Dogonland
Wandelen in Pays Dogon
Wandelen in Pays Dogon.
Een klein groepje Europeanen wandelt in een volkomen andere wereld. Mali, Pays Dogon, een gebied dat nog helemaal oorspronkelijk is. De zon is in de vroege morgenuren opgekomen. We wandelen vroeg op de dag, want rond het middaguur wordt het voor ons te warm. Links de hoge bruine rotswand van de Falaise de Bandiagara. Er zijn hier geen wegen, die pistes worden genoemd in Mali. We wandelen op vastgelopen zanderige paden. Links van ons sorgumvelden waar de stengels van het gewas nog staan maar de aren zijn geoogst. Even verder is ook gierst geoogst. 2009 is een goed oogstjaar voor de Dogon. Koeien en geiten doen zich tegoed aan de resten van de oogst. De regen kwam laat dit jaar maar hij kwam en ook overvloedig. In de komende maanden zal er geen honger zijn in dit Sahelland.
Even is het groepje wandelaars vooruit gelopen. Je waant je nu de enige vreemdeling in dit landschap die het bekijken waard is. Donkere vrouwen in kleurige kleding en met manden op hun hoofd kijken je lachend en soms een beetje meewarig aan. Een stap opzij voor mannen en jongens met ossenwagens en ezelkarretjes. Je krijgt aandacht, een eenzame tubab. De ervaring is bijzonder en vierdimensionaal: het geluid van de mensen en dieren om je heen, de reuk van de aarde en het vee, het beeld van het bruine landschap, de lemen huizen en graanschuurtjes met daartussen de kleurige bevolking en het gevoel van de brandende zon op je lichaam.
Ca va? En als antwoord: ca van bien, merci! Steeds opnieuw die vriendelijke groet in het frans, ooit de taal van de kolonisten. Al lopend door dit immense landschap krijg je het gevoel ver, ver weg te zijn, in een land dat zo anders is en waar gejaagdheid nog niet de overhand heeft gekregen.
De kleine dorpskinderen met trommels van voedselblikken wachten ons op alsof vierdaagse wandelaars binnenkomen. Enthousiast trommelen ze er op los. Ze hebben plezier en rollen lachend om ons over de grond. Ook de ouderen kijken ons met belangstelling aan. Opnieuw die groet. Een paar kolanoten wisselen van eigenaar. We zijn welkom!
Vermoeid lopen we het dorpje binnen waar we onze rugzakken afdoen en ons neer vleien in de schaduw op het dak van een lemen huis. De brandende zon staat nu hoog aan de hemel. Een biertje en wat eten. Ik wordt er slaperig van. Nog even zie ik de gebeurtenissen van die morgen aan me voorbij gaan. Dan wordt het stil om me heen.
November 2009.