Over meisjesdromen en toekomstplannen
Over meisjesdromen en toekomstplannen
Nog eentje uit de oude doos (september 2010):
Deze week ben ik voor mijn werk even een dagje op en neer naar de Amazone geweest. Dat zet meteen mijn eerdere uitspraak: "Eigenlijk heb ik maar een saaie baan" weer wat in perspectief, want ik weet best wel dat een dagtripje naar de Amazone bij de meeste van jullie noch in de jobomschrijving, noch in de definitie van een saaie job past. Laten we zeggen dat sommige weken al wat interessanter blijken te zijn dan andere.
Het was een zware dag, ’s ochtends om 6 uur vertrekken en ’s avonds na zevenen thuiskomen, maar de waarheid is dat dit de dingen zijn waar ik het allemaal voor doe. Ik ben nu eenmaal graag onderweg, ik heb het al gezegd.
De reis was zalig, prachtig, adembenemend. Een mens begint in de chaos die Quito heet, om vervolgens het met vulkanen besprenkelde landschap van de Andes te betreden. Ik kan jullie vertellen dat er níks, maar dan ook níks ter wereld is als Cotopaxi (welja, de Kilimanjaro is ongetwijfeld nog veel indrukwekkender, maar voor zover het míjn wereld betreft is er niks als Cotopaxi), een perfect gevormde vulkaan en vanuit welke hoek je hem ook te zien krijgt, altijd adembenemend en indrukwekkend machtig. En dan daal je af naar de warmte van het oosten, het groen van de Amazone, en ik kan jullie vertellen dat er niks, maar dan ook niks ter wereld is als de Amazone (en dan heb ik nog níks gezien van de Amazone, enkel de kartelrandjes van de machtigste jungle ter wereld). Het Amazonebekken, waar het zonlicht lui de glooiende hellingen afrolt tussen dichte en fluwelen bladerdekens; waar de goden verstrooid hun overschot aan watervallen achteloos hebben neergegooid; waar rivieren in zichzelf verdwalen en dorpen verstoppertje spelen met overwoekerend groen. Ik drink het landschap met mijn ogen; dit is waar mijn ziel zich mee voedt, met de overweldigende schoonheden van de wereld.
Ik ben gelukkig, die dag. Kijk mij dan, ik die als klein meisje al droomde van indigena’s en Amazones, nu als groot meisje arm in arm met mijn Shuar vriend hierzo loop... Goed, ’t is niet helemaal zoals ik me had voorgesteld, maar wie had ooit gedacht dat ik zo dichtbij zou komen, en steeds dichterbij.
Vol ongeduld wacht ik de toekomst af, en de dromen die ze herbergt.