North Bank

Reisgids

Beste reistijd

Foto's

Praktisch

North Bank image

Uitgedroogd...

North Bank
Gambia
Abytravel

Uitgedroogd...

Mijn autoroute- Nog nooit had halflauwe sinaasappelsap me zo heerlijk gesmaakt en ook nog nooit eerder had ik bijna anderhalve liter ervan achter elkaar naar binnen gegoten. In dit kleine plaatsje Saba aan de North Bank Road van Gambia heeft mijn Senegalese reisgenoot de laatste twee pakken die er in het enige winkeltje te koop waren voor me op de kop weten te tikken.Een weldaad voor mijn tong en keel, die tijdens deze reis met letterlijk en figuurlijk allerlei hobbels en valkuilen meer dan kurkdroog zijn geworden.
Na onze enerverende reis van Nianing naar Farfenni leek het lot ons gunstig gestemd. We hadden ons er al bij neergelegd, dat we tot kwart over vijf zouden moeten wachten voor de taxi brousse naar Barra zou vertrekken, maar na een klein half uurtje werd ons verteld dat er voldoende passagiers bij elkaar waren om op weg te gaan. Er gingen ruim 20 passagiers met wat kleine bagage in de aftands ogende blauwe Mercedesbus. De grotere bagage, inclusief levende have als een mand kippen en zelfs twee geiten met de poten aaneen gebonden, werd kunstig op het dak geïnstalleerd. Klaar om op weg te gaan. De weg was goed dus we zouden nog voor donker in Banjul kunnen zijn, werd me verzekerd.
Nou moet je je bij een goede weg op de Noord Oever niet onze snelwegen voorstellen en zelfs niet een provincieweg. Nee, de hoofdroute naar het westen is een brede piste, maar de weersomstandigheden waren die week gunstig geweest.
Het eerste stuk ging vlot, we bleken een zeer vaardige chauffeur te hebben die de weg op z'n duimpje kende en daardoor vrijwel alle kuilen al zigzaggend wist te ontwijken, zonder dat we achterin al te veel door elkaar werden geschud.
Maar.... ik had het natuurlijk kunnen weten na de tocht van die ochtend die ons onverwacht in Farfenni had gebracht in plaats van in Kareng. Na zo'n kleine drie kwartier rijden, in de buurt van No-Kunda (geen huis?) stopte de bus langs de kant van de weg: bandenpech, allemaal uitstappen. Ach zo'n ervaren chauffeur had dat natuurlijk in no time gepiept, geen vuiltje aan de lucht. Veel passagiers verdwenen even in de berm om overtollige ballast te lozen. Grappig gezicht wel: de mannen voor de bus op een rijtje, waaronder velen een knielende houding aannamen, de vrouwen aan de achterkant in een greppel. Kunstig hoe ze dat doen met al die rokken, geen bloot te bespeuren! Binnen tien minuten waren we alweer op weg.Helaas niet voor lange duur.
Nog geen kwartier later werd er weer gestopt ditmaal konden we blijven zitten, er rammelde iets onder de wagen, maar na enige inspectie besloot de chauffeur , dat het geen kwaad kon. Helaas bleek dat al gauw een onjuiste conclusie te zijn, het gerammel werd steeds luider en het leek ook wel dat de weg ietwat schuin naar een kant helde.Na zo nog een stuk te hebben doorgesukkeld kwam de bus weer tot stilstand. Onder de voortdurende overbelasting was uiteindelijk het onvermijdelijke gebeurd, de bus was door z'n as gezakt. Daar stonden we ergens in the middle of nowhere in de snikhete middagzon. Langs de kant van de weg alleen wat laag struikgewas dat nauwelijks schaduw gaf. M'n watervoorraad was inmiddels flink geslonken. Onze onfortuinlijke bestuurder van die ochtend had ik een hele fles meegegeven, onderweg had ik natuurlijk ook al het nodige uit de mijne gedronken. Er was nu nog iets minder dan een halve liter over.
De bijrijder zou proberen een lift terug naar Farfenni te krijgen om de benodigde onderdelen te halen, maar ja de eerste uren zouden we hier dus nog wel blijven zitten. Ik zou dus zuinig moeten zijn met het overgebleven water.
Inmiddels was een aantal dorpelingen polshoogte komen nemen. We bleken ons te bevinden bij het dorpje Dobo, nou ja dorp.... een paar huizen en een put, waaruit de bewoners behulpzaam water aandroegen voor de gestrande reizigers.
Dat werd door de meesten gretig geaccepteerd. Mij leek het niet verstandig om water van onbekende kwaliteit te drinken, dus hield ik het maar bij m'n halve litertje in kleine slokjes verdeeld.
Inmiddels begon het al te schemeren en de bijrijder was nog steeds niet terug. Een paar passagiers hadden kans gezien met vervangend vervoer verder te reizen, maar het aanbod was schaars, dus de meesten, waaronder mijn reisgezel en ikzelf restte niet anders dan geduldig langs de kant van de weg te wachten. De ergste hitte had ik bestreden door me voor te stellen dat ik op de Noordpoolzat en ijsberen zag in de verte....dat hielp zowaar. Natuurlijk waren het geen ijsberen, maar het vee dat voor de avond terugkeerde naar het dorp. Er werden rondom vuren ontstoken om wilde dieren en lastige parasieten op afstand te houden. Een prachtig gezicht waar ik ondanks onze penibele situatie van genoot.
Eindelijk kwam de bijrijder terug. Ik had inmiddels nog maar éen slok water over. Na een half uurtje provisorisch knutselwerk konden we weer voorzichtig op pad. In het eerstvolgende dorp zouden ze bij de smid het echte laswerk laten uitvoeren. Dat betekende om de haverklap stoppen, allemaal bus uit, wat versjorren, allemaal de bus weer in en weer een stukje verder. Heet was het nog steeds en ook m'n laatste druppel water was inmiddels lang geleden...
In Gunjur werd de as gefikst, maar helaas was er niks drinkbaars verkrijgbaar, zelfs geen Cola- niet mijn favoriet maar in het algemeen alom te koop. Helaas doemde inmiddels het volgende probleem alweer op: de plaatselijke bromsnor constateerde dat de verlichting niet voldeed, we mochten niet verder. Na heftig protest van de passagiers, kwam er eentje met een creatieve oplossing. Uit de bagage op het dak werd een grote zaklamp te voorschijn getoverd en daarmee ging de bijrijder uit het zijraam hangen. We mochten zo zowaar verder van Bromsnor, mits we niet te hard reden en de chauffeur beloofde in Saba de verlichting te laten maken.
En daar sta ik nu met net anderhalve liter sap achter de kiezen, bestaat er iets verrukkelijkers?

Foto's

0fff9.jpg
0fff9.jpg
Abytravel
2e3ac.jpg
2e3ac.jpg
Abytravel
42e89.jpg
42e89.jpg
Abytravel