What’s your age?
What’s your age?
Voor ons geen nachtelijke avonturen meer. Na vier dagen met weinig slaap heeft de vermoeidheid toegeslagen. We blijven even relaxt zitten in de hotelbar, vlak bij Broadway. Ik ben net 22, dus voor New Yorkse begrippen oud genoeg om een biertje te mogen drinken. Mijn broertje is ruim drie jaar jonger. Je zou het niet zeggen. Een centimeter kleiner en een bos krullen die minstens net zo imposant is.
We praten volop over de eerste paar dagen. Veel gezien, veel gedaan, maar van de regelzucht van Amerikanen worden we allebei een beetje moedeloos. Net als van die controles op leeftijd. In elke kroeg moet ik mijn paspoort laten zien. Mijn broertje teert al drie dagen op cola. Leeftijdsgrenzen deugen hier echt niet, is de simpele conclusie. Je zou als achttienjarige wel de seksclub in mogen, maar het café is taboe.
We lachen er toch maar om. Net als om al die mensen die ons op straat nakijken en dan tegen hun kinderen fluisteren: “Kijk. Een tweeling.” Da’s leuk voor een dag of twee, maar dan wordt het echt irritant. Nog erger zijn de mensen die het ook echt vragen en daarna niet eens geloven dat het niet zo is. Alsof het zo bijzonder is dat twee broers een beetje op elkaar lijken. Vanaf dat moment hebben we besloten om het maar te laten zoals het is. We zijn een tweeling en iedereen knikt bevestigend.
Dan arriveert de serveerster. Een gedrongen vrouw, haar dat strak achterover gekamd is en absoluut niet gelukkig met haar baan. Dat straalt ze aan alle kanten uit. Op een onfatsoenlijke manier vraagt ze wat we willen drinken. “Two Stella please”, zeg ik beleefd en onopvallend knipoog ik naar mijn broertje. Ze vraagt of ze mijn paspoort even mag zien. Ik zucht en leg uit dat het boven in mijn kamer ligt. Tiende verdieping. Ik hoef het wonder boven wonder niet van haar te halen. Ze vraagt mijn geboortedatum. Zonder twijfel noem ik die op.
Ze kijkt mijn broertje aan en vraagt bits naar de zijne. Zonder een spier te vertrekken zegt hij: ‘Waarom vraag je dat. Je ziet toch dat we een tweeling zijn.’ Twee minuten later staan er twee grote glazen Stella Artois op tafel. De serveerster blijft achterdochtig kijken tot ze leeg zijn. Ze gelooft ons niet. Ze is absoluut de enige in de miljoenenstad.