Kirgizië is een van de landen die aan de Zijderoute liggen. Het is een prima land om solitair te bezoeken en niet in een gejaagde Zijderoute-reis met meerdere landen. Het land heeft een prachtige natuur, is overwegend groen met veel bergen. Je vindt er een grote verscheidenheid aan flora en fauna.
Het land heeft een echt landklimaat (het grenst ook aan geen enkele zee), ’s zomers heet en ’s winters koud. De beste reistijd is mei-juni of september tot begin oktober. In juli en augustus kan het in de steden en het laagland erg heet worden. De helft van het land ligt boven de 3000 meter. In de bergen is het ’s zomers dan ook prima vertoeven. Wil je wandelen in de bergen kun je het beste ’s ochtends gaan, dan heb je meestal prachtig zonnig weer en blauwe lucht. Eind van de ochtend komen vaak de wolken opzetten en vrijwel dagelijks vallen er ’s middags flinke buien.
Tijdens de bergwandelingen heb ik heel veel edelweiss gezien, de bergweiden staan er vol mee. Ik weet nog dat ik vroeger na een hele week wandelen in de Alpen al blij mocht zijn als ik 1 edelweissje gezien had.