Uitzicht over Lviv
Lviv,
Oekraïne
De geschiedenis van Lviv is zo uitgebreid dat ik de tekst letterlijk heb overgenomen van Wikipedia.
Lviv werd gesticht rond 1250, toen vorst Daniël van Galicië-Wolynië voor zijn zoon Lev een burcht liet bouwen, die diens naam zou dragen. Rond de burcht, die al snel in Poolse handen kwam, groeide een belangrijke handelsnederzetting. Er woonden Polen en Russen, maar ook Duitsers, Joden en Armeniërs.
In 1772 kwam Lviv bij de Eerste Poolse Deling aan Oostenrijk. Onder Habsburgs bewind brak een bloeitijd aan: als Lemberg, de hoofdstad van het kroonland Galicië-Lodomerië werd het een van de belangrijkste steden van het Habsburgse rijk. In 1784 kreeg de stad van keizer Jozef II een universiteit, waar in vier talen werd gedoceerd. De Universiteit Lwów was belangrijk voor de wederopwekking van de Poolse cultuur in de negentiende eeuw, naast de Jagiellonische Universiteit van Krakau. Tevens ontstond aan de universiteit het Oekraïense nationalisme.
In 1918 viel Oostenrijk-Hongarije uiteen. De stad werd uitgeroepen tot hoofdstad van het onafhankelijke West-Oekraïne, maar uiteindelijk werd de stad als Lwów weer Pools. Ook onder Polen was het toenmalige Lwów een metropool: er woonden toen 318.000 mensen (1939). Een derde daarvan was joods, ongeveer 60 % Pools, 7 % was Oekraïens. Het platteland met haar provinciesteden, rond de Poolstalige regionale hoofdstad, vormde een belangrijk centrum van Oekraïense cultuur, die door de Poolse staat echter onderdrukt werd. Lviv bleef Pools totdat Sovjettroepen, als gevolg van de geheime afspraken uit het Molotov-Ribbentroppact, de stad in september 1939 binnenvielen. De Duitsers vielen op 22 juni 1941 de Sovjet-Unie binnen (Operatie Barbarossa) en bezetten de stad van 1941 tot 1944.
De Tweede Wereldoorlog verliep dan ook rampzalig voor de stad: de nazi's deporteerden en vermoordden het overgrote deel van de joodse inwoners. Als gevolg van de Duitse inval in Polen was de joodse bevolking van de stad door joodse vluchtelingen uit Polen van 125.000 tot 160.000 gegroeid. Vanaf december 1941 werden zij gedwongen in een afgezonderd gedeelte van de stad te gaan wonen: het Getto van Lemberg, van waaruit zij werden weggevoerd naar het concentratiekamp Janovska en het vernietigingskamp Be??ec. Slechts 2000 overleefden de Holocaust. Ook de joodse culturele gebouwen overleefden de oorlog niet. Voor de oorlog kende de stad 45 synagoges, waaronder de Gouden Roos synagoge uit 1582. Deze synagoges werden vrijwel allemaal vernietigd.[3] De uiteindelijke overwinnaar, de Sovjet-Unie, annexeerde in 1945 de oostelijke strook van Polen, waaronder ook Lwów. De meeste Poolse inwoners belandden honderden kilometers westelijker, in gebieden die Polen van Duitsland toegewezen kreeg: die van Lviv kwamen vooral in Wroc?aw, het eerdere Breslau in Silezië, terecht. In hun plaats kwamen Oekraïense en Russische immigranten naar Lviv. De stad kwam achter het IJzeren Gordijn te liggen en was veel van haar inwoners, haar geheugen en haar contact met de rest van Europa kwijt.
Aan het eind van de jaren 80 was Lviv wederom het centrum van de Oekraïense nationale beweging, een rol die de stad tot op vandaag is blijven spelen.