In the Philipines, man travels literally ON the bus
In the Philipines, man travels literally ON the bus
Voordat ik over de Filipijnen begin moet ik eerst even wat rechtzetten. Ik riep denk ik net iets te hard na welgeteld 1 dagje Singapore dat ik de stad niet zo geweldig vond, maar op dag 2 begon ik het toch wel te waarderen. Misschien was de cultuurshock even te groot, van een rustig tropisch eilandje naar een miljoenenstad is toch wel een redelijk grote overgang. Dus; Singapore -> wel cool.
De reis van Singapore naar de Filipijnen was wel enigsinds gaarmakend, we vlogen om 00.20 uur weg vanuit singapore (nouja, haf uur later eigenlijk) en kwamen om half 5 in de ochtend aan in Cebu, daar mochten we nog even wachten tot half 10 voordat we verder gingen vliegen naar Puerto Princessa.
PP (ik ben te lui om het steeds voluit te typen en dit toetsenbord pakt maar de helft van de letters die ik aansla in 1 keer, dus ik kort het vanaf nu af) heeft werkelijk het meest kneuterige vliegveldje wat ik in m'n leven gezien heb. De immigration bestond uit een man achter een houten bureautje in een soort overdekte hal die wat gegevens uit je paspoort overschreef in een soort oversized schrift en de bagageband was zo klein en crappy dat het waarschijnlijk sneller was gegaan als we de tassen gewoon onderaan het bagageruim van het vliegveld hadden opgevangen. Maar het heeft wel iets :)
Meteen na aankomst in PP hebben we ons van het ene gevaarlijke voertuig in het andere laten vervoeren. Allereerst een tricycle, da's een soort motor met zijspan, maar dan anders. En daarna vervolgden we onze weg in een Jeepney naar Sabang. Dat was een belevenis kan ik je zeggen. Allereerst, ik zal zo even een foto van zo'n geval toevoegen bij dit blog, kijk naar een jeepney, maak een schattng van het aantal mensen dat er in past, vermenigvuldig dat met 3,5 en dan heb je het aantal mensen dat er daadwerkelijk in mee ging. Het grootste deel gaat wel in de jeepney, maar zeker een kwart van de passagiers zit gewoon op het dak. Voor ik het vergeet, de reis duurde ruim 3 uur... dus geen busritje van huis naar het centrum ofzo. Gedurende drie uur lang zat ik dus met een zwaar zwetende, ranzige filipijnse man half op schoot, dat is echt wat je wil als je net een nacht niet geslapen hebt!
Gelukkig is er never a dull moment in the Filipines en kregen we nog even wat gratis spanning en sensatie voor de 200 peso die we betaalden voor de rit. Op zo'n 3/4 van de reis moesten we even stoppen om wat mensen en goederen uit te laden (gebeurde trouwens regelmatig, volgens mij doet zo'n jeepney ook dienst als postbode) en daarna deed het ding redelijk moeilijk over het starten. Eigenlijk wilde ie gewoon helemaal niet meer starten. Terwijl ik me af zat te vragen of het nog ver zou zijn (om te lopen), begonnen opeens alle mensen in de jeepney lichtelijk paniekerig richting de uitgang van de jeepey te gaan. Kuddedier als ik ben, liep/kroop ik er maar gewoon achteraan om buiten de aard van de volksverhuizing te constateren. Ehm... zeg maar donkere rook. En een klein vuurtje.
Het vuurtje was vrij snel geblust en werkelijk 2 minuten later zat iedereen weer op z'n plek in de jeepney. Wat er aan de hand was? "Oh it was just the battery!" glimachte het meisje tegenover me onbezorgd. En mijn exploderende-jeepney-visioenen verdwenen als sneeuw voor de zon (not).
Gelukkig verliep de rest van de reis zonder problemen en kwamen we compleet ongeschoden aan in Sabang.
In Sabang hebben we de uberberoemde Subterrean River bezocht, een ondergrondse rivier dus. We konden er met een boot heen, maar ook via een jungle trail of een monkeytrail. Die hards die we waren zijn we natuurlijk vol goede moed aan die jungle trail begonnen. We waren immers al wel 'gewend' aan jungle.
Dachten we.
Het werd dus even zwaar ordinair hard afzien en net toen we dachten dat we toch zeker we heel dicht bij waren, wist een tegemoedkomende wandelaar ons vrolijk te vertellen dat we net op de helft waren. Uiteindelijk kwamen we dus redelijk half dood aan bij die rivier, vanuit waar we met bootjes in kleine groepjes een rondleiding kregen. Dat was indrukwekkend en bizar, ik weet niet hoe ik het anders moet verwoorden. Erg mooi dus.
De terugweg wilde we weer lopen, maar dit keer via de 'makkelijke' route, de monkeytrail dus. Wat er makkelijker aan was is me nogsteeds een raadsel, want hoewel er wel trappetjes waren gemaakt, was het ook best wel hard werken.
Toen we al een flink stuk onderweg waren besloot mijn knie een grot rotsblok uit te dagen voor een duel in 'wie is het hardst'. Nog voordat ik in kon grijpen waren de eigenwijze knie en het rotsblok al in gevecht gegaan en zo stuurde ik dus een hardgrondige vloek de junlge in. En nu heb ik dus een blauwe knie (kan er verder wel normaal mee lopen hoor, ziet er alleen minder charmant uit).
Waarom de monkeytrail zo heet is me trouwens een raadsel.... er zouden mogelijk veel apen rondlopen bij die trail, maar ik heb er werkelijk niet 1 gezien. Misschien waren ze bang voor me. Of weggejaagd door de eerdere vloek ;)