Weekend Kopenhagen
Weekend Kopenhagen
Denemarken is al een koninkrijk vanaf de 10e eeuw, de tijd van de Vikingen. De huidige koningin Margrethe II zit sinds 1972 op de troon van dit Scandinavisch eilandenrijk. In de warme maanden verblijft ze in haar zomerpaleis, maar in de winter bevindt haar residentie zich in Kopenhagen, aan de Amalienborgplaats.
Om dit plein werden in de 18e eeuw vier identieke paleizen gebouwd, met in het midden een standbeeld te paard van koning Frederik V. Eén van de paleizen is voor de koningin, het volgende is voor de kroonprins, het derde wordt gebruikt als gastenverblijf en het vierde is deels ingericht als museum. In dit laatste gebouw kun je op de begane grond koninklijke inrichtingen van weleer bewonderen terwijl de eerste verdieping een soort rommelzolder van het koningshuis is, waar allerlei voorwerpen liggen opgeslagen die aan de koninklijke familie hebben toebehoord.
Buiten de paleizen staat de koninklijke garde op wacht, gekleed in blauwe tunieken en met een zwarte berenmuts op het hoofd. Vanaf 10 uur ’s ochtends wordt de wacht iedere 2 uren gewisseld, met een wat omvangrijkere wisseling om 12 uur. De wacht komt dan aangemarcheerd vanaf Slot Rosenborg, dat op een half uurtje lopen afstand ligt. Tussen de paleizen door zie je dan in het oosten, aan de overkant van het water, het moderne Operagebouw liggen. In het westen zie je de 18e eeuwse Frederikskerk staan, ook wel marmeren kerk genoemd, met de grootste koepel van Scandinavië.
Slot Rosenborg, gelegen in een mooi stadspark, was in de 16e en 17e eeuw in gebruik als zomerverblijf voor de monarch. Bij een bezoek aan dit kasteeltje ontdek je staatsievertrekken, tronen, werkkamers en andere ruimtes die nog ingericht zijn als toen. Kunst, rijkdom en geschiedenis komen hier op een fijne manier samen.
De kelder herbergt iets wat menig hart sneller doet kloppen: de kroonjuwelen en regalia van het koninkrijk Denemarken. Kettingen vol met edelstenen, scepters, zwaarden en kronen worden tentoongesteld in een zwaar beveiligde ruimte. Het pronkstuk van de verzameling is de weelderig versierde kroon van Christiaan IV, die stamt uit de 16e eeuw.
Slot Christiansborg, dat hier op slechts een steenworp afstand vandaan ligt, was in die tijd de andere koninklijke residentie. In de eeuwen die volgden brandde het paleis meerdere keren af en de laatste keer dat het herbouwd werd, was aan het begin van de vorige eeuw. Een deel van het gebouw wordt gebruikt door het parlement en door de minister-president. De staatsiezalen zijn indrukwekkend, evenals de collectie kunst die de branden wist te overleven.
Onderin, in de kelders, kun je een bezoek brengen aan de oude funderingen van het kasteel dat in de 12e eeuw op dezelfde plaats stond. De koninklijke stallen zijn eveneens te bezichtigen. Een koninkrijk wordt traditiegetrouw vaak geassocieerd met witte paarden, en deze schimmels staan hier op stal. De keuken is ook nog een blik waard, evenals de koninklijke kapel naast het paleis. Deze is opvallend licht en de relatieve soberheid maakt de kerk erg sfeervol.
Kopenhagen is de hoofdstad van een koninkrijk met een grootse geschiedenis. Christiaan IV liet er in de 17e eeuw de Rundetårn bouwen, de ronde toren. In de 18e eeuw werd deze toren als nulpunt gebruikt om het koninkrijk op accurate wijze middels triangulatie in kaart te brengen. Halverwege de 19e eeuw stond het koninkrijk op papier. En voor wie denkt dat Denemarken maar een klein land is: het is net iets groter dan Nederland, met een monarchie die vele en vele malen ouder en authentieker is. Op een uurtje vliegen vanaf Schiphol is Kopenhagen een dankbare bestemming.