Opgebaard in een grottenstelsel
Opgebaard in een grottenstelsel
Kiev herbergt een heus grottenstelsel waar tientallen monniken opgebaard liggen, geconserveerd door de constante lage temperatuur.
Aangetrokken door woorden van gelijke strekking, zijn we op zoek gegaan naar dit mirakel. Op een mooie dag in mei nu twee jaar geleden, sloten we aan bij een kleine rij belangstellenden. Allemaal inwoners van Kiev of in ieder geval Oekrainers waande ik me toch wel een vreemde eend in de bijt. Maar wie A zegt moet ook B zeggen. Tenslotte hadden we thuis besproken dat we het wilden zien en dan moet je niet zeuren over kleinigheden. Zuinig als altijd sla ik vriendelijk het aanbod van een kaarsje af.
De gids had er nog een heel verhaal achter aan, maar mijn beheersing van de Russische taal liet toch wel te wensen over. Dus gewoon vasthouden aan de afwijzing, niet voor het geld, maar echt gelovig zijn we niet en dan heb je ook geen kaarsje nodig. De man ging ons voor de grot in en wij liepen ongeveer in het midden. Oei het is wel heel nauw, als je niet uitkijkt stoot je een arm, been of je hoofd.
En dan in een nis, ligt een monnik vredig met de handen gevouwen op de borst. Wat er dan gebeurd hadden we niet voorzien. Vooral vrouwen barsten uit in een soort gezang, of gebed. Een voor een komen de mensen naar voren om te bidden, de icoon te kussen en blijven dan nog een lange tijd staan. Ik voel me een beetje opgelaten, zoveel devotie, er zijn vrouwen waarbij de tranen over de wangen lijken te lopen. In het duister is het slecht te zien. Langzaam schuifelt de groep verder naar de volgende nis. Het proces herhaalt zich. Weer veel gezongen gebeden, flakkerende kaarsjes en dan alsof er een knop omgedraaid word, krijg ik het te kwaad.
Het vliegt me aan, ik wil eruit. Nooit last gehad van claustrofobie maar dit is niet leuk meer. Het lijkt wel of er bijna geen zuurstof in de lucht zit. Ik kijk Hans aan en fluister dat ik weg wil, klaarblijkelijk deelt hij mijn mening. Hij duwt me een nis in, grote griezels toch niet bij zo'n opgebaarde monnik. Maar nee, er staat een pijl met in het Russisch geschreven de weg naar de uitgang. Dat is mooi, maar dan begin ik spijt te krijgen van onze weigering om een kaars mee te nemen. In het pikkedonker, je een weg zoeken in een grottenstelsel van meer dan 30 km, is geen pretje. Het maakt geen verschil of ik mijn ogen open of dicht doe, het is stikke donker. Het idee dat ik zomaar tegen een lijk aan kan botsen helpt ook niet om rustiger te worden.
Met knikkende knieën en de handen langs de wanden om te voelen hoe we moeten lopen, strompelen we door de grotten. In de verte horen we de biddende Oekrainers. Au daar stoot ik toch lelijk mijn hoofd, wel opletten anders lig ik straks op de grond. En dan voel ik een vlaag frisse lucht. Het ademhalen gaat direct een stuk beter en gesterkt doordat we waarschijnlijk de goede kant op gaan, versnellen we onze pas.
Opeens bots ik tegen iemand aan, de schreeuw die opwelt in mijn keel weet ik nog maar net tegen te houden. Het is een soort bewaker, in een lange pij, die moet voorkomen dat er mensen zonder te betalen de grot in gaan. Erin?? Ik wil er alleen maar uit! Ik wijs op mijn hoofd en kreun en dan mogen we er toch uit.
Ik kan met geen pen beschrijven hoe ik me voel nu we weer in de zon staan. Diepe teugen frisse lucht stromen door mijn longen. Wat voel ik me een dwaas om zo onbesuisd en zonder verlichting door een grottenstelsel te dwalen.
Mocht je ooit naar Kiev gaan en het idee opvatten om een kijkje te nemen in het wonder van het Lavra complex koop dan in ieder geval een kaarsje zodat je niet in het donker je weg hoeft te zoeken.