Trip naar Marokko - deel 14
Trip naar Marokko - deel 14
Beste mensen, we durven het bijna niet toe te geven maar we zitten inmiddels in het afschuwelijkste stukje Portugal dat er bestaat: De “Algarve” en wel de zuidkust. De ruige westkust waar we ons de afgelopen weken prima hebben vermaakt heeft plaatsgemaakt voor een lelijk toeristisch “vakantieman gezellig hè?” gebied vol belachelijke grote hotelcomplexen, kuuroorden en een kakgehalte waar poepsok nog een dikke punt aan kan zuigen.
Hoewel de toeristische massahysterie, die zich hier tijdens de zomermaanden moet afspelen, vrijwel is uitgestorven, stikt het hier wel van de bejaarde Engelse “stiff upper lips”! Het lijkt hier wel een soort wildreservaat (inclusief grote betonnen omheining) vol sjeike kaklui die met hun villawijken, golfbanen en veel te luxe wagens ervoor zorgen dat alles hier ongeveer 3x zo duur is als in de rest van Portugal! Ze leven in hun eigen veilige High Society droomwereldje en paraderen in het rond met een hoop overdreven uiterlijk vertoon. Zelfs de huisdieren worden met deze lifestyle opgezadeld.
Zo jammer is het dat er bijna geen onbedorven plekje is te vinden, waar het landschap niet is vervuild met flats, bungalows en de industrie die het met zich meebrengt. Het is deze toeristeneconomie die de eens zo prachtige Algarve om zeep helpt.
Ook de plaatsen waar je eens lekker op je gemak op het strand of in een grot kan kakken, beginnen hier steeds vaker plaats te maken voor witte zandstranden waarbij ieder plekje wel bekeken kan worden vanuit een luxe appartement of hotel. Aan de westkust was dat wel anders: Op een zonnige ochtend liep Stefan eens langs een mooi strand met in de verste verte geen teken van beschaving. Op een gegeven moment beklom hij daar een rots om eens een van het uitzicht te genieten en tot zijn grote vreugde lag er aan de andere kant van deze rots een perfect door hoge kliffen omsloten strand van zo’n 300 meter breed. Er liepen geen paadjes naartoe en het zou makkelijk kunnen dat hier al jaren geen mens meer heeft gelopen. Om er te komen moest hij wel even langs een rotswandje naar beneden klimmen, maar dan heb je ineens wel even een heel strand helemaal voor jezelf alleen. Het laat zich dan ook niet raden wat Stefan hier midden op het strand heeft achter gelaten.
Toch is niet alles slecht hier aan de Algarve. Zo vonden we nog een prachtige surfspot in de buurt van Praia de Luz. Onderaan de “Rocha Negra” (zwarte rots) lag een baaitje met helder blauw water, veel gekleurde vissen en een rotsrif wat nog geen meter onder water zat maar wel zorgde voor een hele vette golf. Je moest hier zeker niet verkeerd van je board flikkeren, maar eenmaal op een golf was het alsof je op een vliegend tapijtje een film van Jacques Cousteau invloog.
Geheel toevallig, opzoek naar een plaats om de nacht door te brengen, kwamen we op een parkeerplaats op een rots hoog boven het water. De volgende dag vond Stefan, zoals gewoonlijk op zoek naar een plek om te poepen, een aantal supervette grotten. Het is ons niet duidelijk of de natuur dit heeft veroorzaakt, of dat het door mensen is uitgehakt. Het was een ware “apenkooi” hemel waar we met ons kinderlijke gedrag een hele dag zoet gespeeld hebben tussen de trapjes, grotten, gaten en natuurlijke klimmuren.
Op het vervolg van onze tocht reden we door enorme vakantieresorts voor veel te rijke buitenlanders. Het waren haast oneindige villawijken, waar we niet eens mochten filmen. We hadden de camera juist tevoorschijn getrokken of de parkwacht stond al voor onze neus. Helaas, het zou een mooi beeld hebben gegeven van de Bel-Air achtige toestanden die zich hier afspelen. Engelsen die geen millionair zijn, maar zich hier wel als zodanig kunnen (en willen) gedragen.
Onze echte bestemming (Marokko) begint nu toch wel erg dichtbij te komen en als de wind zo blijft is de kans groot dat ons volgende verslag wel eens uit Afrika kan komen. We hebben er zeker zin in en volgens de verhalen die we van andere reizigers hebben gehoord, kan het niet anders dan heel erg super kicke vet worden! (ondanks de hoeveelheid Marokkanen die daar volgens veel kortzichtige Nederlanders rond moeten lopen.) Om er ook in Marokko nog een beetje hip bij te lopen, laat ook Stefan voor de gelegenheid zijn baard staan (al heeft ie nog een flinke achterstand op Leks).
Behalve dat het vet wordt, hebben we eigenlijk geen idee wat we van Marokko moeten verwachten. We laten het gewoon over ons heen komen en hopen in ieder geval genoeg internet en elektriciteit te vinden om jullie op de hoogte te houden.
“Ila lliqaa” of als we nog in Spanje zitten: “Hasta la siega del pepino”
Beelden bij deze verhalen:
http://www.youtube.com/watch?v=pDdiFwKSSOs
en
http://www.youtube.com/watch?v=3GrXIj3vuTk
en
http://www.youtube.com/watch?v=Mf8r-wo4nH8