen wild dier meer over en kan ook de Masaï niet overleven.
DE GREAT MIGRATION
De Masai Mara is gesitueerd in het zuidwesten van Kenia. Het maakt onderdeel uit van de Serengeti-vlakte, waarvan het grootste deel in Tanzania ligt. Deze grenzeloosheid geeft dieren een grote leefruimte. Vooral wildebeesten, zebra’s en gazellen, maken van het hele gebied gebruik. The Great Migration, of seizoenstrek, is een jaarlijks terugkerend fenomeen. Meer dan twee miljoen dieren, gedreven door honger, trekken van voedselarme gebieden naar voedselrijke gebieden. Waar ze rivieren moeten oversteken, stellen roofdieren zich op, in afwachting van een smakelijk hapje.
NOMADEN
De Masaï is de oorspronkelijke bevolking van het gebied. Het zijn nomaden, gewend om rond te trekken met hun vee. Nog steeds zie je ze vee drijven, stok in hun hand, rode doeken om hun schouders gedrapeerd. Maar het toerisme bedreigt deze leefwijze. Steeds meer toeristen trekken voor de Great Migration naar het gebied waardoor de Masaï worden verbannen van de graasgronden voor hun vee. De toerist komt niet voor de Masaï, maar voor dat mooie plaatje van die leeuw of dat luipaard. In de avonduren wordt de toerist vermaakt door de Masaï die hun springkunsten komen vertonen.
(TEGEN)NATUURLIJK
Langzaamaan wordt de natuur en het natuurlijke gedrag van haar bewoners, mens en dier, verdreven. Het is ‘de natuur’ dat de Great Migration plaatsvindt. Het is ook de natuur dat dieren dood gaan omdat er geen eten meer is, of omdat ze worden opgegeten door ronddolende carnivoren. Maar het is niet de natuur dat het beetje gras dat er nog is, vernietigd wordt door bandensporen van jeeps. Jeeps die eigenlijk op de paden moeten blijven. Voor een fooitje willen de gidsen daar wel van afwijken.
De migrerende dieren willen niet op slechts één plek de rivier oversteken, maar ze moeten wel. De andere plekken worden bevolkt door jeeps vol toeristen, camera’s in de aanslag, wachtend op die krokodil die een wildebeest bij de keel grijpt.
MASAI MARA, MASAI EN TOERISTEN
Veel Kenianen, onder wie de Masaï, voorzien in hun levensonderhoud door te werken in de toeristenbranche. Masaï runnen met hun gemeenschap lodges. Het geld dat ze daarmee verdienen vloeit in de gemeenschap en komt ten goede aan drinkwater, voedsel en opleiding. Andere Masaï werken als gids in een lodge. Ze rijden, hopend op een hoge fooi die hun schamele loon aanvult, toeristen door het park. Met de walkietalkie in hun hand wordt het gas diep ingetrapt als er iets interessants te zien is: een luipaard, een leeuw met welpen of een kill met vers bloed. Iedere gids probeert, omwille van die goede fooi, de beste plaats te veroveren bij de dieren. En geef ze eens ongelijk.
Kijk alleen niet gek op dat een vakantie naar dit ongerepte reservaat betekent dat er 12 jeeps rond een leeuwenpaar staan dat net bezig is met de daad, of dat welpen niet bij de prooi kunnen die hun moeder aanbiedt omdat er een Jeep in de weg staat. In Leopard Valley, de luipaardenvallei, was zelfs lange tijd geen luipaard te bekennen. Ronkende motoren dag in dag uit, hadden het luipaard verdreven uit zijn schuilplaats.
Is dit nu die ongerepte natuur waar reisbrochures over schrijven? De hoeveelheid lodges in de Masai Mara groeit in rap tempo. De hoeveelheid jeeps die door het park scheurt stijgt nog sneller.
Ik was tijdens mijn verblijf blij met de gids die ons in de gelegenheid stelde mooie foto’s te nemen. Maar, tegelijkertijd bekroop mij het gevoel dat dit niet goed was. Een luipaard, duidelijk op jacht, kon een klein bosje niet meer uit omdat de jeeps rond het bosje cirkelden als gieren boven hun prooi. En ondanks de mooie foto’s, overheerst dat gevoel: het gevoel dat we iets moois kapot maken.
En de Masaï? Zij worden verdreven uit hun gebied, in de Masai Mara zijn ze niet meer welkom met hun vee. Bovendien worden ze beknot in hun mogelijkheid om rond te trekken. Degenen die werken in de lodges moeten regels overtreden, omwille van een fooi.
 
HOE KAN HET OOK?
Er is gelukkig nog ongerepte natuur in de Masai Mara. Het reservaat staat op de Unesco erfgoedlijst. Maar voor hoelang nog? De verhalen over de groei van het aantal toeristen, de groei van het aantal lodges en de hoeveelheid jeeps dat het park onveilig maakt, manen tot zorgen. Het is aan ons, toeristen, daaraan iets te doen. Maar hoe?
Kies voor lodges die hun kamp jaarlijks opslaan, zodat de natuur weer herstelt. De randgebieden van de Masai Mara, zoals de North Conservancy, hebben een balans gevonden. Het toerisme is beperkt en duurzaam, de Masaï hoeft hun nomadische bestaan niet op te geven. Toerisme, natuur en Masaï gaan hand in hand. Zo kan het ook.
Kies voor het geven van fooi aan de aardige gids die zich aan de regels houdt, en geef niet aan de gids die natuur verplettert voor dat mooie plaatje.
We moeten misschien ook kiezen voor minder mooie foto’s, maar voor een mooie natuurbeleving. Geef uw ogen de kost, luister naar de geluiden en neem de geuren in u op van deze prachtige omgeving, want dat is het. Als wij die keuzes nu niet maken, valt er over een paar jaar niets meer te kiezen, niet voor ons, niet voor dieren en niet voor Masaï. Als de groei in dit tempo doorgaat resteert een zanderige platgereden vlakte waar geen wild dier meer in leven blijft. De lodges staan leeg, de Masaï hebben geen werk meer. Zij zullen zich weer moeten inlaten met reclames voor ontbijtkoek.
Tekst en fotografie: Suzanne Degen