Vanuit de schaduw naast dit bosje observeert deze wallaby, met baby in haar buidel, ons en staat klaar om te vluchten. We zijn in de buurt van Kakadu National Park in Noord-Australië en genieten van de regelmatig langs hoppende wallabies.
Wallabies zijn kleine tot middelgrote buideldieren die nauw verwant zijn aan de kangoeroes. Over het algemeen zijn wallabies kleiner dan kangoeroes. Er zijn in Australië ongeveer 30 soorten wallabies.
Op internet lees ik dat dit waarschijnlijk de zandwallaby is. Deze soort heeft een lichaamslengte van 60 tot 105 cm en een staart van 74 tot 77 cm lang. Het gewicht bedraagt 11 tot 20 kg. Mannelijke dieren zijn over het algemeen groter dan vrouwelijke zandwallaby's. De vacht is geelbruin van kleur, de witgekleurde buik uitgezonderd. Lichtgekleurde strepen lopen over de dijen en de kaken, terwijl over het voorhoofd een donkere streep loopt. De lichaamsbouw van de zandwallaby is vergelijkbaar met de meeste andere kangoeroes.
Afhankelijk van de soort verlaat het jong na vijf tot negen maanden de buidel. Dan komt het jong met name nog terug in de buidel om te drinken, of als er gevaar dreigt. Als het jong alleen nog komt drinken kan de moeder een nieuw jong krijgen. Ongeveer na een jaar is het jong zelfstandig. (bron: https://www.zoogdiervereniging.nl/wallabies-macropus)

De zandwallaby is een planteneter die in groepen van ongeveer tien soortgenoten leeft. Er komen echter ook solitair levende zandwallaby's voor. Deze soort is overwegend actief tijdens de schemering en de nacht. In vochtige gebieden eet de zandwallaby voornamelijk grassen, bladeren en vruchten en in drogere streken worden ook wortels gegeten.