Zoutpannen
Met een hakbijl tussen de olifantenpoep
We hebben vannacht ondanks alle dierengeluiden als een blok geslapen! Na het ontbijt gingen we weer op pad. Het eerste stuk was een vrij saaie weg richting Nata, in het zuiden. Volledig geasfalteerd, maar vol met gaten. Langs de weg kwamen we van alles tegen; olifanten, giraffen, zebra’s, neushoornvogels, impala’s! We wilden vandaag over de zoutvlakte (Makgadikgadi Pan) gaan rijden, maar wisten niet precies waar die was en hoe we daar kwamen. Eveline had een route uitgestippeld, in de hoop bij de zoutvlakte te komen. Toen de kaart een weg naar rechts aan gaf, twijfelden we. Het was geen weg, maar meer een soort bospad. Oké, laten we het gewoon proberen. Het was een ‘weg’, bestaand uit twee bandensporen in het zand, die tussen de bomen en struiken door ging. Het zag er mooi uit, een beetje in herfstkleuren. Hoewel google-maps maar drie wegen in dit gebied zag, zagen wij steeds meer sporen die we konden volgen. We reden gewoon en keken ons ogen uit. We kwamen langs hutjes, tentjes, koeien en geiten… Toch leek dit in de verste verte niet op een zoutpan. Misschien moeten we toch maar terug naar de hoofdweg. Bij de volgende splitsing kozen we voor de weg die zo ongeveer terug ging. Weer volgden diverse splitsingen en we kozen de weg die op google-maps werd aangeduid. Het begon met twee bandensporen, maar het werd steeds smaller. We hoopten dat het verderop weer breder werd, maar niets was minder waar. Het pad werd steeds smaller, maar ons bakbeest paste er nog wel tussendoor. De begroeiing werd wel steeds dichter en daardoor de weg ook steeds smaller. Zo smal, dat de takken langs de lak van de auto gingen. Oei, dat vindt ons bakbeest vast niet leuk.
De weg werd steeds smaller, maar er kwamen geen splitsingen meer. Terug was geen optie, dus toch maar verder. Terwijl de takken als een soort autowasstraat om ons heen dansten en piepten, vroegen wij ons steeds meer af hoe lang dit nog ging duren. De ruitenwisser moest af en toe aan om de blaadjes van de vooruit te verwijderen. En toen was er een boom, overhangend over de weg. Onderdoor was geen optie. Wegduwen ook niet. Keren ging ook niet en achteruit terug was ook niet haalbaar. Wat nu? De oplossing was… de hakbijl. Deze hing immers al twee weken – ongebruikt – aan onze auto. Gerben pakte de hakbijl en begon als een idioot op de boom te slaan. Hoewel de houtsnippers in het rond vlogen, kwam de bijl niet heel veel verder. Eveline stond op de uitkijk; we stonden namelijk tussen de olifantenpoep. En de hele weg lang zagen we olifantenpoep… Toen Gerben even stond uit te hijgen, ging Eveline met de hakbijl aan de gang. Minuten lang sloegen we om en om op de boom, waar langzaam aan een gleuf in begon te komen. De zon brandde, de vliegen vlogen om ons heen en het zweet gutste uit ons lichaam. Gerben begon steeds harder te slaan; in gedachte ging het zo: rot boom *bam!*, rot weg *bam!*, rot takken *bam!*. Het hielp wel… Na enige tijd hadden we de boom om en sleepten we hem aan de kant van de weg. Eindelijk konden we door! En gelukkig geen olifanten gezien! Overigens bleef de weg smal en bleven de takken om onze auto heen krassen en piepen. Arme auto… Een heeeele tijd later kwam eindelijk een splitsing, waardoor we weer op een iets breder stuk kwamen. Minuten later kwamen we eindelijk weer bij de hoofdweg uit. Eindelijk! Het is ons gelukt! Dit gaan we nooit meer doen…
In plaats van verder te rijden naar de zoutvlakte, zijn we terug gereden naar Nata. Dan maar gelijk door naar onze lodge in Gweta. Toen we vanaf Nata afsloegen richting Gweta, stond daar een bord met “closed”. Net toen we wilden gaan vragen bij de benzinepomp wat we moesten doen, gaf een taxichauffeur aan dat het geen probleem was. Gewoon rijden. Ook deze weg zat weer vol met gaten, maar om ons heen zagen we een soort wetlands. Heel mooi! Even later zagen we waarom de weg misschien toch ‘closed’ was. Over een traject van ongeveer 1 kilometer lang was het asfalt volledig verdwenen, bestond de weg uit zand, met een enorme hoeveelheid water (vanuit de omliggende wetlands!) er overheen. Het resultaat: een enorme modderpoel-rivier! Ons bakbeest werd getrakteerd op een modderbad…! Sorry auto…
Om een uur of drie kwamen we aan bij Gweta Lodge. Vandaag gaan we niets meer doen! We zijn naast het zwembad neergeploft met een drankje. Even later hebben we een douche genomen, daar waren we wel aan toe! Bij het restaurant hebben we wat gegeten en daarna zijn we gaan zitten bij het kampvuur. Lekker warm! Straks lekker slapen in onze lodge, met een vast bed. Goed vooruitzicht! Maar eerst nog even genieten van het vuur en de sterren!