Final 7/7 Roadtrip door Zuidelijk Afrika (Namibie, Botswana en klein gedeelte Zambia)
Final 7/7 Roadtrip door Zuidelijk Afrika (Namibie, Botswana en klein gedeelte Zambia)
Vandaag ga ik met een gids op pad naar de Himba's.
Maar voordat het zover is, moeten er eerst boodschappen gedaan worden.
De Himba's zijn dan wel een van de laatste natuurvolken op aarde, helemaal achterlijk zijn ze niet.
Voor wat hoort wat, en ze hebben nog gelijk ook.
Het boodschappenpakket bestaat oa uit water, olie, bloem, meel, en tabak.
Het is maar 20 km rijden maar we doen er een klein uur over.
We rijden overal overheen, behalve over een weg.
De 'village' bestaat uit een 10 tal hutjes waar een aantal families wonen.
Geen electriciteit en geen stromend water.
Even denk ik nog dat er voor ons een mooi zwart fluwelen tapijt is weggelegd.
Maar nee, het zijn geitenkeutels.
Alles ligt bezaaid met keutels.
De vrouwen zien er het opvallenst uit; ze dragen alleen een geitenlap en voor de rest -van top-tot-teen- helemaal rood gekleurd.
Inclusief hun haar.
Dit doen ze met steengruis dat vermengd is met geitenboter.
Het fungeert als zonnebrand creme en is tevens ook een ritueel.
De mannen zijn niet ingesmeerd, maar die missen allemaal de onderste 2 voortanden. Die worden er ritueel uitgetrokken als ze 'man' worden.
Zonder verdoving uiteraard.
We krijgen overal uitleg over en het is reuze interessant.
Als 'afscheid' worden de overige 2 vrouwelijke gasten ingesmeerd met de rode substantie.
Je moet tenslotte 'ervaren' wat het is om als Himba door het leven te gaan.
Van mijn voortanden blijven ze gelukkig af.
De volgende dag vertrek ik naar de Vingerklip lodge.
Het is de mooiste lodge waar ik tijdens deze reis verblijf.
Twee zwembaden, een jacuzzi, en een uitzicht dat nauwelijks te beschrijven is.
Prachtige vergezichten en oneindige vlaktes met veel tafelbergen.
Het gebied heeft vele trails en je kunt er vrij rondlopen. Het enige roofdier wat hier voorkomt is jakhals. Nothing to fear about.
Toch wordt er wel voor gewaarschuwd omdat de meeste besmet zijn met rabies virus.
De komende 2 dagen zie ik er twee, maar die schrikken meer van mij dan ik van hun en gaan er als een speer van door.
Ik loop de 5 km lange trail naar de vingerklip.
Dit is een 35 meter hoge rots die de vorm van een vinger heeft.
Onderweg kom ik dus een jakhals tegen en voor de rest wat wrattenzwijnen en een 3-tal giraffes.
Als ik na 2 uur terug kom bij de lodge sta ik voor een moeilijke keuze.
Wordt het het linker- of het rechter zwembad?
De rit naar Swakop vanaf de vingerklip, via de kust, is de langste van deze reis. Ruim 450 km (350 km gravel) door het hart van droge en dorre Damaraland.
De mensen die hier wonen hebben het heel zwaar. Geen landbouwgrond, geen toerisme, helemaal niets.
Regelmatig staan ze langs de kant te gebaren.
Niet om mee te rijden en ook niet voor geld, maar ze vragen om water.
Gelukkig heb ik een 10 liter jerrycan bij.
Na 4 uur bereik ik eindelijk de kust.
Prachtige goudgele zandstranden, maar van een strandleven is geen sprake in Namibie.
Door de harde wind, hoge golven, en de koude golfstroom is het niet lekker aan zee.
Wel mooi.
Als je Swakopmund binnen komt rijden denk je dat je in Beieren bent.
Duitse architectuur uit het begin van de vorige eeuw.
Straatnamen zijn nog Duits, en je hebt er een Hotel Anton en Guesthouse Immerdarf.
Het is een mooi stadje maar je hebt niet het gevoel dat je in Afrika bent.
Blank en zwart woont en werkt hier door mekaar.
De blanken wonen er.
De zwarte mensen werken er.
Hier zie ik het grootste contrast tussen de blanke en zwarte bevolking op een paar vierkante kilometer.
Van alles is hier verkrijgbaar.
Van nijptang tot Blue-ray, van I-pad tot Ikea-meubelen.
Zelfs Tena-Lady ligt in de schappen van de supermarkt.
In Damaraland komen ze om van de dorst, maar hier in Swakopmund hoeven ze zich gelukkig niet druk te maken om urineverlies.
Vlak voor Walvis Bay zie ik ze liggen.
Dat waar Namibie ook zo bekend om is.
De mega zandduinen.
De grootste duin in Namibie is 350 meter hoog en da's hoger dan de Eiffeltoren.
"Zullen we even een duinwandeling maken" krijgt op deze manier toch een heel andere betekenis.
Walvis Bay (what's in the name) is bekend om de walvissen, dolfijnen, zeehonden, pelikanen en flamingo's.
Op de walvissen na zie ik ze allemaal. Vooral de pelikanen zijn leuk. Absoluut niet mensenschuw.
De rit naar Sesriem gaat door het Namib-Naukluft NP.
Een mooi, maar monotoon landschap.
Voornamelijk gravelwegen en doordat het al 4 weken goed gegaan is word ik een beetje overmoedig.
Ik neem een kuil te hard en rijd er de gehele achterbumper af.
Mooi kut, te meer ook omdat ik hem niet mee kan nemen. Te groot voor in de kofferbak of in de auto.
Dat gaat me dus geld kosten.
Sesriem staat bekend om de Sossusvlei.
De meest gefotografeerde plek Namibie.
Het is een drooggevallen meer (vlei) dat ingeklemd ligt tussen hoge duinen en waarin tientallen bomen staan die al honderden jaren dood zijn.
Vanwege het droge klimaat zijn ze geconserveerd.
Het levert surrealistische beelden op.
Mijn reis zit er bijna op en ik wil hem goed afsluiten.
In de lodge lag een flyer met "Dream it, or live it"; een ballonvaart over de
Namib woestijn.
Het is niet goedkoop, maar wat een ervaring.
Bij zonsopkomst de lucht in en de uitzichten zijn spectaculair.
Met mijn 46 jaar (in 2011) ben ik veruit de jongste in de mand. De overige zijn ouder dan de bomen in de Sossusvlei.
En koude kak.
Maar dat is eigenlijk niet zo verwonderlijk, want deze excursie is werkelijk over-de-top. Maar wel leuk.
Op de grond worden we namelijk gevolgd door een 3-tal jeeps en wanneer we na 2 uur -midden in de woestijn- weer op de grond staan, worden tafels uitgeklapt en het ontbijt geserveerd.
Een ontbijt met champagne, zalm, tigerfish en carpaccio van kudu.
Het einde van een prachtige reis.
Ik zou er zo een blog over kunnen schrijven.