Ontmoeting met inboorlingen in de jungle
Ontmoeting met inboorlingen in de jungle
In oktober 2012 heb ik een trip naar de jungle van Taman Negara National Park gemaakt, hier ligt het oudste regenwoud ter wereld in het groene hart van Maleisië. Een onderdeel van deze fantastische trip was een bezoek aan een inboorlingen dorpje waar de ‘Orang Asli’ stam leeft, dit zou een zeer bijzondere ervaring worden die me nog lang zal heugen.
Per longtailboot ging het de Tembelis rivier stroomafwaarts naar een strandje waar we afmeerden en de wal op klauterden. Enkele kinderen kwam onze gids Hermann (zijn eigenlijke naam was Mohammad, maar dit is makkelijker voor de toeristen) die voorop liep al tegemoet.
De bewoners leven hier in kleine primitieve zelfgemaakte hutjes tussen de bomen. Hun voedsel wordt bijeengesprokkeld door de jacht op het wild in de bossen en wat ze aan vis vangen in de rivier. We mochten vrij rond lopen en foto’s maken en kregen alle gelegenheid tot het stellen van vragen.
Ik had eerst beetje plaatsvervangend gevoel van schaamte omdat je het gevoel krijgt dat je inbreuk doet op de privacy van deze mensen. Maar je kon ook wel merken aan sommige dingen die je zag dat de moderne beschaving ook hier zijn invloed op het leven had. Bepaalde artikelen die ze gebruikten konden ze gewoon niet zelf gemaakt hebben (kleding natuurlijk), dat was natuurlijk verkregen door ruilhandel.
Hermann wees ons op allerlei bezigheden die ze deden. We werden naar een man geroepen die bezig was de pijtjes te bewerken die uit een blaaspijp geschoten werden om hun prooien af te schieten. Er werd uitgelegd hoe de giftige stof uit de bast van een bepaalde boom op de punt vd pijltjes gesmolten werd zodat het doelwit een verdovende lading kreeg.
Even verderop kregen we te zien hoe deze blaaspijpen gemaakt werden en we zagen hoe de koppen van de pijltjes bewerkt en geschuurd werden met behulp van eucalyptusbladeren. Verbluffend hoe snel ze mooi rond en glad werden gemaakt.
Daarna kregen we een demonstratie van hoe er met een stangetje rotanhout tussen twee klosjes hout op een stukje bamboe binnen twee minuten een vuurtje werd gemaakt. Hierna werd een demonstratie gedaan van het schieten met pijltjes uit een blaaspijp (lengte zeker 2½ mtr!). Verbluffend hoe de man een poppetje tegen een paal op ca. 15 meter afstand dwars in het hart schoot. Ik mocht natuurlijk ook even, op minder dan een mtr afstand tot het doel was ik best tevreden :-)
We kregen voordat we weggingen nog wat tijd om rond te wandelen. Ik vroeg Hermann nog over iets wat ik niet helemaal meegekregen/verstaan had en dat ging over wat de inboorlingen deden met de lichamen van hun doden. Hij had ons namelijk verteld dat er telkens wanneer er iemand overleden was dat het lichaam van deze persoon achtergelaten werd en dat de rest van de stam vervolgens verhuisde naar een andere plek. Hij vertelde dat het lichaam ingepakt werd en vervolgens door de andere bewoners bevestigd werd in de top van een boom.
De gedachte was o.a. dat op de grond meer kwade geesten waren dan boven in de top van een boom, daarnaast was de overledene dichter in de buurt van de ‘goede’ geesten. Na een week kwam men nog even terug op de bewuste plek, als er niets gebeurd was betekende dit dat alles in orde was en de overledene voldoende beschermd was tegen kwade geesten en ander gespuis. Op mijn vraag als dat nou niet zo was vertelde Hermann dat de geesten dan dit zo hebben gewild en dat dit voldoende zei over hoe de persoon tijdens zijn/haar leven was.
Maar stel nou dat het flink geonweerd e.d. had, dat is toch samenloop v omstandigheden met dikke pech? H. vroeg de man van de blaaspijp hoe dat precies zat: als dit het geval is dan hebben de geesten dat blijkbaar zo gewild, het zou allemaal in de sterren staan zeg maar.
Een gemiste kans was dat ik nog vergat te vragen als dat nou je eigen vader of moeder betrof, zou je dan nog het zelfde denken? Herinnering aan overleden zoals wij dat kennen doen ze daar nauwelijks aan, er werd nog wel verteld hoe een moeder van acht kinderen een jaar later naar de plek ging waar een van haar kinderen was ‘opgebaard’ om hier wat moedermelk op te geven en te verspreiden aan de voet van de boom om zodoende haar kind tegen boze geesten te beschermen. Fascinerende ervaring allemaal, maakte hele diepe indruk op mij.