“Dan zijn zij pas echte monniken, als zij van het werk van hun handen leven.” Wie binnendoor van Tilburg naar Moergestel rijdt, passeert even buiten de stad de trappistenabdij Onze Lieve Vrouw van Koningshoeven. In 1880 maakte de abt van een Noord-Frans trappistenklooster zich zorgen over antikerkelijke wetgeving in Frankrijk. De abt besloot één van zijn monniken uit te zenden om een toevluchtsoord te zoeken in het buitenland. De keuze viel op Nederland, op een stuk heide, met enkele kleine hoeven en een schaapskooi in de buurt van Tilburg (op het grondgebied van Berkel Enschot), de Koningshoeven genoemd, omdat ze eigendom waren geweest van koning Willem II. De schaapskooi werd verbouwd tot voorlopig klooster. Hiermee was de vestiging van het eerste cisterciënzerklooster in Nederland sinds de Reformatie een feit. In 1891 werd Koningshoeven verheven tot abdij en startte de bouw van een nieuw imposant klooster. Toen het boerenbedrijf niet in de meest elementaire levensbehoeften kon voorzien, besloot de eerste overste een brouwerij te beginnen. ‘La Trappe’, zoals het op Koningshoeven gebrouwen bier heet, is Nederlands enige trappistenbier. Het is te proeven in het proeflokaal (met lunchkaart) en te koop in de kloosterwinkel.