In het leven van de mensen in Togo en Benin speelt het geloof in voodoo een zeer belangrijke rol. Wij associëren voodoo vaak met zwarte magie en het toebrengen van pijn op andere mensen door middel van poppetjes en andere voorwerpen. In praktijk is voodoo (vodoun) echter een religie met een eigen godenwereld; goden worden aangeroepen om ziektes te genezen en tot oplossingen te komen voor dagelijkse problemen.
Elk jaar op 10 januari komen er in Ouidah koningen en andere voodoo-aanhangers uit het hele land samen en er vinden festiviteiten plaats. Muziekoptredens worden afgewisseld door toespraken, er wordt gedanst en velen raken in trance. Hier zijn mensen in trance geraakt door het ritme van de trommels dat Kokou, de meest gevreesde Yoruba god van de strijders, oproept. Zijn aanhangers verwonden zich met alles wat ze te pakken kunnen krijgen, de littekens geven extra status.
De man op de grond heeft zijn wereldse kleding uitgedaan en draagt nu een rieten rok. Hij heeft zich ingesmeerd met een mengsel van maismeel en palmolie, wat dient om de goden te eren. Zijn helper houdt hem in bedwang voordat hij weer losgaat.