Even bijkomen
Ambrym,
Vanuatu
Jaarlijks worden op het eiland Ambrym gedurende enkele dagen in juli en augustus zogeheten ‘Rom’-dansen uitgevoerd. Het draait hierbij om het aloude verhaal van goed en kwaad. De mannen van het dorp Fanlan dansen onder aanvoering van de dorpsoudsten twee dagen. Op de tweede dag worden de tientallen jaren oude houten maskers opgezet om het kwaad voorgoed te verdrijven. Van die maskerdansen zal ik later nog eens een foto plaatsen.
De ‘Rom’-dansen worden bijgewoond door zo’n honderd dorpsbewoners uit de wijde omgeving. En ja, er lopen af en toe ook ‘verdwaalde’ toeristen rond. Toen wij er waren, telde ik twaalf buitenlanders. Eerlijk gezegd is het dan ook een ware expeditie om hier te geraken. Via het eiland Malakula vlieg je met een Twin Otter naar de nederzetting Craig Cove op Ambrym. Dat vliegtuigje doet het eiland twee à drie keer per week aan. Vervolgens moet je een bootje zien te charteren dat je over een ruige oceaan in ongeveer drie uur naar de noordkant van Ambrym brengt. Over land kan niet want er zijn simpelweg geen wegen. Eenmaal aan land moet je vervolgens drie kwartier een heuvel beklimmen eer je in Fanlan bent. Slapen doe je in een hutje van een van de dorpsbewoners. Je bent hier echt helemaal weg van de boze buitenwereld. Er is geen elektriciteit, geen generatoren, geen waterleiding en geen mobiel bereik.
De man op de foto is een van de dorpsoudsten. Hij moet even bijkomen van de intensieve dansen. Links achter hem zie je de contouren van een prachtige uit één stuk hout 'geboetseerde' tamtam. Deze man en diverse van zijn dorpsgenoten zijn ook geportretteerd in het fotoboek van Jimmy Nelson.