101 routes door Spanje & Portugal / Noord West kust / La Coruña / Santiago de Compostela
101 routes door Spanje & Portugal / Noord West kust / La Coruña / Santiago de Compostela
De volgende morgen stond de rit naar de Galicische hoofdstad La Coruña op het programma.
Of a Coruña in het Gallego, een rit van zo´n 240 kilometer door een bosrijk gebied langs de kust.
Robadero – Ferrol – 180 km.
Ferrol – La Coruña – 60 km.
De kliffen worden langs deze route hoger en hoger en hier en daar kun je dan ook heerlijk uitwaaien bij een vuurtoren op een landtong.
Zo´n 60 kilometer vóór de hoofdstad ligt de stad Ferrol, een grote marinebasis. Je ziet hier niet alleen overal militairen in blauwe matrozenpakjes en stralend witte uniformen lopen, maar overal staan ook gigantische standbeelden om de helden uit de Spaanse maritieme geschiedenis te eren.
La Coruña ligt in feite aan de overkant van de Ría, maar om er te komen moet je óf helemaal omrijden óf de veerboot pakken.
La Coruña, dat ligt op een landtong, staat bekend als de glazen stad.
Langs de boulevard hebben de monumentale, meestal houten herenhuizen, gigantische ramen, wat tijdens zowel de zonsopkomst als de zonsondergang een prachtige weerkaatsing van het licht geeft.
Over de boulevard rijdt een oude tram.
De binnenstad bestaat voor het grootste deel uit smalle lange straatjes, waarvan er heel veel alleen voor voetgangers bestemd zijn.
Waren het vroeger de grote, met talloze kanonnen volgestouwde marineschepen die vanuit de haven de Atlantische Oceaan opzeilden en later opstoomden, nu ligt de haven vol met een even indrukwekkende armada van grote visserskotters, die vanuit La Coruña uitvaren en vervolgens voor weken of maanden achtereen op zee verblijven.
Wat Asturías is voor de melk is Galicia dan ook voor de visbevoorrading van het land.
De volgende dag stond een bezoek aan de stad op het programma waar door de eeuwen heen miljoenen pelgrims te voet naar toe zijn getrokken.
Santiago de Compostela, een klein uur rijden ten zuiden van La Coruña en één van de belangrijkste katholieke bedevaartsoorden.
La Coruña - Santiago de Compostela - 65 km.
Santiago - Vigo - 95 km.
Vigo - Póvoa do Varzim - 115 km.
Na een korte stop op het vliegveld voor het eerste kopje café solo van de dag, kwamen we tegen tienen aan in dit bedevaartsoord.
De gigantische kathedraal is gemakkelijk te vinden, aangezien die van alle kanten uit de verre omtrek te zien is.
Het grote plein voor de kathedraal staat vol mensen, zowel pelgrims als toeristen, die stapvoets stuk voor stuk door de grote poorten worden opgeslokt. Wij gaven er de voorkeur aan om het allemaal aan de overkant van het plein te aanschouwen.
De pelgrims zijn uiteraard makkelijk te herkennen, grote rugzak met of zonder opgerold matras of opgevouwen tent op de rug, een wandelstok en het belangrijkste, een Jacobs-schelp.
Deze dient namelijk als herkenningssymbool.
Vanuit de Pyreneeën leiden twee verschillende bedevaartsroutes, de Caminos de Santiago, naar de stad.
De Noordelijke meer langs de kusten de zuidelijke onder de Picos de Europa door.
Onderweg slaapt men in de vrije natuur of in de herbergen, die speciaal voor de pelgrims bestemd zijn en waar ze vaak gratis kunnen overnachten.
Niet iedereen volbrengt de pelgrimstocht lopend, sommige komen op de fiets, anderen per bus of voor diegenen die meer op luxe en snelheid gesteld zijn, per vliegtuig.
Het uiteindelijke doel is het aanraken van een grote pilaar in de kathedraal.
Ook dit vliegveld moesten we natuurlijk even bezoeken, waarna we verder reden in de richting van Portugal.
Tussen Santiago en Pontevedra draaiden we van de hoofdweg af om een rondje langs de kust te maken.
Hier liggen talloze vakantiedorpen en badplaatsjes, zoals Villanova de Arousa, Cambados en O Grove.
Na een laatste stop op Spaans grondgebied op het vliegveld van Vigo, dat bovenop een bergplateau ligt, staken we bij de Tui de grens over.
Die wordt hier gevormd door de Río Miño, ofwel Minho, zoals ze aan de Portugese grens wordt genoemd, welke we volgden richting zee.
Vanaf dit punt lijkt het wel één grote zeeboulevard in zuidelijke richting, tot aan de badplaats Póvoa do Varzim toe.
Portugezen, Spanjaarden en toeristen uit heel Europa rijden hier langs de brede stranden en genieten van de zon en het uitzicht op de oneindige zee.
Via Viana do Castelo en Esposende kwamen we in Póvoa, waar we twee nachten bleven.
´s Weekends wordt deze levendige badplaats overspoeld door inwoners van Porto, die voor een dagje of voor het weekend hier naartoe komen om de drukke stad te ontvluchten.
En ze hebben groot gelijk; het is hier heerlijk vertoeven op één van de vele terrassen aan de grote boulevard, genietend van een wijntje met tapas terwijl de verkoelende oceaanwind een verblijf hier heel aangenaam maakt.
En kennelijk waren we precies op de juiste dag aangekomen; ´s avonds was er een grandioos feest in de straten met optochten en veel muziek.
Op verschillende plekken werden sardientjes gegrild.
De straten en balkons waren versierd met vissersnetten en boeien, voor wat een feest bleek te zijn ter ere van de beschermheilige van de visvangst.
Nou, gezien de kilo´s aan sardientjes die deze avond verorberd werden, had die heilige het afgelopen jaar zijn werk goed gedaan en zo´n feest dan ook zeker wel verdiend !
De volgende dag maakten we een uitstapje naar Porto.
======================