Ze hebben posters aan de muur, van al hun grote pop-idolen
Onder hun roze dekbed ligt een teddybeer verscholen
Hun lichaam verandert, ze gaan voor de spiegel staan
Kleren door de kamer van, 'oh god, wat trek ik aan'
Ze luisteren naar regels die door ouders zijn bedacht
In pyjama op de bank en dan 'n knuffel voor de nacht
Dromen over later, wie zal ik dan zijn
Hun dagboek is hun beste vriend
Het staat vol met kleine pijn

Touwtje springen, handje klappen
Giechelen om meidengrappen
De make-up van je moeder pakken
Op je kamer nagels lakken
Dat doen meisjes, dat doen meisjes van 12

Deze songtekst van de Sjonnies staat in groot contrast met meisjes van 12 op de Caprivistrook. spelen met een bal gemaakt van plastic zakken en olifanten in haar achtertuin. Vrolijk en nieuwsgierig naar de westerse wereld. Of ze ook popidolen hebben durf ik niet te zeggen. Dromen over later doet ze zeker: Wie zal ze dan zijn?