Sankt Hans
Denemarken
Bagenkop, zuid Langeland. 23 juni 2022. Het is een mooie zomeravond om langs de oostkust te wandelen, een heldere hemel en geen spat wind. Er hangt wel een vreemde lucht, of er vuil wordt verbrand. In de verte zien we op het land een rookpluim opstijgen. "De natuur schreeuwt om water en dan dit", is mijn eerste gedachte. Maar dan herinner ik me die hoge stapel takken vlak naast de haven ... geen toeval. Bij die plek naast de haven heeft zich in de tijd die ik wandelde een grote groep mensen verzameld. Er is een spreker. Er wordt geluisterd, geklapt, gegeten en gedronken. De gezelligheid spat eraf, maar wat er gezegd is? Deens is voor mij niet te volgen en dus ga ik weer op zoek naar antwoorden op mijn vragen. Gelukkig tref ik een dame, die mij in het Engels wil uitleggen wat hier zoveel mensen bijeen brengt. "De spreker komt van het noorden van het eiland", begint ze. "Vroeger zochten de mensen van noord en van zuid elkaar alleen op om te vechten. Nu vieren we samen Sankt Hans. De traditie gaat terug tot in de 16de eeuw. Oorspronkelijk was dit een feestdag van heidenen, waarop veel geschonken en dronken werd. En er is een verbinding met magie, Midzomer is de natuur op zijn hoogtepunt. Volgens de folklore zocht men die kracht in kruiden en helende waterbronnen. De naam Sankt Hans is afkomstig uit het Christendom. Het is de Deense naam voor Johannes de Doper, die naar verluidt zes maanden voor Jezus is geboren, dus 24 juni, zes maanden voor (en na) Kerstmis,"
Na deze uitleg wordt ik weer met beide benen op de grond gezet. "Heb je de heks gezien?", vraagt ze. En inderdaad, tijdens mijn wandeling was er een pop bovenop de brandstapel verschenen. Dat zal de heks zijn. Als om de ernst van de zaak te benadrukken gaat haar betoog verder. "In de 16e en 17e eeuw zijn in Denemarken ongeveer 1.000 echte mannen en vrouwen die veroordeeld waren voor hekserij levend verbrand. De laatste ‘heks’ die op deze manier werd vermoord, was een Deense vrouw die beschuldigd werd van tovenarij. In 1693 werd ze geëxecuteerd op het eiland Falster." En weer schakelt mijn gids naar hier en nu. "Mijn dochter had me niet voor niets gewaarschuwd dat ik me moest gedragen ... ", zegt ze met een lach. Dan klinkt er muziek en jong en oud zingen of doen een poging daartoe. Dan ineens staat de brandstapel in lichterlaaie en verdwijnt de zon onder de horizon. Het lied is afkomstig uit een theatermuziekspel "Once upon a time" uit 1887 door de Deense toneelschrijver Holger Drachmann geschreven, lees ik later. Het werd in de jaren 70 herschreven door de Deense band Schu-bi-dua, en vaak is het hun versie, zeker wat de muziek betreft, die wordt gebruikt. In de loop der jaren werden de geestelijke liederen verdrongen door dit lied.
Wat een mooie traditie, en een mooi feest om mee te maken. 23 juni, een datum om te onthouden.
P.S. De dame op de voorgrond was mijn gids.