De schreeuw van herkenning
Falkland eilanden,
Antarctica
Na een kleine 2,2 km wandeling vanaf de boerderij op West Point belanden we aan de andere kant van het eiland. Hier zijn hogere kliffen en staat er een straffe wind. Twee ingredienten die nodig zijn om een kolonie te stichten voor een Albatros.
De wind en kliffen zijn noodzakelijk om op een redelijk fatsoenlijke manier te kunnen landen en vertrekken.
We bezoeken namelijk een kolonie Black Browed Albatros, dit zijn werkelijk prachtige vogels !
Ze hebben een puur witte kop met een zwarte lijn boven en door het oog, de zgn zwarte wenkbrauw. De zware gele roze snavel is voorzien van een flinke haak.
Ze hebben een flinke spanwijdte van 200 tot 250 cm. Hun poten hebben grote grijze " voeten ".
Het zijn dus flinke vogels en daarom begrijp je waarschijnlijk wel dat het landen niet bepaald elegant gaat. Veel geflapper om te remmen en met een plof komen ze op hun grote voeten ergens in de buurt van het nest terecht. Om te vertrekken maken ze een soort van aanloopje om voorts de wind onder de vleugels te krijgen.
De nesten worden ieder jaar weer gebruikt en zijn 50 cm hoog. Ze worden gebouwd van modder, guano met wat gras en zeewier.
Albatrossen zijn monogaam. ieder jaar ontmoeten de vogels elkaar weer op dezelfde plek. Het mannetje eerst om het nest te vernieuwen, daarna het vrouwtje.
Ze begroeten elkaar met een langdurige balts en schreeuwen van herkenning.
In Oktober wordt er een ei gelegd. Vaak zie je binnen hun kolonie ook een kolonie Rockhopper pinguins.
Op de Falkland eilanden bevindt zich 70% van de wereldpopulatie, ongeveer 500.000 paren, waarvan een groep te vinden is op West Point.Ze kunnen wel 50 jaar oud worden
Ze migreren en in September komen ze op de Falklands om te broeden, waarna ze aan het eind van April de kolonie weer verlaten. De rest van het jaar kun je ze nog wel tegen komen rond de Falklandse wateren.