Mykines Faroer, ´Mistiek eiland vol gevaren...´ (deel 2)
Mykines Faroer, ´Mistiek eiland vol gevaren...´ (deel 2)
...vervolg...
Ik wacht nog even, er is een stukje dunne wolk waar nog niet de stralen maar al wel de warmte van de zon doorheen komt.
Een grote graspol wordt mijn zetel en met een flesje aan de mond pak ik even mijn moment.
De zee onder me klinkt ver weg en lijkt het enige geluid nu de wind is weggevallen.
Doch al snel klinkt een vleermuisachtig gefladder om me heen.
De dunne wolk opent het zicht verder en nog voor dat ik mijn flesje half leeg is ben ik omcirkeld door tientallen papegaaiduikers.
Zitten op de graspol is gevaarlijk.
Ze zouden een bordje op moeten hangen waarin vooral mannen extra alert worden gemaakt.
Een wild gefladder komt plots uit de mist recht op me af.
Ik deins iets achterover maar ben te laat om te reageren.
Uit het niets staat er ineens een papegaaiduiker tussen mijn voeten.
Het koppie kijkt kort tussen mijn benen omhoog waarna het beestje met een blik van ‘je weet waar ik je had kunnen raken’ onder mijn billen verdwijnt.
Dit is haar graspol en ik heb als dank voor het gebruik niet eens een sardientje meegenomen.
Ik ken mijn plaats en doe de fles in mijn tas.
Doch voordat ik op kan staan kijkt het koppie me weer aan.
Ik hoop van harte dat ze haar boodschap niet alsnog kracht bij wil zetten en klik snel wat plaatjes uit de camera om mijn nek.
Dan ziet ze dat ik ga vertrekken en verdwijnt ze weer onder de graspol.
Met een heerlijke verbazing zet ik mijn wandeling voort richting brug.
De brug is een solide Eifel-achtig stuk aluminium.
Helaas geen junglebridge met gebroken planken en rafels in de touwen.
Het zicht in de kloof is beperkt, het is moeilijk haar lengte te proeven.
De vele stormvogelnesten aan de wand maken veel goed.
Tussen schapen en nog veel meer papegaaiduikers loop ik over de schuine grasvelden van het afgebroken stukje Mykines.
De mist is er zo dicht dat schapen en rotsen niet meer van elkaar te onderscheiden zijn.
Ik heb het geduld niet om door te lopen naar de vuurtoren die eindpunt is van de wandeling.
De bekoring zat hem in een einddoel in de verte maar die verte is er niet en mijn nieuwsgierigheid is gedoofd.
Ik keer om en kom bij de brug de wandelgroep tegen.
Van papegaaiduikers is weinig te zien.
Ik vermoed dat zojuist teveel graspollen ineens bezet zijn geweest.
Hogerop wordt dat weer anders. Mijn keuze om alleen te lopen is een gouden geweest.
Ook het dorpje heb ik een uurtje later voor mezelf.
Ik slenter tussen de kleurrijke huisjes en fantaseer over hoe het leven hier moet zijn.
Na een heerlijke hamburger in het Kristianshuis zoek ik de meeuwenrotsen boven het haventje op.
De dunne wolk is gegroeid en staat zelfs wat blauw toe.
In de verte ontwaar ik zelfs de Atlantic Bridge die hier vandaan wel heel dichtbij lijkt.
Daarachter bovenop het gebroken stukje Mykines is zowaar de vuurtoren te zien.
Het maakt mijn indrukken compleet.
Genietend van het uitzicht luister ik naar de wind, de zee en de krijsende meeuwen.
Tot het verre geluid van een dieselmotor aan de kakofonie wordt toegevoegd.
Ik kijk naar beneden en zie de boot de haven binnen varen.
Tijd om afscheid te nemen van mooi en ’mistiek’ Mykines.