Middernachtzon
Middernachtzon
Daar waar de poolcirkel de grens tussen Finland en Zweden kruist lijkt de klok sinds eind 19e eeuw stil te staan. Even weg van de verleidingen van het internet en vooral weg van de moderne gemakken. Terug in de tijd voor radio, tv, telefoon en centrale verwarming.
Elektriciteit ontbreekt, net als stromend water, dat komt uit de pomp. Houthakken is een dagelijks terugkerende klus, de verwarming van de sauna; het kookvuurtje en het heet water voor de afwas zijn voor hun functioneren afhankelijk van een constante aanvoer van deze brandstof.
Dit is Lapland, waar mannen jagen op hazen, parelhoenders en vrouwen nog besjes verzamelen voor de dagelijkse kost. Het land van de middernachtzon, waar zomers de zon niet ondergaat en in de donkere poolwinters de zon de aarde maar niet wil verwarmen.
Pas in de lente maakt de sneeuw aarzelend plaats voor groen, nadat kruiend rivierijs de van hout gemaakte huizen op haar pad heeft gespleten alsof het lucifersstokjes zijn. Een zee van kleurige bloemen vertolkt de zomer. Zo moet het er vroeger ook in Nederland uitgezien hebben voordat de oprukkende verstedelijking een einde maakte aan onze biodiversiteit.
Terug naar de natuur, waar de middernachtzon rare dingen doet met m’n bioritme. Moe na een lange dag en toch niet kunnen slapen, want het is licht. De hele nacht door. De zon zakt en komt weer op voordat hij onder is gegaan, de wisseling van de wacht gaat samen met een spectaculaire explosie van licht weerkaatst door de rivier de Torne.
Deze omgeving is niet gemaakt voor de moderne stadsmens. Ook niet in de korte zomer wanneer het moerassige landschap een vruchtbare kraamkamer voor muggen vormt. De insecten maken een optimaal gebruik van de vorstvrije periode. Mensenbloed is een zeldzame lekkernij in deze contreien. Elk stukje onbedekte en soms bedekte huid vallen ze meedogenloos aan.
De dagelijkse gang naar de WC verwordt hierdoor al gauw tot een snelweg naar constipatie, waarvan de souvenirs nog dagen jeuken op plekken die het poollicht niet kunnen verdragen. De Lappen krijgen medelijden met mij, het verwende stadsmeisje. Met de stugge warmte van het koude noorden bieden ze me soort oranje imkerspak aan, even rust van de zoemende insekten.
De enige muggenvrije plek is de sauna. Daar zitten ze dan ‘s avonds, de mannen, waar ze de vangst van de dag doornemen met een drankje en de nodige overdrijving. Whisky dient tevens als smeerolie van de eeuwige jacht op vis. Want de zalm bijt niet zomaar. Dit heeft tijd nodig en niet te vergeten, drank. Een glas om de vangst te vieren, als troost-proost om een onverwachte ontsnapping te betreuren of als er al dagen geen vis meer gebeten heeft.
De sauna is meer dan reinigende ontspanning. Het vissen gaat door, ook tussen de verschillende saunagangen door wanneer een verkwikkende duik in de rivier de Torne samenvalt met controle op de hengels. Als een vis bijt ga je er achteraan, in Adamskostuum en als het even kan met z’n tweeën.
Op de visvangst volgt steeds het zelfde ritueel. Eerst het wegen, dan een proost, ‘Skol‘, gevolgd door het laten leegbloeden van de vis; het schoonmaken en dan de aardgekoelde kast in totdat de barbecue op temperatuur is gebracht. We eten op hout gegrilde zalm, forel en snoek. Verser dan dit kan vis niet zijn.
Op dagen dat de vis niet wil bijten en de besjesoogst mislukt is er nog altijd de goed gevulde supermarkt in het naburige dorp waar de jacht resulteert in een vangst van schijfjes Rudolph worst.
Eenmaal terug geslingerd in de 21e eeuw sjokken rendieren op hun gemakje over de autoweg. Hier eisen zij voorrang. Want dit is het domein van de Kerstman, die zijn hoofdkwartier heeft in het nabije Rovaniemi, de plaatselijke luchthaven.
1870, toen het wereldleed nog beperkt was tot de dorpsgemeenschap, laten we achter op het vliegveld. We gaan ‘back to the future‘, terug naar het nu, waar milieurampen, oorlogen en eurodrama’s weer modern via de satelliet onze huiskamer in de betonnen jungle binnen gaan denderen. Terug naar 2012.