Spanje
Mistig Koeienverhaal
'Shit, toch, verdomme!'
Piiiiiiiep!
Mis...
Gelukkig!
Pfff...
Pikkedonker en de wolken laag.
Waarom plakken ze hier geen reflectoren op een koeienkont?
Ik had een voorgevoel, had de ogen scherp en de voet krampachtig tegen het rempedaal en ja hoor de biefstukkenparade loopt hier gewoon over deze weg.
En het kan gekker, er liggen er zelfs twee in nachtstand in de bocht.
Even bijkomen van de schrik, niets geraakt, de gordels werken en sorry, iedereen wakker.
Mijn reisgenoten komen krakend overeind, zich nog onbewust van deze levensgevaarlijke passage net over de grens in de Spaanse Pyreneeën. We hebben besloten door te rijden naar ons einddoel ergens halverwege het Nogueradal al wisten we dat de mist langzaam de flanken afkroop.
Nu is het ruim een half uur donker en het zicht door de lage wolken net dertig meter. We moeten nog één pas over en dan dalen we richting het stuwmeertje waar onze B&B staat.
Op die weg naar de pas zijn we nu.
Zijn naam inmiddels bekend: 'Pas op!'
We hadden het wel gelezen maar ja wanneer kun je nou werkelijk op je reisgids vertrouwen. 'De koeien in Nogueradal lopen los en gaan niet opzij', of zo iets stond er in het boekje.
En dit boekje klopt waarachtig, dus vol op de rem, hart in de keel en net geen slachtveld.
De blik op dom.
Precies zoals je bij een koe zou verwachten.
Twee meter voor mijn bumper en zonder zonnebril de kop recht in de koplampen.
Bij groot licht wordt niet eens geknipperd.
Stoïcijns in het kwadraat en vier man in de auto kijken elkaar zwijgend en knikkend aan: dit wordt een loodzware passage.
Ik heb geen zin om uit te stappen. Het is tegen het vriespunt op deze hoogte maar ik heb de rit in T-shirt en slippertjes gedaan. Een boerenoverall heb ik niet mee dus wordt het koeien bestrijden in joggingbroek en fleecevest. Rillend staan we ons bij de achterklep aan te kleden terwijl we een vijftiental herkauwende wegobstakels tellen tussen de mistflarden die door de autolampen worden beschenen.
De tactiek is eenvoudig en wordt maar kort besproken. We gaan konten duwen met twee man tegelijk. De zwakste van ons mag achter het stuur blijven zitten om bij het eerste de beste gaatje de auto een paar meter vooruit te zetten. Het lichtbruine standbeeld dat nog steeds voor mijn bumper staat is als eerste aan de beurt. Ik buk even om er zeker van te zijn dat we inderdaad een koe van de weg af gaan duwen. Genoeg verrassingen deze avond, nieuwe mistflarden door een briesende stier hoeft van mij even niet.
Het is goed vlees. De kont is zacht, stevig en vooral warm. Ik leun er stiekem even met de wang tegenaan alvorens we ons op een 'tres, dos , uno, vamos!' afzetten. En zowaar, de koe beweegt, een metertje maar dat is genoeg om er met een kleine boog omheen te rijden.
Ver komen we niet maar na koe twee en drie eenzelfde zetje gegeven te hebben zijn we de bocht voor de pas voorbij. De weg gaat in een rechte lijn omhoog richting pas. De afstand is niet in te schatten door het wolkendek tussen de dennen amper vijftig meter voor ons uit. Er staan gelukkig geen koeien meer...
... ze liggen.
Goed, ik zal het verhaal iets versnellen.
Tegen beter weten in hebben we geprobeerd de liggende koeien van de weg af te duwen. We hebben het met gras geprobeerd maar koeien houden het in het donker blijkbaar enkel bij herkauwen. We hebben getoeterd, geschreeuwd, groot licht uit en weer aan, ze bij de horens gepakt en zelfs geduldig gewacht. U snapt het groeiende irritatiegraadje al houdt de meligheid ons staande. Totdat we beseffen dat achteruit ook niet meer kan daar we inmiddels helemaal zijn ingesloten door zo'n twintig koeien, in de mist dus, en in de kou dus, net onder een pas dus en volledig kansloos dus.
En dus...
Is het wachten op een reddende engel.
En die hebben we met ons getoeter, geschreeuw en groot licht-disco blijkbaar wakker gemaakt.
We proeven onrust bij de koeien. Een enkeling staat zelfs op en we zien hoe de meeste koeienkoppen richting dennenbomen draaien. Daar komt als uit een horrorfilm een herdershond te voorschijn die met doelgerichte blik onze kant op loopt. De koeien volgen de hond aandachtig tot dat hij bij ons staat en twee keer blaft. Het blijkt een groet want hij gaat zitten terwijl uit dezelfde dennenbomen een man met wandelstok de weg op stapt.
Hij trekt een liggende koe aan haar staart en roept 'kssst'. Genoeg om het beest te doen opstaan en het hoger gelegen grasveld in te klimmen. Dat doet hij met nog twee koeien en de rest laat hij voor zijn hond die met een venijnige knauw in de achillespees zijn boodschap afgeeft. Binnen mum van tijd is de weg vrij. We springen in de auto en geven gas. Bij de man houden we halt en draaien het raam open. 'Gracias' zingen we in koor. De man knikt en waarschuwt ons voor nog meer koeien voorbij de bergpas. We beloven hem voorzichtig naar beneden te rijden.
Lachend rijden we in een slakkengang verder omhoog de wolken in. Ondertussen verdelen we de taken voor als er nog een koeienblokkade volgt. Een van ons blijft achter het stuur zitten, de ander wordt 'kssst-roeper'. Nadat de staartentrek-functie is weg gegeven blijft voor mij maar een taak over: ik word achillespeesbijter. En of we die taakverdeling in de kilometers na de pas ook echt gebruikt hebben vertel ik mooi niet.
Dit verhaal verdient een mistig einde...