Deel 3: Pakbeng, een andere wereld
Deel 3: Pakbeng, een andere wereld
Vervolg dag 4: Pakbeng
We komen rond half vijf in Pakbeng aan voor ons verblijf in de LuangSay Lodge, dat ligt aan de oever van de Mekong rivier. De bungalows zijn op palen gebouwd en met elkaar verbonden door houten loopbruggen. De omgeving is hier werkelijk prachtig.
Meteen na aankomst naar het dorp, zo'n 20 minuten lopen. Heel bijzonder en bedrijvig, een andere wereld! Niet te beschrijven. Er is elke dag een lokale markt, van 6 tot 22 uur! Marianne koopt een 'charmante' broek, want het schijnt hier morgenvroeg koud te zijn, en we kunnen niet bij de bagage. De mannen kopen sokken!
Inmiddels staat een grote groep hele kleine Laotiaanse meisjes klaar om ons te vergasten met Laotiaanse dansen en muziek.
Dag 5: Pakbeng- Pak Ou- Luang Prabang
Het is een bijzonder hotel waar we vannacht slapen! De kamers zijn allemaal kleine huisjes op palen, net als de huisjes in de dorpen die langs de Mekong liggen. De muren zijn van gevlochten bamboerepen, net als het dak. Daarop liggen bananenbladeren. Het is allemaal heel dun. Natuurlijk is het allemaal wat degelijker dan de huisjes waarin de mensen wonen, maar je kunt je zo wel een beetje een voorstelling maken van hoe het is om daar te wonen. De huisjes staan niet alleen op palen vanwege de mogelijkheid van hoog water (het verschil tussen de lage en de hoge waterstand kan wel acht meter zijn), maar vooral ook vanwege de beesten en beestjes. We horen, ook binnenin onze eigen huisjes van alles. We kunnen de geluiden niet helemaal thuisbrengen. Maar dat er in ieder geval wat gekko-achtigen binnen zitten is wel duidelijk. Met de insecten valt het erg mee, maar we zijn toch erg blij met onze klamboe.
Het is er zo onwerkelijk mooi! Zo groen, zoveel verschillende planten, struiken en bomen, en dan uitkijkend over de Mekong. Pakbeng ligt ook hoog, net als alle andere dorpen aan de rivier. Je komt er door gewoon de 'duin' met los zand op te klimmen. Het is duidelijk waarom de bagage niet mee kon!
De mensen uit de bergdorpen zijn vaak klein, heel klein. Vrouwen van 1.20 meter zijn heel gewoon. De kinderen vinden de toeristen leuk en roepen constant 'Sawadii!', hallo dus. Gelukkig zonder de bedoeling iets te krijgen.
Kon je in Thailand nog af en toe met een enkel woord Engels terecht, in Laos is dat niet het geval, alleen in de hotels. Je ziet daar natuurlijk ook wat meer Frans terugkomen, Laos was immers een Franse kolonie vroeger.
De levensstandaard is in de meeste delen van Laos een stuk lager dan in Thailand. Kinderen gaan nu wel af en toe naar school, maar de meeste volwassenen buiten de stad zijn analfabeet. De verschillen tussen stad en land zijn enorm.