Curaçao heeft in het zuiden bekende stranden als Mambo Beach en Jan Thiel Beach. Hier is het altijd bruisend, met een boulevard, strandtenten, restaurants en clubs. Wie echter meer voor de rust naar het eiland afreist, kan ik het noorden van het eiland aanraden.

Ik verbleef in de buurt van Westpunt, een klein dorp in het noorden van Curaçao. Wanneer je vanuit daar met een huurauto zuidwaarts langs de westkust rijdt, vind je de mooiste stranden die het eiland rijk is, zoals Grote Knip (foto), Playa Kalki, Playa Lagun, Playa Santa Cruz, Playa Porto-Marie en Playa Cas Abou. Stuk voor stuk paradijselijke stranden, met ieder hun eigen charme. Wil je graag snorkelen, dan kan ik Lagun het meeste aanbevelen. Maar om gewoon heerlijk uit te rusten is de Grote Knip ook een ideaal strand. Met de wuivende palmbomen, surrealistisch blauwe zee en het hagelwitte fijne zand is het leven hier heerlijk!

Bijkomend voordeel is dat er in het noorden ook veel te zien en te doen is. Uitschieters zijn wat mij betreft de nationale parken Christoffel en Shete Boka. Beklim de Christoffelberg, en verwonder je over de ruige kliffen met metershoog opspattend zeewater. Zodra de inspanningen je teveel worden, is er altijd weer een bounty-strandje binnen handbereik om bij te komen.