In de lente trekken honderdduizenden nomaden in één lange sliert van het warme laagland van Khuzestan, naar het koele hoogland van het Zagrosgebergte. Daar zetten ze hun tenten op en weiden ze hun vee. Om de groene vlaktes te bereiken, moeten ze bergpassen van meer dan 3000 meter oversteken, te voet met hun vee, hun hele hebben en houwen op paarden en ezels gepakt.

Eén van de nomadenstammen die in het warme seizoen in het Zagrosgebergte leven, zijn de Bakhtiari. Het is een traditioneel gekleed volk, een klederdracht die tot de dag van vandaag in ere wordt gehouden.

Hier zie je een Bakhtiar-man met zijn zwart-witte poncho (chuga), wijde zwarte broek (dabit) en zwarte dophoedje (sulemani). Meestal wordt dit outfit gecompleteerd met een Winchester-geweer maar bij deze man ontbreekt het geweer.

We komen hem tegen in de buurt van Chelgerd tijdens een trekking door een lager deel van het gebergte. Vanaf een heuvel houdt hij zijn vee in de gaten en onze komst is een welkome afwisseling op zijn lange dag in de bergen.