Servië
Kosovo. Het Zwembad
Iedereen heeft wel zo zijn eigen gedachten over Kosovo. Met een flinke dosis vooroordelen in mijn bagage ging ik dan ook naar Kosovo. Ik had het allemaal prima uitgedacht, eerst Servië bezoeken, auto huren en dan door naar Kosovo. Ik kreeg echter al snel door dat dat plannetje weinig kans van slagen had. De grensovergangen Servië – Kosovo werden me afgeraden vanwege de grilligheid van de douaniers. En met een auto met Servische nummerplaten door Kosovo rijden staat bijna gelijk aan zelfmoord, aldus mijn Servische contact persoon.
Tenslotte maar besloten om via Wenen rechtstreeks op Pristina te vliegen, minder avontuurlijk, wel zo zeker. Bij binnenkomst in de kleine aankomsthal op het vliegveld van Pristina kun je niet onder een muurvullende foto uit van een Kosovo dat je vriendelijk welkom heet, maar vooral ook vraagt om te investeren in dit land.
Buiten de aankomsthal begrijp je al waarom, een chaos van gedruk en geduw in het veel te kleine luchthavengebouw dat doet denken aan elk willekeurig vliegveld in een ontwikkelingsland. De met gaten gevulde tweebaansweg die naar het vliegveld leidt, bevestigt dit beeld nog eens.
Gelukkig werd ik keurig door de drukte geloosd door Fran, een welbespraakte Kosovaar die 25 jaar in Nederland heeft gewoond en nu sinds 2 jaar terug is in zijn geboortedorp. Een dorp dat volledig in bezit is van zijn familie. Naast hem woont zijn broer, tegenover hem zijn vader en ga zo maar verder. Grond verkopen aan een buitenstaander is er dan ook niet bij.
Vanuit Fran zijn huis heb je een fraai uitzicht over de akkers. Waar mais, aardappelen en druiven groeien, met op de achtergrond de bergketen die Kosovo van Montenegro scheidt. Het leven gaat hier duidelijk een paar tandjes langzamer dan bij ons. Gelukkig maar, want bij een temperatuur van zo’n 33 graden kun je ook niet al te veel doen.
Nu valt er ook niet veel te doen in Kosovo. De industrie die er was is volledig kapot door de vele jaren van ellende die het land heeft moeten ondergaan. Het alternatief, naast kleinschalig boeren, is de dienstverlening. Dokters en tandartsen zijn gewild. Met een gemiddeld inkomen van EUR 250 per maand weliswaar niet te betalen voor locale Kosovaren, maar wel voor de 0.5 miljoen Kosovaren die in landen als Zwitserland en Duitsland werken en wonen.
Ook benzinestations blijken in trek. Om de 5 kilometer kom je er wel eentje tegen. Meestal zonder klant trouwens. Dit komt doordat als iemand iets succesvol opstart het zeer snel gecopieerd wordt.
Zo ook het zwembad. Een verademing na een lange dag in de hitte. Een prachtig bad waar we in Nederland nog een puntje aan kunnen zuigen.. Het heeft onder andere twee vijftig meter baden naast elkaar, met duikplanken, glijbanen, zonneweide, cafetaria , zwemshop en meer dan genoeg zitjes en parasols. Entree €1,5. Een verhoging van 50% vergeleken met vorig jaar, maar nog altijd niet voldoende om de investering terug te verdienen.
Vijf jaar geleden is het zwembad gestart door een terug gemigreerde Kosovaar. Nu wordt ook dit concept vlijtig gecopieerd en hebben de omliggende dorpen ook hun eigen splinternieuwe zwembad.
Als ik ‘s avonds de dag de revu laat passeren onder het genot van een heerlijke vis en een goed glas wijn, kan ik niet anders dan concluderen dan dat dit land nog een lange weg te gaan heeft, maar ook dat de uiterst vriendelijke bevolking een goede toekomst verdient.