Westkust Marokko
Onderhandelen als een berbervrouw
Vorig jaar hebben we een boottocht gemaakt bij Moulay Bousselham in de hoop flamingo’s te zien. Dat is niet gelukt dus dit jaar op herhaling. Omdat ik de enige passagier ben volgen er pittige onderhandelingen, maar voor 50 dirham wil Mohammed me wel een uurtje rond varen. Hij weet waar ze zitten, vertelt hij enthousiast.
In het zonnetje is het lekker varen, door het natuurgebied. Mohammed geeft vol gas, al stopt hij als er een aalscholver overvliegt. Ik krijg uitleg half Frans en half Arabisch maar goed een aalscholver is niet zo bijzonder, dus verder maar weer. Na een half uurtje varen zien we in de verte wat zwarte stipjes, dat zijn volgens Mohammed de flamingo’s. Zelfs door mijn lens slecht te zien, maar het zou kunnen. Dichterbij is niet mogelijk op deze route. We moeten eerst een stuk terug en dan een andere zijarm van de rivier in om dichterbij te komen. En ja zoiets kost geld.
Even voel ik me in de maling genomen. Mo wil nog eens 50 dirham hebben, zodat er geld overblijft na het tanken voor zijn arme kindjes. “En madam wil toch graag de flamingo’s zien van dichtbij, dat neemt ook veel tijd en brandstof”. Met een stevige handdruk bevestigen we na lang soebatten 30 dirham voor 3 kwartier extra.
Vol gas gaan we richting flamingo’s. Met mijn 270 mm lens krijg ik ze na tien minuten een beetje in het zicht. Verder kunnen we niet zegt hij. Grrr, hoe zo dichtbij, er zit nog zeker een paar honderd meter tussen. Alsof hij mijn teleurstelling proeft stelt hij voor dat ik aan land ga, richting vogels. Zo gezegd zo gedaan, hij zoekt een droog stukje land waar we uit de boot kunnen. Verder dan 5 meter kunnen we niet, ik zak inmiddels tot mijn enkels in de blubber.
En dan begint Mohammed een soort rondedans, klapt in zijn handen, zijn knokige knieën hoog opgetrokken komen onder zijn gewaad uit. Met een brede glimlach pakt hij mijn schouders, duwt me wat in de goede richting en laat door een smoezelige verrekijker zien wat hem in vervoering brengt.
Twee minuscule flamingo’s in de verte laten hun vleugels klapperen. Mohammed is in extase en ik kan niet anders dan mee lachen om de vrolijke man en de stipjes in het weidse landschap. Hij is in even helemaal van deze wereld alsof hij het achtste wereldwonder voorbij ziet vliegen.
Ik heb genoeg gezien, het blijft bij ienie mienie vogeltjes. Maar wat heb ik genoten van deze Marokkaanse Mohammed met zijn passie en enthousiasme voor de flamingo’s.
Aan het eind van de tocht besluit ik hem meer te geven dan afgesproken. Dat tovert een stralende glimlach op zijn doorgroefde gelaat. Met een goed gevoel, zonder foto’s van flamingo’s, loop ik in de laatste zonnestralen naar de camping.
Mohammed noemt me een berbervrouw omdat ik zo hard onderhandel, of dat een eretitel is of een belediging weet ik eigenlijk niet.