Paardrijden, ijs en water in de Rockies
Paardrijden, ijs en water in de Rockies
Tijdens ons ontbijt op het David Thompson Resort dat vlak bij Lake Abraham ligt, raken we in gesprek met Ron Killick, onze kok en de eigenaar van de camping. We vertellen hem dat moeder en dochter graag ergens in de Rockies willen paardrijden. Ron belt meteen met de ‘overkant’ een kleine paardenranch genaamd McKenzie’s Trails West. We kunnen er min of meer meteen terecht en wandelen een uurtje later er naar toe. De paarden zien er gezond en verzorgd uit en ze hebben duidelijk passie voor hun dieren. We boeken een rit van een uur en onze paarden worden opgezadeld. Onze gids is Maddy Roseschenk, een meisje van een jaar of 16 dat elk jaar in de zomermaanden met haar familie én de paarden naar de ranch verhuist. In de wintermaanden woont ze in het kleine stadje Rocky Mountain House 133 km verderop waar ze ook naar school gaat. Tijdens de rit genieten we van de prachtige natuur maar genieten de meiden ook van elkaars verhalen. Doordat ze ongeveer even oud zijn, zijn ze geïnteresseerd in elkaars levenswijze. Schoolsystemen, de schoolvakken en het dagelijkse leven worden met elkaar vergeleken. Het klikt goed tussen de dames, zo zeer zelfs dat contactgegevens worden uitgewisseld en dat er vandaag de dag nog steeds contact is via social media. Wat ons betreft een absolute aanrader om de Rocky Mountains vanaf de rug van een paard te bekijken!
Na deze heerlijke start van de dag toeren we op ons gemak weer richting Jasper. We stoppen ook bij de Athabasca Glacier, een gletsjer die vanaf de weg te zien is. De Athabasca-ijstong is zo’n 6 km lang en tussen de 90 en 300 meter breed. In de afgelopen 125 jaar is deze gletsjer de helft minder dik geworden. Hierdoor is het ook gevaarlijk om zonder gids de gletsjer op te gaan. Desondanks zie je het toch vele toeristen doen. Het smeltwater loopt in vele stroompjes de berg af en verzamelt zich onder andere in een meer, het Sunwapta Lake. De route naar de gletsjer verandert regelmatig doordat het smeltwater zelf zijn weg kiest. De ene keer zal je over stroompjes heen moeten springen en de andere keer is de stroom zo breed geworden dat de medewerkers van het informatiecentrum een tijdelijke alternatieve brug hebben aangelegd. Aan het einde van de middag zien we tussen Mount Kitchener en Mount K2 een enorme regenbui aan komen zetten. We kiezen eieren voor ons geld en besluiten om weer terug naar de camper te gaan. We zijn nog geen 100 meter onderweg of de regenbui barst los. Gelukkig zitten wij droog en zijn we weer een paar mooie foto’s rijker!
Na Athabasca Glacier stoppen we ook bij de gelijknamige waterval. Wat een prachtig en machtig natuurgeweld om te aanschouwen. Zo “beschaafd” als de Johnston Canyon watervallen waren, zo ruw en ruig is deze. De Athabasca waterval verwerkt het meeste water dan welke andere rivier in de Rocky Mountains. Het water valt 23 meter naar beneden met een enorme brute kracht. Het is rond 20.00 uur als we met onze camper bij de Athabasca waterval komen. Er staan nog 3 auto’s en een camper op de parkeerplaats, een Japans gezin komt het pad richting de waterval teruglopen en voor de rest is het heerlijk stil. Op de achtergrond hoor je al het gebulder van het water dat steeds luider wordt als je dichterbij komt. Het is een perfecte afsluiting van de dag, waarbij de ondergaande zon de nevel mooi belicht en een regenboog ontstaat.
We hebben twee overnachtingen geboekt op de camping Pocahontas ten oosten van Jasper. Omdat het nog best een eindje rijden is besluiten we om het stadje Jasper voor vandaag links te laten liggen. Morgen willen we Maligne Road afrijden naar Maligne Lake en dan kunnen we op de terugweg het stadje alsnog bekijken. Als we aankomen bij Pocahontas is het al donker. De heldere sterrenhemel is prachtig als we ons bed induiken.