River Torrens leidt me naar Henley Beach
River Torrens leidt me naar Henley Beach
Elke dag fiets ik over één van de vele bruggen over de Torrens River (Karra wirra-parri, wat red gum tree forest river betekent) op weg naar een gezellige en vooral groovy stagedag. Door mijn onderzoek wist ik al dat het een absolute aanrader is om langs deze rivier te fietsen. En dit klopt. Neem dus niet de enorm drukke wegen waar ze je haast van de sokken rijden, maar sla eens af de natuur in en je komt voor zeer aangename verrassingen te staan. Een prachtig fiets- en wandelpad meandert op enkele meters van de rivierbedding met elke bocht mee, dwars over de met eucalyptusbomen en met name gombomen begroeide heuveltjes. De opkomende zon maakt het plaatje compleet. Je blijft je afvragen waar je bij de volgende bocht weer naartoe wordt geleid. Maar gelukkig kun je niet verdwalen. De rivier zal altijd bij je blijven, zolang jij de rivier niet verlaat. Af en toe een weg oversteken, maar de schitterende route gaat aan de andere kant van de weg gewoon verder.
Nadat ik ruim een half uur heb gefietst, zie ik ineens een bordje `beach 2 km’. Kijk, daar was ik naar op zoek! Ik ben er bijna! Aan de horizon is minder bebouwing of bos te zien en dus weet ik dat het de blauwe lucht boven de overweldigende oceaan aan de kust van dit mooie Australië is. Dan kom ik bij een brug. Voor me is behalve een smal strand niets dan water te zien. Dus dit is de plek waar je naartoe gaat tijdens een verblijf in Adelaide. Ik kijk op de kaart. Niet helemaal. Nog even iets meer noordwaarts. Even later kijk ik naar links, waar het bordje `Henley Beach’ naartoe wijst. Dan zie ik met eigen ogen het plaatje dat ik van Google Streetview al had gekregen bij het intypen van deze naam: de kiosk, de parkeerplaats en de pier. Het is al druk bij de kiosk op deze zondagmorgen. Iedereen neemt het er goed van, nadat het een week koud is geweest en er voor vanmiddag weer regen is voorspeld. Niet alleen tijdens mijn fietstocht, maar ook hier aan het strand zijn veel mensen met de hond te vinden. Ook maak ik nu zelf de Australische strandcultuur mee. Gezinnen met kinderen gaan niet naar een pretpark, een museum of het bos. Nee, ze zijn op het strand te vinden.
Ik ga naar de pier toe. Een paar vissers hebben hun hengels al uitgegooid. Een van hen vertelt me dat het rustig weer is en dat er daarom helaas moeilijk wat te vangen valt.
Als ik over de pier loop, herinner ik me het moment, vier weken voordat ik vertrok, dat ik de aflevering van Yorin Travel (opgenomen in onder andere Adelaide en Glenelg) zat te kijken en mama zei: `Onvoorstelbaar hè, dat jij over vier weken ook in dat water ligt, aan de andere kant van de wereld?’ Nu, weliswaar iets meer dan vier weken later, sta ik op het échte strand van Adelaide: Henley Beach. Natuurlijk had ik de kustplaats Glenelg ook al wel gezien, maar toch.
Het geluid van de golven en de heerlijke temperatuur die de zon me gunt geven me wederom een gelukzalig en magisch vakantiegevoel. Op de achtergrond hoor ik de vliegtuigen opstijgen, op weg naar het volgende wereldse avontuur. Je gedachten dwalen dan automatisch af naar alle plekken waar jij al naartoe bent gevlogen en de verre reizen waar je nog van droomt, waarvan er één over 8 weken al werkelijkheid gaat worden. Elk vliegtuig doet me beseffen hoe bijzonder en dankbaar ik nog steeds ben met deze kans om een half jaar in het ruige Australië te zijn.