Als 'farangi' (buitenlander) ben je in Ethiopië nog echt een bezienswaardigheid. Het maakt niet uit waar je met de auto stopt, vrijwel direct word je omringd door kinderen en zelfs in de meest afgelegen gebieden komen ze uit het niets te voorschijn.

Zoals overal zijn er kinderen in soorten en maten. Zo heb je de opdringerige types die gelijk hun hand ophouden ('Hey you! You. Give me money!' ) en de brutale apen, maar over het algemeen zijn de kinderen hier vriendelijk, vrolijk en vooral ook leuk. Eén ding hebben ze gemeen, ze zijn zonder uitzondering nieuwsgierig en willen altijd wel een praatje maken of even aan je blanke huid voelen.

In de buurt van Arba Minch komen we deze kat-uit-de-boom-kijkster tegen. We maken een lunchstop bij het Alshitan kratermeer als zij en haar zusje plots uit het graan opduiken. Na de eerste aarzeling durft ze steeds dichterbij te komen en als ze dan ook nog een boterham krijgt, is het ijs definitief gebroken.